basisstof 4 Het verteringsstelsel

Neem je boeken voor
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Neem je boeken voor

Slide 1 - Slide

Programma
Uitleg basisstof 4 
Maken opdrachten basisstof 4

Slide 2 - Slide

Doelstellingen

Je kunt omschrijven wat vertering is en de functie van verteringssappen en enzymen hierbij aangeven


Je kunt beschrijven hoe de darmperistaltiek tot stand komt en de functies ervan noemen

Slide 3 - Slide

Aantekeningen maken
Schrijf bovenaan Basisstof 4

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Het verteringsstelsel
is ongeveer 9
meter lang. Het heeft ongeveer
24 uur nodig om
voedsel te 
verteren
Vertering = Het afbreken van voedingsstoffen die niet door de darmwand heen kunnen

Slide 6 - Slide

Vertering
  • Het omzetten van voedingsstoffen die niet door de darmwand heen in het bloed kunnen worden opgenomen, in verteringsproducten die wel in het bloed kunnen worden opgenomen
  • Eiwitten, de meeste koolhydraten en vetten
  • Wat NIET verteerd hoeft te worden: glucose, mineralen, vitamines en water

Slide 7 - Slide

Van mond naar kont
1. Mond
2. Slokdarm
3. Maag
4. Twaalfvingerige darm
5. Dunne darm
6. Dikke darm
7. Endeldarm           8. Anus

Slide 8 - Slide

Verteringssappen
  • Worden gemaakt door verteringsklieren
  • Bevatten enzymen

Slide 9 - Slide

Verteringsklieren
Verteringsklieren maken verteringssappen

Speekselklieren -> speeksel

Maagsapklieren -> maagsap

!(Lever -> gal) 
Gal is geen verteringssap, gal emulgeert vetten!
Alvleesklier -> alvleessap

Darmsapklieren -> darmsap

Slide 10 - Slide

Verteringssappen worden gemaakt in verteringsklieren langs het verteringskanaal, zoals:
‒ darmsapklier;
‒ lever;
‒ maagsapklier;
‒ speekselklier.
In welke volgorde liggen deze verteringsklieren langs het verteringskanaal?

A
Maagsapklier – darmsapklier – speekselklier – lever
B
Maagsapklier – lever – darmsapklier – speekselklier.
C
Speekselklier – darmsapklier – maagsapklier – lever.
D
Speekselklier – maagsapklier – lever – darmsapklier.

Slide 11 - Quiz

verteringsstelsel

Slide 12 - Slide

Verschil hormoonklier/ verteringsklier
Verteringsklier: 
maakt verteringssap
heeft een afvoerbuis om het verteringssap af te voeren

Hormoonklier:
maakt hormonen
Heeft geen afvoerbuis: geeft hormonen af aan het bloed

Slide 13 - Slide

Darmperistaltiek
  • Het afwisselend samentrekken en ontspannen van kringspieren en lengte spieren in de darmwand
  • Functie:
  •        voedselbrij verplaatsen
  •        kneden
  •        mengen met verteringssappen

Slide 14 - Slide

Darmperistaltiek

Slide 15 - Slide

Darmperistaltiek

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Wat is geen functie van darmperistaltiek?
A
voedselbrij kneden
B
voedselbrij vermengen met verteringssappen
C
voedselbrij voortduwen
D
voedselbrij zuiveren van giftige stoffen.

Slide 18 - Quiz

In welke organen is er 'darmperistaltiek' ?
A
Slokdarm, maag, dunne darm en dikke darm
B
slokdarm, 12-vingerige darm, dunne darm en dikke darm
C
slokdarm, maag, lever, dikke darm en dunne darm
D
Slokdarm, dunne darm en dikke darm

Slide 19 - Quiz

Door de darmperistaltiek beweegt het voedsel van de mond naar de anus, maar het kan ook andersom.

Wanneer beweegt de darmperistaltiek het voedsel de andere kant op?
A
als je een scheet laat
B
als je last hebt van diarree
C
als je maag aan het knorren is
D
als je moet overgeven

Slide 20 - Quiz

Aan de slag 
Huiswerk volgende les:

Opdrachten 29 t/m 32

Klaar? Laten zien en daarna mag je iets voor jezelf doen.










Slide 21 - Slide