Incongruentie

Incongruentie
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Incongruentie

Slide 1 - Slide

Incongru... wat?
congruentie = overeenstemming

incongruentie = gebrek aan overeenstemming, in het bijzonder in aantal tussen het onderwerp van een zins(stuk) en de bijbehorende persoonsvorm

Dus: ow enkelvoud = pv enkelvoud
ow meervoud = pv meervoud. Logisch toch? Nou...

Slide 2 - Slide

Het klinkt zo simpel, maar is de volgende zin correct of niet?

Eneco verwacht dat het gebruik van gas, water en elektriciteit de komende jaren bij de meeste huishoudens alleen maar verder zullen toenemen.
A
goed
B
fout
C
geen idee

Slide 3 - Quiz

Een stappenplan om incongruentie op te sporen of te voorkomen...
Nogmaals de zin:
Eneco verwacht dat het gebruik van gas, water en elektriciteit de komende jaren bij de meeste huishoudens alleen maar verder zullen toenemen. 

1. Zoek de pv 
2. Zoek het onderwerp bij de pv

Slide 4 - Slide

Benoem de persoonsvormen met bijbehorende onderwerpen:

Eneco verwacht dat het gebruik van gas, water en elektriciteit de komende jaren bij de meeste huishoudens alleen maar verder zullen toenemen.

Slide 5 - Open question

We weten nu hoe we de pv en het onderwerp vinden, maar dan?
(1. zoek de pv's)
(2. zoek het onderwerp)
3. stel vast welk zelfstandig naamwoord het kernwoord is,
namelijk het eerste zelfstandig naamwoord uit het zinsdeel onderwerp
4. bepaal of dat kernwoord grammaticaal enkelvoud of meervoud is. Dat moet je pv namelijk ook zijn.

Slide 6 - Slide

We hadden het volgende onderwerp bij de pv ' zullen':
het gebruik van gas, water en elektriciteit.

Wat is in dat onderwerp dan het kernwoord?
A
gebruik
B
gas
C
water
D
elektriciteit

Slide 7 - Quiz

Het kernwoord was dus 'gebruik'. Is dat woord enkelvoud of meervoud?
A
enkelvoud
B
meervoud

Slide 8 - Quiz

De zin wordt dus:
Eneco verwacht dat het gebruik van gas, water en elektriciteit de komende jaren bij de meeste huishoudens alleen maar verder ZAL toenemen.

Er was sprake van incongruentie want (een van de) pv('s) kwam in aantal niet overeen met het onderwerp.

Slide 9 - Slide

Goed of fout?
De media schrijft bijzonder negatief over deze superster.
A
Goed
B
Fout

Slide 10 - Quiz

De media schrijft bijzonder negatief.
media = onderwerp = meervoud
schrijft = pv = ev
-> getal onderwerp en pv komen niet overeen = incongruentie

Slide 11 - Slide

Goed of fout?
De jeugd in de grote steden als Amsterdam, Rotterdam en Utrecht hebben een probleem.
A
Goed
B
Fout

Slide 12 - Quiz

Verzamelwoord als onderwerp
'De jeugd' lijkt meervoud , is enkelvoud
->incongruentie

Slide 13 - Slide

De jeugd heeft de toekomst, maar ze weet het nog niet.
A
Goed
B
Fout

Slide 14 - Quiz

De kudde schapen stak de weg over.
A
Goed
B
Fout

Slide 15 - Quiz

Mensen die belangstelling hebben voor de functie worden verzocht te reageren.
A
Goed
B
Fout

Slide 16 - Quiz

Meewerkend vw wordt ten onrechte als ow gezien.
verzwegen ow: Er wordt aan mensen die belangstelling hebben....

-> incongruentie

Slide 17 - Slide

Incongruentie kan dus komen door:

-verzamelwoord als onderwerp
-onderwerp en pv staan te ver uit elkaar
-het mv wordt ten onrechte als ow gezien


Slide 18 - Slide

Onjuist begrenzen
Bij deze stijlfout gaat het om twee verschillende
fouten:

1. losstaand zinsgedeelte 
2. zinnen aan elkaar plakken

Slide 19 - Slide

losstaand zinsgedeelte
Soms wordt een deel van een samengestelde
zin ten onrechte geschreven als een aparte zin,
die met een hoofdletter begint en met een punt 
eindigt. 

Die bijzin komt dus los te staan van de hoofdzin.


Slide 20 - Slide

Goed of fout?
Ik snap wiskunde niet. Daardoor ben ik bang dat ik een onvoldoende haal.
A
goed
B
fout

Slide 21 - Quiz

Dus in welke drie situaties kan een incongruentie voorkomen?

Slide 22 - Open question

Incongruentie
Dit kan komen door: 
-verzamelwoord als onderwerp
De politie hebben
-onderwerp en pv staan te ver uit elkaar
-het mv wordt ten onrechte als ow gezien


Slide 23 - Slide

Ik snap wat een incongruentie is
A
eens
B
oneens

Slide 24 - Quiz

zelf maken opdr. 11 blz. 217, 218

Slide 25 - Slide