Haarverzorging Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 7

Haarverzorging
Hoofdstuk 6
1 / 40
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

Haarverzorging
Hoofdstuk 6

Slide 1 - Slide

Schoolexamen keuzevak haarverzorging

Toets 3
Vrijdag 19 januari
Hoofdstuk 6 en hoofdstuk 7

Schoolexamen
3e jaars: 
Praktijk: maandag 22 januari
Theorie: donderdag 25 januari

4e jaars:
Praktijk: dinsdag 23 januari
Theorie: donderdag 25 januari

Slide 2 - Slide

?
Wat is het verschil tussen een wastechniek en een massage techniek

Slide 3 - Slide

De wastechniek is de druk die je toepast tijdens de massagetechniek

Slide 4 - Slide

Wastechnieken
Wastechniek is de druk 
Druk stimuleert de talgklieren

Oppervlakkige wastechniek = vette hoofdhuid
  • Geen tot lichte druk op haar en hoofdhuid
  • Vlakke hand

Normale wastechniek = normale hoofdhuid
  • Normale druk op haar en hoofdhuid
  • Hand licht gebogen en iets meer druk met je vingers

Dieptewastechniek = droge hoofdhuid = maximale druk!
  • Stevige druk op haar en hoofdhuid.
  • Bolvormige hand en flinke druk met je vingers.

Slide 5 - Slide

Verschillende massages
Wrijfmassage (effleurage) 
= huid over de schedel duwen met duim, muis van de duim, vingers en toppen van de vingers
  • Je gebruikt dezelfde bewegingen als bij de normale wastechniek en je geeft dezelfde druk
  • Voor wie: de normale hoofdhuid

Klopmassage (tapotement)
= trommelen met vingers en cirkelvormige bewegingen
  • Je stimuleert de talgklieren niet. Je ontspant de spieren. 
  • Voor wie: de vette huid

Kneedmassage (petrisage) 
= kneedbewegingen dmv duim achter je vingers 
  • Je stimuleert de talgklieren en verbetert de conditie van het onderhuids bindweefsel.
  • Voor wie: Slecht doorbloede huid en bij droge huid en haar.

Slide 6 - Slide

Tijdelijke omvorming
Volume föhnen

Wie kan dit al?  

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Oefenen volume föhnen 
  • Pak je boek op blz. 96
  • Oefenen op de slip-on of op elkaar
  • Maak eerst je werkplek klaar

Slide 10 - Slide

Oefenen krullen
  • Pak je boek op blz. 100 en volg het stappenplan
  • Oefenen op de slip-on of op elkaar
  • Maak eerst je werkplek klaar

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Deze les
  • Wat is omvormen?
  • Materialen bij omvormen
  • Gezichtsvormen en kapsels 
  • Maken hoofdstuk 6

Slide 13 - Slide

Lesdoelen
  • Je kan 3 verschillende methoden benoemen van omvormen
  • Je kunt de functie van een keratine behandeling benoemen
  • Je weet welke materialen er gebruikt kunnen worden bij het omvormen
  • Je weet bij welke gezichtsvorm een kapsel het beste past

Slide 14 - Slide

Wat wordt er bedoeld met het omvormen van het haar?
A
zorg je ervoor dat het haar in een mooi opsteek kapsel zit
B
zorg je ervoor dat haren een andere structuur krijgen.
C
zorg je ervoor dat het haar in een ander model is geknipt

Slide 15 - Quiz

Hoe lang blijft tijdelijke omvorming zitten?
A
blijft zitten tot de volgende wasbeurt
B
niet-blijvend, maar blijft wel langere tijd in het haar zitten
C
blijft in het haar zitten

Slide 16 - Quiz

Wat is een voorbeeld van semipermanent omvorming
A
Krullen in het haar
B
Het haar steil maken
C
Keratinebehandeling

Slide 17 - Quiz

Verschillende methoden van omvormen


Bij het omvormen kies je voor een:
  • methode voor tijdelijke omvorming (blijft zitten tot de volgende wasbeurt); 

  • methode voor semipermanente omvorming (niet-blijvend, maar blijft wel langere tijd in het haar zitten); 
-- Volume permanent
-- Keratinebehandeling

  • methode voor permanente omvorming (blijft in het haar zitten). 
-- Krullen in het haar
-- Het haar steil maken

Slide 18 - Slide

Verschillende methoden van omvormen


  • methode voor semipermanente omvorming (niet-blijvend, maar blijft wel langere tijd in het haar zitten); 

Keratinebehandeling
Keratine is een proteïne, ook wel een eiwit genoemd, dat van nature in ons haar, huid en nagels voorkomt. Keratine zit voornamelijk in onze haarschacht. 

Slide 19 - Slide

Volume föhnen doe je op:
A
Droog haar
B
Handdoek drooghaar
C
Nat haar

Slide 20 - Quiz

krullen met een krultang doe je op:
A
Droog haar
B
Handdoek drooghaar
C
Nat haar

Slide 21 - Quiz

Waardoor blijft een krul langer zitten als je rollers gebruikt?
A
Door het in droog haar in te brengen
B
Door het in nat haar in te brengen
C
Door het haar af te laten koelen
D
Door het haar te verwarmen en door te borstelen

Slide 22 - Quiz

Fijne kam
Grovekam
Puntkam 
Luizenkam
Ontwarborstel
Föhn borstel

Slide 23 - Drag question

Puntkam
Grove kam
Fijne kam
Luizenkam
Stijlen van het haar
Ontwarren van het haar
Neten uit het haar kammen
Afdelen van het haar

Slide 24 - Drag question

Slide 25 - Video

Kijk om je heen.
Wat is de meest voorkomende gezichtsvorm?
A
Vierkant
B
Rond
C
Ovaal
D
Langwerpig

Slide 26 - Quiz

Voor welke gezichtsvormen is dit kapsel niet geschikt?
A
Vierkant, rechthoek en lang
B
Rond, hartvorming

Slide 27 - Quiz

Voor welke gezichtsvormen is dit kapsel wel geschikt?
A
Vierkant, rechthoek en lang
B
Rond, hartvormig.

Slide 28 - Quiz

Welke gezichtsvorm heeft deze dame?
A
Rond
B
Vierkant
C
Rechthoek (lang)
D
Driehoekig

Slide 29 - Quiz

Welke gezichtsvorm heeft deze dame?
A
Rond
B
Vierkant
C
Rechthoek (lang)
D
Driehoekig

Slide 30 - Quiz

Wat voor volume maak je bij een langwerpig gezicht
A
Volume bovenop het hoofd
B
Volume aan de zijkant

Slide 31 - Quiz

Wat voor volume maak je bij een driehoekig gezicht
A
Volume bovenop het hoofd
B
Volume aan de zijkant

Slide 32 - Quiz

kjdfo
Blz. 217 

Slide 33 - Slide

Maken: hoofstuk 6
Klaar? Kijk je antwoorden na

Slide 34 - Slide

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les:
Vlechten
Rollers indraaien
Het haar afdelen in vakken

Slide 35 - Slide

Vlechten 
Vlechten

Slide 36 - Slide

Rollers indraaien 

Slide 37 - Slide

Maken: hoofstuk 6
Klaar? Kijk je antwoorden na

Slide 38 - Slide

Het haar afdeling in vakken 

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Video