taalbattle

Taalbattle
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Taalbattle

Slide 1 - Slide

Speluitleg
  • 4 rondes
  • Elke ronde een ander taalspel waar je punten mee kunt verdienen.
  • Het team met de meeste punten is de winnaar van deze taalbattle.

Slide 2 - Slide

Teams maken
  • 3 groepjes van 5 leerlingen
  • 1 groepje van 4 leerlingen

Slide 3 - Slide

Ronde 1: associëren
  • Schrijf binnen 1 minuut zoveel mogelijk associaties op bij het volgende woord:
  • 1 punt per goede associatie.
  • Geen herhalingen (bv meervoudsvormen of verkleining)

Slide 4 - Slide

Voorbeeld: HUIS
dak, tuin, familie, deur, wonen, kamer, keuken, bouwen, warmte, thuis, raam, hypotheek, meubels, straat, buurt, etc.

Slide 5 - Slide

HUIS
timer
1:00

Slide 6 - Slide

FEEST
timer
1:00

Slide 7 - Slide

Ronde 2: Spelfouten Speuren
  • Zo verschijnen er zinnen met één of meerdere spellingsfouten.
  • Vind de spelfouten in de zinnen en schrijf de zin goed op!
  • 1 punt voor elk gevonden en verbeterde spelfout
 


Slide 8 - Slide

  1.  "Mijn broer fietsen snel naar school."
  2. "De kat licht op de bank."
  3.  "Ik heb gisteren een intressante film gezien."
  4.  "Kun je me even vertellen of het goed is, of niet?"
  5. "Zij wordt de nieuwe leeraar."

timer
2:00

Slide 9 - Slide

antwoorden
  1.  "Mijn broer fietst snel naar school."
  2.  "De kat ligt op de bank."
  3. "Ik heb gisteren een interessante film gezien."
  4.  "Kun je me even vertellen of het goed is of niet?" (geen komma voor 'of niet')
  5.  "Zij wordt de nieuwe leraar."

Slide 10 - Slide

Ronde 3: verboden woord
  • Elk groepje krijgt om de beurt een woord te zien dat ze moeten omschrijven aan hun groepsleden, zonder de drie 'verboden woorden' te gebruiken
  •  De rest van het groepje raadt het woord.
  • Als een 'verboden woord' wordt gebruikt, verliest het groepje de beurt en de punten voor dat woord.
  • Het groepje heeft 2 minuten om zoveel mogelijk woorden te raden.  
  • Een punt voor elk goed geraden woord. 

timer
2:00

Slide 11 - Slide

Ronde 4: Verzin het maar
• Elk team schrijft in 2 minuten een mini-verhaal van 4 zinnen met verplichte woorden: ijsje, bibliotheek, rennen, telefoon
• Klas stemt voor het beste/gekste verhaal (geen stemmen op eigen team). 4 punten voor het groepje met de leukste verhaal volgens jullie, 3 punten voor het tweede groepje, 2 voor het derde en 1 voor de laatste
• Punten per groepje tellen. 



timer
2:00

Slide 12 - Slide

Punten tellen

Slide 13 - Slide