8.3 Voedsel op aarde check leerdoelen en samenvatting maken

8.3 Voedsel op aarde check leerdoelen 
1 / 29
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

8.3 Voedsel op aarde check leerdoelen 

Slide 1 - Slide

Wat moet je kennen en kunnen?
Wat is het tweede leerdoel van deze paragraaf?
Je weet......

Slide 2 - Open question

Wat is de juiste definitie van voedselafdruk?
A
De hoeveelheid ruimte op aarde die wordt gebruikt door één persoon of een land
B
voedseltekorten en stijgende prijzen
C
Het vermogen van de natuur om mensen te voorzien in hun bestaan, zonder dat het natuurlijke evenwicht wordt verstoord.
D
het aantal hectares dat nodig is om voedsel te verbouwen per inwoner of per land

Slide 3 - Quiz

De voedselafdruk wordt groter door: schaalvergroting, bevolkingsgroei en toenemende welvaart.

Gaat het hier over oorzaak of gevolg?
A
Oorzaak
B
Gevolg

Slide 4 - Quiz

Hoeveel oorzaken worden er genoemd in je boek voor de toegenomen voedselafdruk?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 5 - Quiz

Wat is geen oorzaak voor de toenemende voedselafdruk?

A
specialisatie
B
schaalvergroting
C
bevolkingsgroei
D
toenemende welvaart

Slide 6 - Quiz

Wat is een gevolg van de toenemende vraag naar voedsel?

A
specialisatie
B
schaalvergroting
C
bevolkingsgroei
D
toenemende welvaart

Slide 7 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een duurzame energiebron?
A
windenergie
B
aardolie
C
biobrandstof
D
aardgas

Slide 8 - Quiz

Dat we meer duurzame energiebronnen gaan gebruiken lijkt goed. Leg uit wat de invloed van het gebruik van biobrandstoffen is op de beschikbaarheid van voedsel op aarde. Doe dit met een oorzaak-gevolg redenering

Slide 9 - Open question

Bij welk leerdoel sluit de vorige vraag het best aan?
A
Je weet wat het verband is tussen duurzaamheid en voedselproductie en -consumptie.
B
Dat de voedselafdruk een onderdeel is van de ecologische voetafdruk.
C
Je weet waardoor er in de toekomst grotere voedseltekorten dreigen.
D
Je weet hoe de productie en consumptie van voedsel duurzamer wordt.

Slide 10 - Quiz

Wat is het verschil tussen productie en consumptie van voedsel?

Slide 11 - Open question

Als we kijken naar voedselvoorziening in de wereld dan is deze niet duurzaam.
Beredeneer dit door de begrippen productie en consumptie te gebruiken.

antwoord met een oorzaak -gevolg redenering

Slide 12 - Open question

De groene revolutie heeft een grote rol gespeeld in de productie van voedsel.

Wat is de Groene Revolutie?
A
Steeds meer aandacht voor natuur in landen
B
Toename van het aantal vegetariërs
C
Het opkomen van biologische landbouwproducten
D
Toename van landbouwproductie in ontwikkelingslanden

Slide 13 - Quiz

Van veel, kleine boerderijen naar minder, maar hele grote boerderijen
A
voedselafdruk
B
schaalvergroting
C
bevolkingsprognose
D
Intensivering

Slide 14 - Quiz

Als je naar onze voedselafdruk kijkt, waarom is lokaal eten dan zo belangrijk voor de aarde?
A
Je stoot minder CO2 uit
B
Transportkilometers zijn lager
C
Nederland produceert veilig en gezond voedsel
D
Zowel a, b als c

Slide 15 - Quiz

Wat past niet bij intensieve landbouw?
A
gebruik van machines en computers
B
gebruik van kunstmest
C
gebruik van bestrijdingsmiddelen
D
biologisch

Slide 16 - Quiz

Noem twee redenen waardoor intensieve landbouw vaak niet duurzaam is.

Wordt hier gevraagd naar oorzaak of gevolg?
A
oorzaak
B
gevolg

Slide 17 - Quiz

Noem twee redenen waardoor intensieve landbouw vaak niet duurzaam is.

Slide 18 - Open question

Op welke drie manieren kun je duurzamer produceren?
leerdoel: Hoe wordt productie duurzamer?

Slide 19 - Mind map

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

Op welke drie manieren kun je duurzamer consumeren?
leerdoel: Hoe wordt consumptie duurzamer?

Slide 22 - Mind map

Product -

Duurzaam consumeren


consuminderen

Slide 23 - Slide





Droogte

Slide 24 - Slide

Bij welke lesdoel sluit de foto op de vorige dia het best aan?

Slide 25 - Open question

Bij welk leerdoel sluit het plaatje links aan?

Leg uit waarom je dat vindt.

Slide 26 - Open question

Veel boeren richten zich op één soort landbouw dat doen ze om meer te kunnen produceren hoe wordt dat genoemd?
A
gemengde landbouw
B
intensivering
C
mechanisatie
D
specialisatie

Slide 27 - Quiz

Een nadeel van specialisatie van de landbouw is....

Wordt hier gevraagd naar een oorzaak of gevolg?
A
oorzaak
B
gevolg

Slide 28 - Quiz

Een nadeel van specialisatie van de landbouw is....
A
Producten worden steeds beter
B
Kleine bedrijven verdwijnen
C
Productie wordt vergroot
D
Gewassen zijn gevoeliger voor plagen.

Slide 29 - Quiz