Hoofdstuk 7 - Oefenen KADER


Deelstreep is een ander woord voor:
A
( )
B
x
C
:
D
+
1 / 42
next
Slide 1: Quiz
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson


Deelstreep is een ander woord voor:
A
( )
B
x
C
:
D
+

Slide 1 - Quiz

Verplaatst de plaatjes naar de juiste naam.
kwadratisch verband
lineair verband
periodiek verband
wortel verband

Slide 2 - Drag question

Verplaatst de plaatjes naar de juiste formule of naam.
periodiek verband

Slide 3 - Drag question

Bereken met de rekenmachine:

Slide 4 - Open question


Bereken met de rekenmachine:
A
20
B
26
C
4
D
22

Slide 5 - Quiz


Bereken met de
rekenmachine:
3+72×(32+11)+5
A
9
B
7,9
C
24,1
D
22

Slide 6 - Quiz

Hoeveel zijn de kosten bij 6 uur werk?

Slide 7 - Open question

Wat is het bedrag bij een gewicht van 150 gram?

Slide 8 - Open question

Wat zijn de coördinaten van de top?

Slide 9 - Open question

Bereken
de hoogte
bij a = 5

Slide 10 - Open question

Bereken de
kijkafstand
bij h = 4. Rond af
op één decimaal.

Slide 11 - Open question

Hoe noem je de grafiek bij een kwadratische formule?

Slide 12 - Open question

cijfer = 1 + (aantal punten + 3) : 7

Welk cijfer hoort bij 34 punten?
Rond af op 1 decimaal.

Slide 13 - Open question

De grafiek hiernaast hoort bij een periodiek verband.

Hoe lang duurt één periode?
A
3 seconden
B
6 seconden
C
10 meter
D
20 meter

Slide 14 - Quiz

Je kunt met deze formule voorspellen hoe lang je wordt.
De lengtes zijn in centimeter.

moeder = 174 cm en vader = 194 cm

Hoe lang wordt de jongen?


A
200 cm
B
198 cm
C
195 cm
D
190 cm

Slide 15 - Quiz

Een parabool
A
is symmetrisch
B
is een rechte lijn
C
teken je met liniaal
D
begint altijd bij 0

Slide 16 - Quiz

Hoe noemen we de grafiek die hoort bij een formule met een kwadraat?
A
Hyperbool
B
Parabool
C
Rechte lijn
D
Cirkel

Slide 17 - Quiz

Hoogte in m = 7a - a²
a = afstand in meters.

Hoe hoog is de bal bij a = 2

Slide 18 - Open question

Hoogte in m = 7a - a²
a = afstand in meters.

Hoe hoog is de bal bij a = 5

Slide 19 - Open question

Is dit een periodieke grafiek?
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quiz

Is dit een periodieke grafiek?
A
ja
B
nee

Slide 21 - Quiz

Wat is de periode in deze grafiek?
A
0 sec
B
20 sec
C
40 sec
D
120 sec

Slide 22 - Quiz

Is dit een periodieke grafiek?
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quiz

Wat is de periode in deze grafiek?
A
1 sec
B
3 sec
C
4 sec
D
6 sec

Slide 24 - Quiz

Bereken met je rekenmachine:
5 x (40 - 32) : 9
Rond af op één decimaal.
A
41,4
B
4,4
C
4,5
D
41,5

Slide 25 - Quiz

Wat moet er in de tabel onder de
0 staan?
A
0
B
1
C
4
D
16

Slide 26 - Quiz

Wat moet er in de tabel onder de
1,5 staan?
A
0
B
2,25
C
3
D
3,75

Slide 27 - Quiz

Lou heeft een schildersbedrijf.
kosten per dag in € = 150 + (t - 3) x 85,40
t = aantal werkuren per dag
Bereken de kosten per dag bij t = 8.
A
€833,20
B
€406,20
C
€577,-
D
€277,-

Slide 28 - Quiz

Nima verdient €117,- per week. Hoeveel verdient zij per maand? Gebruik de formule.
w = weekloon in €
maandloon=1252w
A
€114,08
B
€4343,08
C
€507,-
D
€6096,-

Slide 29 - Quiz

Bereken de hoogte voor a = 2

hoogte=4aa2
A
4
B
0
C
38
D
8

Slide 30 - Quiz

Bereken de hoogte voor a = 3

hoogte=4aa2
A
3
B
9
C
12
D
34

Slide 31 - Quiz

Bereken met de rekenmachine:
16+9×32
A
9,9
B
85
C
45
D
21

Slide 32 - Quiz

Bereken met de rekenmachine:
2×24+121
A
43
B
65536
C
178
D
19

Slide 33 - Quiz

Bereken de snelheid als r = 30.
snelheid=125r
A
111,9
B
61,2
C
5,5
D
11,2

Slide 34 - Quiz

Hoeveel seconde is de periode?
A
1,5 seconde
B
3,5 seconde
C
5 seconde
D
10 seconde

Slide 35 - Quiz

Noa zit in een reuzenrad. In de grafiek zie je de hoogte van Noa in het reuzenrad.
a. Wat is het maximum?
b. Wat is het minimum?
A
maximum= 18 m minimum= 2 m
B
maximum= 20 m minimum= 0 m
C
maximum= 360 m minimum= 0 m
D
maximum= 2 m minimum= 18 m

Slide 36 - Quiz

Bereken met de rekenmachine:
123=

Slide 37 - Open question

Bereken met de rekenmachine:
123+6325=

Slide 38 - Open question

Bereken met de rekenmachine:
41021=

Slide 39 - Open question

Bereken deze som voor b = 5.
410b23=

Slide 40 - Open question

Bereken de som voor t = 3

hoogte=5tt2

Slide 41 - Open question

Je kan het!
Vond je de oefentoets lastig? Kijk dan nog een keer de uitlegfilmpjes online via de methodesite van Getal en Ruimte. 
Oefen daarna nog een keer de D-Toets van hoofdstuk 7, of deze sommen nog een keer. Succes ✿

Slide 42 - Slide