H3.3 Bataafse revolutie deel 1 + herhaling 3.1 + 3.2

3.3 De Bataafse revolutie deel 1
+ herhaling 3.1 + 3.2 
1 / 23
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

3.3 De Bataafse revolutie deel 1
+ herhaling 3.1 + 3.2 

Slide 1 - Slide

Planning
  • Uitleg 3.3 deel 1
  • Herhaling 3.1 + 3.2 
  • Zelfstandig leren voor het so 
  • Quizje 

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen welke kritiek de patriotten aan het eind van de 18e eeuw hadden op de situatie in de Republiek.

Slide 3 - Slide

Kritiek van patriotten
  • In de Republiek veel onvrede:
  • economisch ging het slechter --> schuld van de regenten
  • ook kritiek op stadhouder Willem V --> macht vergroten, te veel gedragen als koning
  • Patriotten: burgers grondrechten + inspraak in het bestuur. 
  • Willem V verjaagd uit Den Haag in 1785 
  • 1786 in steden macht overnemen
  • andere groep trouw aan stadhouder: Oranjegezinden. 
  • Pruisische vorst grijpt in ( = broer van vrouw Willem V)
  • 1787: opstand patriotten door Pruisisch leger neergeslagen
  • Patriotten vluchten naar Frankrijk

Slide 4 - Slide

Herhaling 3.1 + 3.2 
Beantwoord de volgende vragen met behulp van 3.1 + 3.2 
  1. Wat is een standsamenleving? 
  2. Welke 3 standen waren er? 
  3. Wat is de verlichting? 
  4. Wat was het idee  van Charles de Montesquieu over het bestuur? 
  5. Wat was het idee van Jean-Jacques Rousseau over het bestuur? 
  6. Noem 3 oorzaken van de Franse Revolutie? 
  7. Noem twee mogelijke beginpunten van de Franse Revolutie 

  8. Hoe verschilde de radicalen van de gematigden? 
  9. Wie was Maximilien de Robespierre? 
  10. Wat is de Terreur? 
timer
8:00

Slide 5 - Slide

Zelfstandig leren SO 3.1 + 3.2 
Wat kan je doen:
  • Samenvatting maken 
  • Opdrachten 3.1 + 3.2 maken 
  • Test jezelf maken van 3.1 + 3.2 
  • Begrippen leren / flitskaart 
timer
20:00

Slide 6 - Slide

Hoofdstuk 3 gaat over de ...?... eeuw
A
16e
B
17e
C
18e
D
19e

Slide 7 - Quiz

In Frankrijk was een standensamenleving met 3 standen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

Leden van de belangrijkste stand noemen we...
A
geestelijkheid
B
adel
C
boeren

Slide 9 - Quiz

Omdat de derde stand het grootst was hadden zij alle privileges
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

Welk begrip past bij de volgende omschrijving: Manier van denken waarin geloof en traditie plaatsmaken voor logisch en verstandelijk redeneren.
A
Ancien Regime
B
Privilege
C
Verlichting
D
tolerantie

Slide 11 - Quiz

Verlichte denkers vonden scholing, discussie en logisch nadenken belangrijk
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Wie was er koning tijdens de Franse Revolutie?
A
Lodewijk XIV
B
Lodewijk XV
C
Lodewijk XVI

Slide 13 - Quiz

Wanneer begon de Franse Revolutie
A
1700
B
1780
C
1789
D
1795

Slide 14 - Quiz

Wanneer werd de nieuwe grondwet bedacht?
A
1791
B
1790
C
1792
D
1793

Slide 15 - Quiz

Waarom riep Lodewijk XVI de Staten-Generaal bijeen?
A
Geld problemen
B
Oorlog met oostenrijk

Slide 16 - Quiz

Lodewijk XVI vond de verlichte ideeën
A
goed
B
niet goed

Slide 17 - Quiz

De ideeen van ... werden toegepast in de nieuwe grondwet
A
Rousseau
B
Montesquieu

Slide 18 - Quiz

Volksvertegenwoordiging is een officiële bijeenkomst van vertegenwoordigers van het volk
A
juist
B
onjuist

Slide 19 - Quiz

Franse revolutie begon met
A
bestorming Bastille
B
oprichting Nationale Vergadering

Slide 20 - Quiz

Patriotten betekend 'goede vaderlanders'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quiz

Patriotten stonden aan de kant van stadhouder Willem V
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quiz

De prinsgezinde kregen hulp van ...?... om de machtsovername van de patriotten te stoppen
A
de koning van Frankrijk
B
de koning van Pruisen

Slide 23 - Quiz