Brugklas Werkwoordspelling H6

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Welkom

Slide 2 - Slide

Lesdoelen 
- Je leert over werkwoordsvormen en werkwoordstijden

Slide 3 - Slide

Werkwoordsvormen en -tijden
Alle werkwoorden hebben verschillende werkwoordsvormen en werkwoordstijden

Slide 4 - Slide

Denken
Denken
Denkt
Dacht
Denkend
Gedacht
Denk
Dachten

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Schrijf op van het werkwoord spieken
- infinitief
- persoonsvorm tegenwoordige tijd
ik.... 
- persoonsvorm verleden tijd
ik….
- voltooid deelwoord
- onvoltooid deelwoord

Slide 7 - Slide

Spieken
- infinitief
- persoonsvorm tegenwoordige tijd ik....
- persoonsvorm verleden tijd ik...

Slide 8 - Open question

Spieken
- voltooid deelwoord
- onvoltooid deelwoord

Slide 9 - Open question

Werkwoordstijden
1.  o.t.t.: onvoltooid tegenwoordige tijd  
Ik eet een appel.                                       Ik ga naar de stad. 
2. o.v.t.: onvoltooid verleden tijd  
Ik at een appel.                                          Ik ging naar de stad. 
3. v.t.t.: voltooid tegenwoordige tijd  
Ik heb een appel gegeten.                   Ik ben naar de stad gegaan. 
4. v.v.t.: voltooid verleden tijd  
Ik had een appel gegeten.                    Ik was naar de stad gegaan.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

De meisjes wonnen van de jongens met basketbal.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Haar broertje heeft de hele nacht gehuild.
A
ott
B
ovt
C
vtt
D
vvt

Slide 14 - Quiz