Aanwezig op: maandag, dinsdag, woensdag en vrijdag (SWS)
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2
This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 70 min
Items in this lesson
Welkom!
Nederlands
Mevrouw Takken, TNL
takkenl@farel.nl
Aanwezig op: maandag, dinsdag, woensdag en vrijdag (SWS)
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
- Welkom
- Groepen literatuur - ga bij elkaar zitten
- Opdracht(en) literatuur maken
Doel:
- Je hebt het boek helemaal gelezen en besproken. De uitwerking van de vragen (alle drie de besprekingen) staat op papier.
- Je hebt minimaal een script en taakverdeling voor je nieuwsitem.
Wat gaan we doen vandaag:
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Stillezen
timer
8:00
Zorg dat je de spullen voor je betoog op tafel hebt liggen.
Slide 3 - Slide
This item has no instructions
Kort verhaal 1 - Dikke bult
Kort verhaal 2 - Artificiële verveling
Heb je de vragen die bij de tekst horen gemaakt en uitgewerkt?
Zorg dat dit in je dossier staat.
Vrijdag voor de vakantie gemaakt, als je dit nog niet gedaan hebt, zorg dat je het verhaal alsnog leest. Volgende les bespreken we het verhaal kort.
Documentaire - De toekomst is fantastisch
Slide 4 - Slide
This item has no instructions
Deze opdracht kunnen jullie maken op het moment dat jullie het boek uit hebben. Zorg ervoor dat iedereen alles gelezen heeft, want anders is het lastig om deze opdracht te maken.
Voor deze opdracht gaan jullie in gesprek met elkaar over het boek.
Van dit gesprek maken jullie een verslag van minimaal 400 woorden en dit vormt opdracht 4.
In het gesprek gaan jullie in sowieso op de volgende vragen:
- Hoe eindigt het boek?
- Welke koppeling heeft de schrijver gemaakt met het begin van het boek?
- Welke lessen heeft de personage/hebben de personages geleerd?
- Welke boodschap heeft de schrijvers volgens jullie in de tijd dat het boek is uitgegeven?
- Wat vinden jullie van het boek? Geef inhoudelijk sterke argumenten. Geen: omdat het een leuk/mooi verhaal is, omdat het een spannend boek is of iets dergelijks. Wij zien het liefst argumenten van persoonlijk aard. Bijvoorbeeld: op welke manier heeft het verhaal je geraakt?
- Wat is er verder nog ter sprake gekomen?
Literatuur - opdracht 4
Slide 5 - Slide
This item has no instructions
Bespreek de volgende vragen in je groep:
- Plaats het boek in zijn context: wanneer is het boek uitgebracht? Welke link kunnen jullie leggen met de wereld van toen (denk aan geschiedenis/samenleving etc.)?
- Wat staat er in het middenstuk van het boek centraal?
- Welke ontwikkeling(en) maakt de hoofdpersonage/maken de hoofdpersonages door?
- Wat is er verder nog ter sprake gekomen?
Maak een verslag van 400 woorden van de bovenstaande vragen.
Tips:
- Maak aantekeningen tijdens het gesprek;
- Het is niet erg als je het niet met elkaar eens bent, verschillen zijn juist interessant om te beschrijven;
- Verdeel het uitwerken van de vragen over de groepsleden;
- Zorg dat elk groepslid aan het einde van de les het volledige verslag heeft.
Literatuur - opdracht 3
Slide 6 - Slide
This item has no instructions
Als je het verslag op papier hebt staan, werk je aan de creatieve opdracht:
Literatuur - creatieve opdracht
Slide 7 - Slide
This item has no instructions
Wat:
Open teams.
Ga naar het bestand documentaire periode 4.
We kijken naar het eerste verhaal.
Hoe:
Lezen gezamenlijk - opdrachten maak je als huiswerk.
Wanneer:
Deze les, anders huiswerk voor 21 april
Aan de slag
Slide 8 - Slide
This item has no instructions
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 9 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 10 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 11 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.