psycho-educatie, les 2 M9

bemoeizorg en psycho educatie
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

bemoeizorg en psycho educatie

Slide 1 - Slide

Wat is psycho-educatie?
A
Hiermee krijgen mensen begrip (kennis) van hun eigen ziekte of beperking
B
Een behandel methode waardoor je genezen kunt.
C
Voorlichting over aandoeningen of beperkingen, aan cliënten met die aandoening of beperking
D
Een uitleg over psychoses en andere psychische ziektebeelden.

Slide 2 - Quiz

Welke onderwerpen komen aan bod bij psycho-educatie?
A
Oorzaken en symptomen van de ziekte/aandoening
B
Mogelijke behandelvormen
C
Gevolgen van de ziekte en acceptatie
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 3 - Quiz

Wat is het doel van psycho- educatie?
A
Hulp bieden bij de ADL
B
Het probleem verhelpen.
C
Gezellig praatje maken met de cliënt.
D
Client en zijn naasten leren omgaan met de aandoening en klachten.

Slide 4 - Quiz

Psycho-educatie geef je aan zorgvragers die...
A
Geen ziekte-inzicht willen of hebben
B
In een crisissituatie zitten
C
Naar buiten willen
D
Ziekte-inzicht willen of hebben

Slide 5 - Quiz

Geef een onderwerp waarop je psycho-educatie kunt toepassen in je eigen praktijk.

Slide 6 - Open question

Onderwerpen
het ziektebeeld
terugval en omgevingsfactoren
behandeling
omgaan met de zorgvrager
medicatie en medicatietrouw
rechten
sociaal functioneren
ontslag/nazorg (bij opgenomen zorgvragers)
patiëntenorganisaties

Slide 7 - Slide

Wat zijn belangrijke punten waar je als verpleegkundige rekening mee moet houden bij het geven van psycho-educatie.

Slide 8 - Open question

Aandachtspunten
Is er interesse in de voorlichting, wat is de voorkennis.
Neem de tijd voor de voorlichting.

Vermijd moeilijke woorden.
Ga regelmatig na of de zorgvrager of het familielid de informatie begrijpt, LSD toepassen.

Wees geduldig en toon begrip. Neem een positieve, stimulerende en geïnteresseerde houding aan (ook non-verbaal). Speel in op de persoonlijke situatie en vragen van de zorgvrager of het familielid.

Slide 9 - Slide

Terminologie
Maak de opdracht
Wat betekenen de woorden?

Slide 10 - Slide

Wat betekent bemoeizorg?
A
Hulp aan zorgvragers die in hun beleving geen zorg nodig hebben
B
Je bent vooral bezig met het sociale netwerk van de cliënt
C
Feedback geven aan collega's, waarin je je bemoeit met hun zorgverlening
D
De eigen regie van de cliënt, hij/zij bemoeit zich met de zorg

Slide 11 - Quiz

Wanneer wordt bemoeizorg ingezet?
A
Wanneer er geen mantelzorgers zijn
B
Wanneer eenzaamheid een grote rol speelt
C
Als cliënt zorg weigert , maar deze wel gewenst is.
D
Als een cliënt deze zorg nodig vindt.

Slide 12 - Quiz

Wat is een goede manier van handelen bij bemoeizorg?
A
Pak eerst het onderliggende probleem aan
B
Krijg een vertrouwensband
C
Zorg voor een goed vangnet
D
Iemand zijn zin geven

Slide 13 - Quiz

Bemoeizorg is een vorm van psychiatrische hulpverlening die erop gericht is zorgmijders in zorg te krijgen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Als bemoeizorger ben je hulp aan het opdringen aan iemand die daar niet om heeft gevraagd.
Wat doe je NIET?
A
Steevast elke week terug te komen
B
De buren op de hoogte brengen
C
Bemoeizorg heeft een positief effect
D
Naar de persoon luisteren

Slide 15 - Quiz

Welke rollen heeft de verpleegkundige die bemoeizorg uitvoert?

Slide 16 - Open question

Wat is een andere term voor 'outreachende zorg'?
A
Klinische zorg
B
Modelzorg
C
Ambulante zorg
D
Bemoeizorg

Slide 17 - Quiz

Depressie
Ga met elkaar in gesprek over het onderwerp

Vormen
Gevolgen
Omgaan met zorgvragers met een depressieve stoornis

Verwerk je informatie in je uitwerking voor het datapunt ( incl. bronnen)

Slide 18 - Slide