What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Beta
Log in
Register
‹
Return to search
Nieuwsbegrip Veilig zwemmen door de reddingsbrigade
Veilig zwemmen door
de reddingsbrigade
1 / 34
next
Slide 1:
Slide
NT2
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
This lesson contains
34 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Veilig zwemmen door
de reddingsbrigade
Slide 1 - Slide
Veilig zwemmen door
de reddingsbrigade
Waar kun je in Nederland zwemmen?
Wie helpen mensen die hulp nodig
hebben in het water?
Op wie letten deze mensen?
Hoe kun je ze herkennen?
Slide 2 - Slide
Wat is de taak van een lifeguard?
A
Zorgen dat mensen veilig zijn
B
Zorgen dat het strand schoon blijft
C
Mensen insmeren met zonnebrand
D
Zorgen dat de vissen veilig zijn
Slide 3 - Quiz
Wanneer werden de eerste reddingsbrigades opgericht?
A
In juni
B
1824
C
2022
D
1935
Slide 4 - Quiz
Hoe werden mensen vroeger gered?
A
Met een jetski
B
Op een surfplank
C
Met een roeiboot
D
Met een motorboot
Slide 5 - Quiz
Hoe kun je lifeguards herkennen?
A
Aan hun rode en gele kleding.
B
Aan hun zwempak of zwembroek.
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Slide
Inleiding
Slide 8 - Slide
Waarom was het druk
op de stranden?
A
Het was warm.
B
Er waren veel golven.
C
Het was er erg veilig.
D
Dat is leuk voor kinderen.
Slide 9 - Quiz
Wie houdt in de gaten of
alles goed gaat op het strand?
A
De mensen die op het strand liggen.
B
Lifeguards
C
Niemand
D
Opa's en oma's
Slide 10 - Quiz
Waar worden ook kinderen
opgeleid tot lifeguard?
A
Zandvoort
B
Bloemendaal
C
Egmond aan Zee
D
Katwijk aan Zee
Slide 11 - Quiz
Zwemmen
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Waar kun je zwemmen?
A
Alleen in het zwembad.
B
Op veel plekken.
C
In een bubbelbad.
D
In de lucht.
Slide 14 - Quiz
Wat is een meer?
A
Een oceaan
B
Een grote waterplas
C
Een zee
D
Een rivier
Slide 15 - Quiz
Waarom zijn er badmeesters
in een zwembad?
A
Die kijken of het water niet te koud is voor de mensen.
B
Die zorgen ervoor dat iedereen het leuk vindt in het water.
C
Die letten op of alles goed gaat met de zwemmers.
Slide 16 - Quiz
Als ik samenvat, haal ik de belangrijkste informatie
uit de tekst en kan ik de tekst beter onthouden.
Doel: Ik kan nu in een aantal zinnen vertellen
waar de tekst over gaat.
Slide 17 - Slide
Samenvatting. In welke zinnen staat het belangrijkste uit dit stukje?
A
In een zwembad zijn er daarom badmeesters. Zij letten goed op. Maar hoe is dat aan de kust?
B
Je kunt bijvoorbeeld zwemmen in zee of in een rivier. Maar zwemmen is niet altijd veilig.
Slide 18 - Quiz
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Wat zijn watersporters?
A
Zwemmers
B
Wandelaars
C
Surfers
D
Zeilers
Slide 21 - Quiz
Wat betekent 'in actie komen'?
A
Op het strand liggen.
B
Naar zwemmers kijken.
C
Iets gaan doen.
Slide 22 - Quiz
Op welke mensen
letten de lifeguards?
A
Op alle kleine kinderen die nog niet naar school gaan.
B
Op alle mensen die een dagje uit zijn in de vakantie.
C
Op zwemmers, de watersporters en de mensen op het strand.
Slide 23 - Quiz
Slide 24 - Slide
Samenvatting. In welke zinnen staat het belangrijkste uit dit stukje?
A
Bij de reddingsbrigade werken Lifeguards. Lifeguards helpen mensen in nood.
B
Er zijn veel reddingsbrigades. Bij de reddinsgbrigades werken Lifeguards.
Slide 25 - Quiz
Slide 26 - Slide
Welke kleur heeft de kleding
van een lifeguard?
A
Rood/blauw
B
Groen/geel
C
Blauw/oranje
D
Rood/geel
Slide 27 - Quiz
Welke 3 dingen weet je
nu over lifeguards?
A
Ze kunnen goed zwemmen.
B
Ze weten wanneer er een risico is om ergens te zwemmen.
C
Ze hebben blauwe en witte kleding aan.
D
Ze weten welke plekken veilig zijn om te zwemmen.
Slide 28 - Quiz
Samenvatting. In welke zinnen staat het belangrijkste uit dit stukje?
A
Lifeguards dragen rode met gele kleding.
B
Lifeguards waarschuwen en helpen mensen.
Slide 29 - Quiz
Tips van de lifeguards
Slide 30 - Slide
Wat moet je doen als er een
rode vlag bij het strand hangt?
A
Niet gaan zwemmen.
B
Om hulp roepen.
Slide 31 - Quiz
Welke tip werd NIET gegeven
door de lifeguards?
A
Ga niet alleen het water in.
B
Ga niet zwemmen als het donker is.
C
Ga niet te ver het water in.
D
Ga niet zwemmen als er een rode vlag hangt.
Slide 32 - Quiz
Samenvatting. In welke zinnen
staat het belangrijkste?
A
Lifeguards hebben tips hoe veilig je bent in het water.
B
Lifeguards zeggen dat je helemaal niet moet gaan zwemmen.
Slide 33 - Quiz
Hoe sluiten we de les af?
Laptop afsluiten en in de kast
opbergen aan de lader.
Ga rustig zitten en praat zachtjes.
Pak je tas in.
Als ik het zeg:
Mag je opstaan, je stoel aanschuiven en
wachten bij de deur tot de bel gaat.
Slide 34 - Slide
More lessons like this
Nieuwsbegrip week 25 Veilig zwemmen
June 2022
- Lesson with
18 slides
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Reddingsbrigade groep 7/8
March 2023
- Lesson with
14 slides
Nieuwsbegrip Veilig Zwemmen door de reddingsbrigade
June 2022
- Lesson with
30 slides
NT2
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
reddingsbrigade
June 2022
- Lesson with
15 slides
Begrijpend lezen
Basisschool
Groep 8
Nieuwsbegrip 2022
September 2022
- Lesson with
15 slides
Begrijpend lezen
Basisschool
Groep 4
Het Kwadrant - Nieuwsbegrip Week 25
July 2024
- Lesson with
15 slides
Begrijpend lezen
Basisschool
Groep 4
Nieuwsbegrip Week 25
July 2024
- Lesson with
18 slides
Begrijpend lezen
Basisschool
Groep 4,5
Week 25: veilig zwemmen
June 2022
- Lesson with
12 slides
nieuwsbegrip
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1