H1.2 Veiligheid

§ 1.2 Veiligheid
1 / 21
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

§ 1.2 Veiligheid

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 
  • Je leert hoe je veilig omgaat met stoffen.
  • Je leert wat voor materialen je gebruikt tijdens een experiment.
  • Je leert een natuurwetenschappelijk onderzoek uitvoeren.

Slide 2 - Slide

Veiligheid
Het Global Health System (GHS) deelt stoffen en mengsels in in gevarenklassen. 

Slide 3 - Slide


Gevarenpictogrammen
"waarschuwingsborden"
Zo weten werknemers overal ter wereld hoe ze moeten omgaan met deze stoffen.
Deze pictogrammen moet je kunnen tekenen en je moet de betekenis uit je hoofd weten.

Slide 4 - Slide

Gevarensymbolen in het dagelijks leven

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Veiligheidsinformatie
H-zinnen: gezondheidsgevaren (H = hazard) 
P-zinnen: preventie (P = prevention) = voorkomen van ongelukken



Slide 8 - Slide

Wat gaat hier allemaal fout?

Slide 9 - Slide

De gasbrander (bunsenbrander)
  • Pauzevlam
  • Kleurloze/blauwe vlam
  • Ruisende vlam

Welke is het gevaarlijkst?

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Onderzoeksverslag

1. Onderzoeksvraag; wat ga je onderzoeken

2. Hypothese; wat denk je a.d.h.v. de theorie wat er gaat gebeuren

3. Benodigdheden; welke materialen heb je nodig?

4. Werkwijze; hoe voer je je experiment uit

5. Waarnemingen; wat neem je waar met je zintuigen tijdens het experiment. 

6. Resultaten; wat is de resultaat van het experiment

6. Conclusie; wat is je antwoord op je onderzoeksvraag

7. Discussie; klopte je hypothese? Ging je proef goed? Wat kan er beter?


Slide 13 - Slide

Wat is de betekenis van dit gevarensymbool?
A
explosief
B
ontvlambaar
C
brandbevorderend
D
schadelijk

Slide 14 - Quiz

Wat is de betekenis van dit gevarensymbool?
A
explosief
B
schadelijk
C
toxisch (giftig)
D
milieugevaarlijk

Slide 15 - Quiz

Welke veiligheidsvoorzieningen zijn aanwezig in een scheikunde lokaal?
A
Zuurkast
B
Brandblusser en branddeken
C
(Oog)douche
D
Alle drie de opties

Slide 16 - Quiz

Wat is GEEN regel tijdens scheikunde practica?
A
Een teveel aan stof mag je nooit terugdoen in de voorraadpot.
B
Als je een fles met vloeistof in een reageerbuis giet, kan dit direct uit de fles.
C
Schud nooit met je duim op een reageerbuis.
D
Als je de brander gebruikt ga je staan.

Slide 17 - Quiz

0

Slide 18 - Video

Herkennen van stoffen

Waarnemen: Bij de scheikunde doe je waarnemingen door middel van:

  • goed kijken
  • voorzichtig ruiken
  • meten
  • voelen
  • horen

Vaak zorgen we voor een specifieke reactie om de waarneming te kunnen doen. Bij proefjes dus goed opletten!

Slide 19 - Slide

Evaluatie Leerdoelen
  • Je leert hoe je veilig omgaat met stoffen.
  • Je leert wat voor materialen je gebruikt tijdens een experiment.
  • Je leert een natuurwetenschappelijk onderzoek uitvoeren.

Slide 20 - Slide

Huiswerk
Noteer eerst in je agenda:

Leren en maken § 1.2 
Opdracht 19 t/m 27

Slide 21 - Slide