Toptaal A0A1 31 augustus

Wat gaan we vandaag doen?

- schrijfopdracht bespreken
- woordjes thema 4.2 oefenen
- meervoud
- de- en het-woorden
- Thema 4, deel 3 (Eet je teveel vet en suiker?)
- klankenspel
1 / 47
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat gaan we vandaag doen?

- schrijfopdracht bespreken
- woordjes thema 4.2 oefenen
- meervoud
- de- en het-woorden
- Thema 4, deel 3 (Eet je teveel vet en suiker?)
- klankenspel

Slide 1 - Slide

Anubhav

Pel de ui en de knoflook.
Snijd de ui, knoflook en gember,
Smelt de boter in een koekenpan,
Uimengsel een paar minuten bakken
Voeg de tomatenpuree toe
Voeg de kruiden toe
Voeg de kippenpoten toe
Laat 30 minuten koken
Serveren met rijst



Slide 2 - Slide

Deepashree

Pak 200 gram meel
Doe het in een bak
Meng de meel met bakpoeder en een beetje zout
Meng in een andere kom 2 eieren
Doe er 150 gram suiker bij
Roer de 50 gram gesmolten boter
Meng de twee mengsels in één kom
Verwarm de pan
Doe een beetje olie
Doe 1 grote lepel beslag in de pan
Eet het warm

Slide 3 - Slide

Paulina
1. kook het haver doe de kokos melk erbij
laat het koken tot dat het samen mengt
2. Doe de kruiden erbij : curry, zoete paprika, kleine stukjes gemberwortel
meng nu alles samen
3. Pak een nieuwe pan en bak amandelvlokken met en beetje chili en zout
4. Doe de haver in een schaal een strooi de bieslook en amandelvlokken er boven op
5. Serveer de kaas apart 





Slide 4 - Slide

Ion

knijp 2 citroenen
roer goed
voeg een glas witte wijn toe en laat 12 uur marineren, kook het vervolgens op een langzaam vuur totdat het een bruinachtige kleur krijgt.

Slide 5 - Slide




Woordjes thema 4, deel 1 en 2

Slide 6 - Slide

Peper hoort bij de:
A
fruit
B
groenten
C
vleeswaren
D
kruiden

Slide 7 - Quiz

In China eet men veel ......................
A
brood
B
rijst
C
boerenkool
D
dropjes

Slide 8 - Quiz

Wat zijn dit?
A
eieren
B
eiren
C
eien
D
eiers

Slide 9 - Quiz

De kinderen ..................... pannenkoeken heel erg lekker.
A
houden
B
vinden
C
hebben nodig
D
staan

Slide 10 - Quiz

Kom je in de pauze koffie drinken? Ja, ik zie je .................!
A
straks
B
zonder
C
laat
D
weleens

Slide 11 - Quiz

Dit is ....................
A
bieren
B
beer
C
biers
D
bier

Slide 12 - Quiz

soms is hetzelfde als ..................
A
vaak
B
nooit
C
af en toe
D
bijna

Slide 13 - Quiz

Als je aardappels klein snijdt en bakt in de olie dan krijg je ....................
A
rijst
B
brood
C
boerenkool
D
patat

Slide 14 - Quiz

Veel Nederlanders eten een boterham met ................... voor de ..................
A
kaas, lunch
B
rijst, ontbijt
C
yoghurt, avondeten
D
volkorenbrood, ontbijt

Slide 15 - Quiz

Aan het einde van de maaltijd eten we een ....................
A
volkorenbrood
B
toetje
C
bier
D
zout

Slide 16 - Quiz

Ik loop ieder dag ................... de bakker. Wat ruikt het daar lekker!
A
niks
B
langs
C
allerlei
D
weleens

Slide 17 - Quiz

Een journalist die iemand vragen stelt is een ......
A
interviewer
B
intervie
C
unterview
D
untervouiwer

Slide 18 - Quiz

Meestal maak je meervoud door -en achter een woord te zetten
Bijvoorbeeld: de stoel - de stoelen

Maar... let op!
Het oog - de ogen
de fles - de flessen
de prijs - de prijzen
de brief - de brieven

Slide 19 - Slide

Woorden die op -en, -el, -er, -em eindigen, krijgen een `s` aan het einde

Bijvoorbeeld:
de puber      - de pubers
het laken      - de lakens
de bezem    - de bezems
de lepel        - de lepels

Slide 20 - Slide

Woorden die eindigen op a, o, u, i of y krijgen een 's` in het meervoud

Bijvoorbeeld:
de oma - de oma's
de auto - de auto's
het menu - de menu's
de taxi - de taxi's
de pony - pony's


Slide 21 - Slide

Het meervoud van MAAN is:


Slide 22 - Open question

Het meervoud van BOOM is:

Slide 23 - Open question

Het meervoud van REIS is:

Slide 24 - Open question

Het meervoud van JONGEN is:

Slide 25 - Open question

Het meervoud van DRUPPEL is:

Slide 26 - Open question

Het meervoud van BABY is:

Slide 27 - Open question

Het meervoud van EMMER is:

Slide 28 - Open question

Het meervoud van DUIF is:

Slide 29 - Open question

Het meervoud van DILEMMA is:

Slide 30 - Open question

Het meervoud van AUTO is:

Slide 31 - Open question

Het meervoud van BEKER is:

Slide 32 - Open question

Het meervoud van HUIS is:

Slide 33 - Open question


Lidwoorden

DE of HET??


Slide 34 - Slide

.... soep

Slide 35 - Open question

.... stuk

Slide 36 - Open question

.... koelkast

Slide 37 - Open question

..... rijst

Slide 38 - Open question

.... interview

Slide 39 - Open question

.... bier

Slide 40 - Open question

.... boter

Slide 41 - Open question

.... toetje

Slide 42 - Open question

.... kruiden

Slide 43 - Open question

.... pap

Slide 44 - Open question

.... ei

Slide 45 - Open question

Dubbelklanken:
ei
ij

eu

ou
au

oe

ui

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide