Intro Semantiek

1 / 24
next
Slide 1: Interactive video with 3 slides
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

3

Slide 1 - Video

02:47
Wat betekent lijnen?

Slide 2 - Mind map

03:52
Wat kan 'een blad' betekenen?

Slide 3 - Mind map

04:16
Wat zeggen we in België?

Slide 4 - Mind map

Wat is een synoniem voor 'mooi'?
A
lelijk
B
saai
C
chic
D
prachtig

Slide 5 - Quiz

Welk woord is geen synoniem voor 'snel'?
A
vlug
B
langzaam
C
haastig
D
rap

Slide 6 - Quiz

Wat is een synoniem voor 'gelukkig'?
A
opgewekt
B
verdrietig
C
voldaan
D
blij

Slide 7 - Quiz

Welke gevoelens ken je?

Slide 8 - Mind map

Welke behoeften ken je?

Slide 9 - Mind map

Kies één van de twee volgende websites (Bookwidgets).


NOG NIET BEGINNEN

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link

Slide 12 - Link

Zoek de  betekenis van 'semantiek' op op de vaksite.
Maak meteen een bookmark van deze site.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Hoe kan je semantiek vangen in één woord?

Slide 15 - Open question

Waar hangt betekenis van af?
Bv: BANK

Slide 16 - Mind map

Wat zijn homoniemen?
A
Woorden met dezelfde betekenis maar verschillende spelling.
B
Woorden met dezelfde uitspraak en spelling, maar verschillende betekenis.

Slide 17 - Quiz

Welk voorbeeld illustreert homoniemen?
A
Bank - een zitmeubel en een financiële instelling.
B
Boek - een leesmateriaal en een gereedschap.

Slide 18 - Quiz

Wat is geen voorbeeld van homoniemen?
A
Huis - een gebouw en een kledingstuk.
B
Bal - een sportartikel en een feestelijke bijeenkomst.

Slide 19 - Quiz

Waarom vinden sommige mensen dit grappig:
Mag ik u kussen....
opschudden.

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide

Vul de eerste vijf woorden in je woordenlijst aan.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Slide 24 - Slide