Thema 4 - stevigheid en beweging. Bs2

1 / 31
next
Slide 1: Slide
GesMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:
  1. VOORAF: Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen
  2. INSTRUCTIE: Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen
  3. TOEPASSING: Actieve verwerking, Formatief handelen 
  4. EVALUATIE: Afsluiting

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Overzicht Periode #
  • Thema 4: Stevigheid en beweging
  • Thema 5: Waarnemen en gedrag  
  • Benodigde lesmaterialen: Boek B
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Week 9
Week 10 
Week 11
...
...



...
...
...
...
...

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Overzicht Periode #
  • Thema 4: Stevigheid en beweging
  • Thema 5: Waarnemen en gedrag  
  • Benodigde lesmaterialen: Boek B

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 6 - Slide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
timer
5:00

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Na de les kun je...
... de kenmerken van bot en van kraakbeen noemen.

... beschrijven hoe de samenstelling van botten verandert tijdens het leven.
... de vier beenverbindingen beschrijven.


Slide 8 - Slide

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Checklist:
  • Bepaal welke voorkennis relevant is voor de nieuwe lesstof.
  • Ontwerp een terugblik-opdracht die deze voorkennis activeert.
  •  Overweeg of en hoe thuistalen ingezet kunnen worden om de voorkennis te activeren.
Wat is kraakbeen?

Slide 9 - Mind map

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 
Bot bestaat uit..
Kalk is hard en zorgt voor stevigheid

Lijmstof zorgt ervoor dat een bot een beetje buigzaam blijft. Daardoor breekt het bot minder snel.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Kraakbeen
Veel lijmstof en weinig kalk
--> stevig, maar toch buigzaam

In je neus, oorschelpen, tussen je ribben en borstbeen
In het blauw is kraakbeen weergegeven

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

De samenstelling van botten verandert

Het skelet van baby's bestaat vooral uit kraakbeen 

Bij het ouder worden verandert kraakbeen in bot. 

De hoeveelheid lijmstof neemt af en de hoeveelheid kalk neemt toe

Minder buigzaam -->  botten breken makkelijker

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Schrijf mee
Welke lijn hoort bij kalk?

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Beenverbindingen
De manieren waarop botten in het skelet met elkaar verbonden zijn.
• vergroeid
• met een naad
• met kraakbeen
• met een gewricht
Sommige beweegbaar, andere niet

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Link

This item has no instructions

Vergroeid en met naad
Staartbeen en heiligbeen: vergroeide wervels

Botten van de schedel zitten vast met naden

--> geen beweging

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Fontanellen
Fontalen: ruimte tussen de botten van de schedel

Beweging tussen de botten mogelijk

1e levensjaar --> groeit dicht --> naden
Schedel van een baby

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Kraakbeen en gewrichten
Kraakbeen tussen de wervels en tussen de ribben en het borstbeen.
Tussen ribben en wervels zit een gewricht.

--> wel beweging

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Demonstratie practicum
Pak bladzijde 60 erbij
Samenstelling van bot
- zoutzuur
- vlam

timer
15:00

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Vragen over het huiswerk
Opdracht 1, 2, 3, 4, 5 en 6 
Bladzijde 10, 11, 12 en 13

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Invuloefening
Je werkt in tweetallen.
Je mag je boek als hulpmiddel gebruiken.

Aan het einde lever je het ALLEMAAL bij MIJ in
timer
15:00

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Controlevragen
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 22 - Quiz

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
      Leerdoelen
  1. R
  2. T1
  3. T2
  4. I


Checklist:
  • Het leerdoel is in leerlingentaal geformuleerd.
  • Het leerdoel is volgens de RTTI-methodiek geformuleerd.
  • Het leerdoel geeft een omschrijving van de context (inhoud).
  • Er wordt een werkwoord gebruikt in het leerdoel (gedrag).
  • De condities worden weergeven in het leerdoel (voorwaarden).
  • Er zijn succescriteria gekoppeld aan het leerdoel (norm).

Slide 23 - Slide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   
Instructie
Checklist:
  • Interactieve uitleg (responsief): wisbordjes, LessonUp check-vragen, Cornell-methode.
  • Een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren.
  • Meertaligheid functioneel inzetten.
  • Iedereen bij de les betrekken.

Slide 24 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.


Voorbeelden
Checklist:
  • Dual Coding (woord en beeld combineren)
  • Concrete voorbeelden
  • Herkenbare voorbeelden gerelateerd aan de leefwereld van de leerlingen

Slide 25 - Slide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven. 
Aan de slag
Checklist:
  • Expliciete instructie voor toepassingsopdracht: wat, hoe, hoe lang, klaar?
  • Afwisseling in oefentypes (herkneden van de lesstof)
  • Eerst voordoen, daarna begeleidt inoefenen, vervolgens zelfstanding en weer samen (ik--wij-jij/jullie-wij)
  • Het leren zichtbaar maken (zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode )
  • Differentiëren waar nodig: heterogeen en flexibel.

Slide 26 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen
Aan de slag
Opdracht 1, 2, 4, en 5
Bladzijde 17 en 18

Opdracht 1
bladzijde 24
timer
20:00

Slide 27 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen
Controlevragen
A
a.
B
b.
C
c.
D
d.

Slide 28 - Quiz

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de les gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt willekeurig leerlingen met open vragen. De docent stimuleert kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen elkaars werk te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden te gebruiken, gevolgd door geïnformeerde vervolgstappen.
Afsluiting
Je kunt nu ...
... de kenmerken van bot en van kraakbeen noemen.
... beschrijven hoe de samenstelling van botten verandert tijdens het leven.
Checklist:
  • Zijn de leerdoelen behaald?
  • Les in context plaatsen van de periode 
  • Het leren en het gedrag samen evalueren
  • Vooruitblikken adhv JdW-planner  

Slide 29 - Slide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

    Begrippen uit deze les
  • ...
  • ...
  •  ...

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Exit ticket

Slide 31 - Open question

This item has no instructions