Hoofdstuk 3 Getallen Voorkennis en 3.1

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Welkom

Schrijf de opgaven waar je vragen over hebt op het bord.

Hoofdstuk 3 Getallen

Vandaag

1. doelen

2. vorige les

3. voorkennis

4. uitleg

5. zelfstandig werken

7. uitleg

8. zelfstandig werken

9. afsluiting

Doelen

Aan het einde van deze les kan/weet jij...

... wat de begrippen som, verschil, product en quotiënt betekenen

... berekeningen in de juiste volgorde uitvoeren

Vorige les

Waar zijn we mee bezig geweest?

Stelling: 17 is een cijfer

1. Juist
2. Onjuist

Van 31 415 is de waarde van het cijfer 3 is gelijk aan...

1. 30 000
2. 3 000
3. 10 000
4. 1 000

Voorkennis

Vereenvoudig zo ver mogelijk.

​32​​12​​

1. ​16​​6​​
2. ​32​​12​​
3. ​4​​3​​
4. ​8​​3​​

Welke breuk hoort bij het kommagetal 0,17

1. ​100​​17​​
2. ​1000​​17​​
3. ​1000​​1.7​​
4. ​10​​17​​

Zelfstandig werken

Hoe werk je? – Eerste 5 minuten in stilte daarna op fluistertoon overleggen.

Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.

                 2. Overleg binnen je rij.

                 3. Vraag de docent.

Klaar? – Nakijken daarna maken ondersteunende opdrachten of uitdagende opdrachten.

Maken? – V7 t/m V12. V staat voor Voorkennis.

3.1 Rekenvolgorde

• Je weet wat de begrippen som, verschil, product en quotiënt betekenen.
• Je kan berekeningen in de juiste volgorde uitvoeren.

Sleep de juiste bewerking naar het juiste teken:

som

verschil

product

quotient

x

+

-

:

Bereken de som van 7 en 2.

1. 9
2. 5
3. 14
4. 3,5

Bereken het quotiënt van 12 en 4.

1. 16
2. 8
3. 48
4. 3

Uitleg:

Voorbeeld

12 - 18 : (2 + 4) =

3 x 4 - (5 + 30) : 7 =

Sleep de onderdelen naar de juiste plek

6 x 4 + 2 x 4 =

 +

=

8

24

32

Bereken 5 + 9 x 2. Schrijf alle tussenstappen op.

1. 28
2. 19
3. 23

Bereken 34 - 16 : (3 - 1). Schrijf alle tussenstappen op.

1. 28
2. 26
3. 9
4. 5

Zelfstandig werken

Hoe werk je? – Eerste 5 minuten in stilte daarna op fluistertoon overleggen.

Hulp? – 1. Lees de theorie en kijk naar de voorbeelden.

                 2. Overleg binnen je rij.

                 3. Vraag de docent.

Klaar? – Nakijken daarna maken ondersteunende opdrachten of uitdagende opdrachten.

Maken? – V7 t/m V12. V staat voor Voorkennis.

                      2, 3, 5, 6, 7, 8

Doelen

Aan het einde van deze les kan/weet jij...

... wat de begrippen som, verschil, product en quotiënt betekenen

... berekeningen in de juiste volgorde uitvoeren

Bereken het product van 10 en 20.

1. 30
2. 10
3. 200
4. 2

Bereken het verschil van 18 en 5.

1. 23
2. 12
3. 60
4. 3,6

Bereken 15 + (5 - 2) x 3. Schrijf alle tussenstappen op.

1. 24
2. 54
3. 14
4. 45