5.5. woorden

WELKOM

Nederlands H5.5. woorden

Pak voor je:

  • Laptop met LessonUp
  • Talent boek blz. 103

LESDOEL:

Je leert 25 nieuwe woorden.




H5.7 maken jullie een andere keer verder af met mevr. Klein Breteler
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, bLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

WELKOM

Nederlands H5.5. woorden

Pak voor je:

  • Laptop met LessonUp
  • Talent boek blz. 103

LESDOEL:

Je leert 25 nieuwe woorden.




H5.7 maken jullie een andere keer verder af met mevr. Klein Breteler

Slide 1 - Slide

Terugblik

Hoe vind je de persoonsvorm?
A
Door de zin in een andere tijd te zetten of een vraag zin te maken
B
Door de zin om te draaien
C
Door ' t exkofschip te gebruiken
D
Door "smurfen" in te vullen

Slide 2 - Quiz

Woordenlijst
Blz. 103

We gaan zo even oefenen, je mag de woordenlijst erbij houden.

Slide 3 - Slide

Wat betekent aanmoedigen?
A
wil om iets te bereiken
B
zeggen dat iemand het goed doet en moet doorgaan
C
snel en handig iets doen
D
duidelijk maken

Slide 4 - Quiz

Wat betekent experimenteren?

A
proberen om te zien wat mogelijk is
B
duidelijk maken
C
kracht om door te gaan, ook bij tegenslag
D
snel en handig iets doen

Slide 5 - Quiz

Wat betekent het woord 'ambitie'?
A
zorgen dat iemand iets niet doet
B
zonder twijfel, zeker
C
wil om iets te bereiken
D
duidelijk maken

Slide 6 - Quiz

Wat betekent TEGENSLAG?
A
bedoeld voor
B
besturen, aanvoeren
C
durven te doen
D
gebeurtenis die niet gaat zoals jij wil

Slide 7 - Quiz

Wat betekent ONGETWIJFELD?
A
zonder twijfel, zeker
B
durven te doen
C
voortdurend
D
boos en teleurgesteld

Slide 8 - Quiz

Vul hey juiste woord in:
De betrapte dief maakte zich ....... uit de voeten
A
stug
B
grof
C
permanent
D
behendig

Slide 9 - Quiz

Vul het juiste woord in:
Ondanks de hitte liepen de wandelaars ........ door.
A
grof
B
stug
C
doorzettingsvermogen
D
tegenslag

Slide 10 - Quiz

Wat betekent LACONIEK?
A
kalme reactie terwijl je dat niet verwacht
B
zonder twijfel, zeker
C
vastbesloten
D
nauwkeurig

Slide 11 - Quiz

Leg uit wat een etmaal is.

Slide 12 - Open question

Wat betekent het als je iemand te grazen neemt?
A
een flinke grap met iemand uithalen
B
iemand helpen
C
iemand eten geven
D
iemand buitensluiten

Slide 13 - Quiz

Aan de slag
H5.5 woorden 

Maak opdracht 1 + 3 t/m 9 online.

Klaar ga verder met de woordentrainer of met Blooket! 

Jullie hebben een nieuwe Blooket link gekregen in jullie berichtenbox van Magister!

Slide 14 - Slide