3F - intro spelling, stijl en grammatica

Studiemeter 3F
spelling
stijl
grammatica
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Studiemeter 3F
spelling
stijl
grammatica

Slide 1 - Slide

Ik wil hen/hun een bloemetje geven.
A
hen
B
hun

Slide 2 - Quiz

Hebben zij/hun dat gedaan?
A
zij
B
hun

Slide 3 - Quiz

Willen zij hen/hun verwelkomen?
A
hen
B
hun

Slide 4 - Quiz

Het paard dat/wat daar staat is kreupel
A
dat
B
wat

Slide 5 - Quiz

Dat/die is de grootste slimmerd van de klas.
A
dat
B
die

Slide 6 - Quiz

Er is niets wat/dat hij niet voor haar zou doen.
A
wat
B
dat

Slide 7 - Quiz

Liever een bamischijf als/dan een frikadel
A
als
B
dan

Slide 8 - Quiz

Een kaassoufflé is net zo populair als/dan een satékroket.
A
als
B
dan

Slide 9 - Quiz

Hij is echt leuker als/dan haar ex.
A
als
B
dan

Slide 10 - Quiz

Ik heb van het mooie weer genoten

genoten
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord

Slide 11 - Quiz

Hoeveel zelfstandig naamwoorden?

De brandweerauto rijdt met de ladderwagen naar het bejaardenhuis om de brand te blussen
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 12 - Quiz

Ik heb mijn telefoon gepakt en sluit de oplader aan

sluit
A
persoonsvorm
B
werkwoordelijk gezegde
C
onderwerp

Slide 13 - Quiz

Ik vindt dit een goed plan
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quiz

Hij heette Gert.
A
goed
B
fout

Slide 15 - Quiz

Hij heeft de computer gehackt
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quiz

Waarom heeft hij dit nu uitgehaaldt?
A
goed
B
fout

Slide 17 - Quiz

Van de omgehakte boom maakt hij een bank.
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quiz