4.2 Van handwerk naar machine

1 / 46
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide




Tijdvak van burgers en stoommachines 1800
1800– 1900



Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

4.1 Van Handwerk naar machine 
  • Het begint in de textielnijverheid.
  
  • Boeren verwerken wol tot textiel.
  • Bijverdienste in de winter

MAAR: vraag naar katoenen producten stijgt, katoen komt uit kolonies.


Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Huisnijverheid 
  • Produceert te langzaam.

  • Nieuwe machines nodig.

  • Andere energie bronnen nodig.  

Slide 7 - Slide

Opdracht: Waarom Engeland?
  • Samen met  buurman/buurvrouw
  • Gebruik tekstboek (blz. 20)
  • Ga op zoek naar zoveel mogelijk oorzaken waarom de industriële revolutie in Engeland begon
timer
5:00

Slide 8 - Slide

Waarom is de Industriele revolutie rond 1750 in Engeland ontstaan?
  • Verbeterde landbouw In Engeland
  • Er is voldoende geld (wereldhandel, Engeland bezit veel koloniën)
  • Er zijn voldoende grondstoffen (steenkool en ijzererts)
  • Bevolkingsgroei waardoor veel mensen vanaf het platteland naar de stad verhuizen (werkloosheid)
  • Verbetering van de stoommachines

Slide 9 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Welkom 
  • Hoe veranderde Engeland  tussen 1750 en 1850 in een industriële samenleving?
  • Uitleg
  • Opdracht
  • HUiswerk
  • Afsluiting 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Industriële revolutie

Slide 12 - Mind map

Het ontstaan van de fabrieken
  • In het begin huisnijverheid
  • Ambachtslieden konden niet meer aan de vraag van producten voldoen
  • Ontwikkeling machines (passen niet in huiskamer)
  • Grote hallen waarin machines continu draaiden
  • Rivieren

Slide 13 - Slide

Industriële Revolutie
  • De overgang van kleinschalige handmatige productie naar grootschalige machinale productie

  • Tussen 1750-1900 begonnen in Engeland (als gevolg van de bevolkingsgroei)

  • Belangrijke uitvindingen: Spinning Jenny, de schietspoel en de stoommachine

Slide 14 - Slide

van kleinschalige handmatige productie...
... naar grootschalige machinale productie

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Waarom is de Industriële revolutie rond 1750 in Engeland ontstaan?

Slide 18 - Open question

Opkomst industrialisatie
  1. Groei bevolking
  2. Meer vraag naar voedsel --> agrarische revolutie
  3. Meer vraag naar kleding --> nieuwe uitvindingen om te produceren
  4. Fabrieken
  5. Opkomst arbeiders die bij het werk gaan wonen --> arbeiderswijken

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Bespreek
1. Wat zie je?

2. Hoe ziet het werk eruit?

3. Wat zou hier zijn veranderd door machines?

Slide 22 - Slide

Gevolgen web maken
Categorieën zijn:
1. Arbeid
2. Steden
3. Milieu
4. Economie

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Mini-schrijfopdracht
Schrijf een dagboekfragment van een fabrieksarbeider in 1830.

Begin met: 'Vandaag werd ik wakker in onze kleine kamer...'
- Gebruik minstens 3 gevolgen die je hierboven hebt besproken.
- Lengte: ongeveer 5-7 zinnen.

Ben je klaar?: maak vraag 9 blz. 23


Slide 25 - Slide

Van handwerk naar machine

Slide 26 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Verder met basis 2 
  • Beginnen aan basis 3
  • Huiswerk
  • Afsluiting 

Vraag: Hoe veranderde Engeland tussen 1750 en 1850 in een industriële samenleving?

Slide 27 - Slide

Oorzaken van de industrialisatie
  • Rond 1750 was Engeland een enorm rijk met veel kolonies.
  • Bevolkingsgroei doordat sterftecijfer daalde.
  • Agrarische revolutie (verbeteringen in de landbouw), 
  • Investeringen door rijke landeigenaren
  • Uitvinding van de stoommachine.
  • Verbeteringen in transport (stoomlocomotief).
  • Grote voorraden steenkool en ijzererts.

Slide 28 - Slide

Gevolgen industrialisatie
  • Landbouw-stedelijke samenleving --> industriële samenleving
  • Huisnijverheid --> massaproductie (veel verzet!)
  • Flinke bevolkingsgroei (6 > 17,5 miljoen)
  • Landelijke gebieden --> industriegebieden
  • Betere verbindingen over land en water (bijvoorbeeld rails en kanalen)

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Zelf aan de slag!
HAVO: 
  • HB lezen blz. 77 en 78 
  • WB vragen 4 t/m 11 maken (blz. 56 en 57)
VWO:
  • HB lezen blz. 83 en 84
  • WB vragen 3 t/m 9 (blz. 62 en 63)

Slide 31 - Slide

HAVO 
  • HB lezen blz. 80 en 81
  • WB vragen 4 t/m 9 en 12 maken (blz. 58 en 59)
  • Dit maak je alleen
  • Je mag muziek luisteren
  • Jullie gaan de rest van de les mee bezig
  • Ben je klaar? Dan ga je lezen of bezig met je huiswerk voor een ander vak.
VWO
  • HB lezen blz. 86 en 87 
  • WB vragen 3 t/m 9 maken (blz. 64 en 65) 
  • Dit maak je alleen
  • Je mag muziek luisteren
  • Jullie gaan de rest van de les mee bezig
  • Ben je klaar? Dan ga je lezen of bezig met je huiswerk voor een ander vak.

Slide 32 - Slide

Hoe veranderde het leven met de opkomst van de fabriek?

Slide 33 - Open question

4.3 De industriële samenleving

Slide 34 - Slide

Hoe veranderde het leven met de opkomst van de fabriek?

Slide 35 - Slide

Industrie

  • 1781: James Watt verbetert stoommachine --> toepassing kledingindustrie
  • Groeiende vraag naar arbeiders voor fabrieken
  • Gevolg: ontstaan fabriekssteden (Liverpool, Manchester) --> urbanisatie
  • Gebrek aan sociale wetten zorgen voor verschrikkelijke arbeids- en woonomstandigheden

Slide 36 - Slide

Indiase sweatshop
Chinese sweatshop

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Fabriekssteden
  • Kapitalisme: winst maken
  • Fabriekseigenaren willen zo goedkoop mogelijk produceren
  • Gevolg: lage arbeidslonen, een investeringen in veiligheid
  • Daarnaast: géén wetten om de arbeiders te beschermen
  • Door een overschot aan arbeiders en tekort aan werk konden zij geen eisen stellen...

Slide 39 - Slide

Fabriekssteden

  • Arbeiderswoningen staan dicht bij elkaar en bij fabrieken
  • Géén riolering of watervoorziening, kleine woningen
  • Gevolg: epidemiën en lage levensverwachting

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Video

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 42 - Open question

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 43 - Open question

Wat gaan we vandaag doen?
  • Herhalen 
  • Beginnen aan basis 3
  • Vragen maken 
  • Afsluiting

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide