Prinsjesdag
1 / 13
Lesson duration is: 15 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Prinsjesdag valt altijd op
A
de derde dinsdag van september
B
de tweede dinsdag van september
C
de vierde dinsdag van oktober
D
de derde dinsdag van januari
Slide 3 - Quiz
In welke plaats in Nederland vind Prinsjesdag plaats ?
A
Amsterdam
B
Arnhem
C
Den Haag
D
Rotterdam
Slide 4 - Quiz
Wat presenteer de minister van Financiën op Prinsjesdag?
A
Een spreekbeurt over geld
B
Het regeerakkoord
C
Rijksbegroting en de miljoenennota
D
De begroting van zijn ministerie
Slide 5 - Quiz
De miljoenennota en rijksbegroting worden aan de Eerste en Tweede Kamer aangeboden door de minister van financiën.
A
juist
B
onjuist
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Slide
Welke belasting is een directe belasting?
A
BTW
B
inkomstenbelasting
C
accijns
D
vlaktaks
Slide 8 - Quiz
Welke van de volgende belastingen zijn indirecte belastingen?
A
Motorrijtuigenbelasting
B
Hondenbelasting
C
Belasting Toegevoegde Waarde
D
Inkomstenbelasting
Slide 9 - Quiz
Wie is de huidge minster van Financiën?
A
Mark Rutte
B
Jaap van Dissel
C
Wopke Hoekstra
D
Alexandra van Huffelen
Slide 10 - Quiz
Op Prinsjesdag begint het politieke jaar. Wie spreekt op Prinsjesdag
de Troonrede uit?
de Troonrede uit?
timer
0:30
A
De minister van Financiën
B
Premier Mark Rutte
C
Koning Willem-Alexander
D
Prinses Beatrix
Slide 11 - Quiz
Wat is er dit jaar bijzonder aan Prinsjesdag?
A
Kabinet is demissionair
B
Een week geleden was ramp met Erica
C
Koning is ziek
D
Minister-president is afgetreden
Slide 12 - Quiz
Na Prinsjesdag wordt in de Tweede Kamer gedebatteerd over de begroting. Hoe heet dit debat?
A
Politieke Beschouwingen
B
Financiële Beschouwingen
C
Algemene Beschouwingen
D
Parlementaire Beschouwingen
