Diabetes ontregeld 2.3.6

Diabetes ontregeld
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Diabetes ontregeld

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vragen?
Zijn er vanuit de voorbereiding op dit onderwerp vragen/onduidelijkheden?

Docent schrijft deze op het bord - we kijken aan het eind van de les of ze voldoende aan bod zijn gekomen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Kun je oorzaken bedenken waardoor het bloedsuikergehalte 'ontregeld' raakt?

Slide 3 - Mind map

- Te veel/weinig eten
- Te veel weinig insuline gespoten
- Overgeven/braken
- Te veel weinig beweging
- Infecties
- Medicijnen (bv Prednison)

Hoe zit het ook al weer?
Wanneer het glucosegehalte in het bloed te hoog is noemen we dit een .......
We spreken hiervan vanaf de volgende waarde: .....? 
Welke symptomen horen hier bij? 

Slide 4 - Slide

Hyperglykemie
> 15 mmol/L
Dorst, veel plassen, moeheid, jeuk
Ernstig --> zwakte, kortademigheid, sufheid, uitdroging, coma --> verzuring (hier komen we later op terug)
Hoe zit het ook alweer?
Wanneer het glucosegehalte in het bloed te laag is noemen we dit een ....?
We spreken hiervan vanaf de volgende waarde ....?
Welke symptomen horen hier bij?

Slide 5 - Slide

Hypoglykemie
< 3,5 mmol/L
Zweten, beven, nerveus, honger, misselijk, duizelig, hoofdpijn, verstoord zicht, hartkloppingen
Als suiker nog verder zakt: concentratie problemen, verwardheid, aggitatie, moeite met spreken, spierspasmen tot aan epileptische aanval, verlies bewustzijn, beroerte

Slide 6 - Slide

This item has no instructions



Hoe zou je een verhoogd bloedsuiker kunnen verlagen? Wat kun je adviseren? 

Slide 7 - Slide

Je wilt het suiker gehalte verlagen!

Veel drinken - water (je plast dan overschot aan suiker uit)
Veel bewegen (door inspanning verbruikt je lichaam glucose)
Bij gebruik insuline: extra insuline spuiten
Hoe zou je een te laag bloedsuiker gehalte omhoog kunnen krijgen? Wat kun je adviseren? 
(patiënt is nog wel bij bewustzijn)

Slide 8 - Slide

Korte termijn 'snelle suikers' 
Water met suiker drinken of sterke ranja
Snelle druivensuikers (dextrose 6-8 tabletten) 
Daarna -> koolhydraten - boterham met jam

Blijf bij de patient en blijf suiker contoleren (na 15-30 minuten) 
Maar wat nu als de hypo zo ernstig is dat de patiënt al erg suf is of zelfs buiten bewustzijn, wat zou je dan voor actie inzetten om het suikergehalte omhoog te krijgen? 

Slide 9 - Slide

112 bellen --> U1 urgentie (ernstige hypo vermoed)
Honing of stroop aan binnenkant wang smeren met je vinger
Glucagon injectie toedienen!! (zie volgende dia)

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

En wat nu als je het niet weet??
Wat doe je als je niet weet of je met een hypo of een hyper te maken hebt en de patiënt heeft wel allerlei klachten, maar is niet in staat te meten? Wat doe je dan? En waarom? 

Slide 11 - Slide

Behandelen als een hypo en dus suiker toedienen...
bleek het een hypo, dan zal de patiënt opknappen.
bleek het toch een hyper, dan zal het extra toegediende suiker niet zo veel uitmaken

Slide 12 - Slide

bij een casus over DM is het heel belangrijk dat je vraagt of de waarde gemeten kan worden...meten is weten. Dit geeft jou en de arts heel veel informatie 
Instructie bij ontregeling DM 
- Bloedsuiker meten
- Toezicht houden

- Hypo? --> ieder half uur prikken
- Hyper? --> iedere 2 uur prikken
In sommige gevallen is het normaal dat de DM wat ontregeld - bijvoorbeeld bij infecties en/of gebruik Prednison


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Insuline gebruik:
- Als je niet weer hoeveel er precies is gespoten - niet zomaar bij laten spuiten
Na 4 uur bloedsuiker meten (dan is kortwerkende insuline uitgewerkt) 


Slide 14 - Slide

This item has no instructions

2-4-6 regel bij klachten hyper
(nooit zelfstandig adviseren - altijd in overleg met arts of POH/verpleegkundige) 
- Eerst gemaakte plan opvolgen - dit niet doorkuizen

Iedere 2 uur meten
> 15 mmol/L - 4 EH spuiten (kortwerkende insuline)
>20 mmol/L - 6 EH spuiten (kortwerkende insuline)



Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Levensbedreigend U1
Je ziet in je triagewijzer dat een ontregeling van het bloedsuikergehalte levensbedreigend kan zijn.
Zowel bij een ernstige hypo als een ernstige hyper (bijzonder ziektebeeld - keto-acidose) kan de patiënt komen te overlijden. Het is dus als DA wel zaak dat je hier goed op kunt inspelen

We nemen de triagecriteria onder U1 even door samen 

Slide 17 - Slide

Let op! in digitale versie na update nog een criterium onder U1 er bij: 'Apathisch en gluc >15 bij insuline afhankelijke diabeet' 

Geef hier korte uitleg over keto-acidose
- Insuline afhankelijke diabeet
Wat gebeurt er? te weinig insuline in bloed aanwezig - hierdoor kan het glucose niet meer worden opgenomen in de cellen als brandstof - het glucose blijft dus in het bloed (hyper glykemie)
De cellen hebben echter wel brandstof nodig .... zij gaan hier nu een andere bron voor aanspreken --> vetverbranding
Hierbij komen ketonen vrij (aceton adem) en verzuurt je bloed - je kunt hierdoor in coma raken
Symptomen: misselijkheid en braken - kortademigheid (Kussmaul) - adem ruikt naar aceton 
De patiënt
Die niet luistert.....

Wie heeft hier voorbeelden van?
Hoe zorg je dat de patiënt naar je luistert?
Hoe controleer jij of de patiënt goed heeft geluisterd?

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Vragen vragen vragen!!!
Bij dit onderwerp is het heel erg van belang dat je een goed toestandsbeeld krijgt: vragen vragen vragen dus!
Welke vragen zijn sowieso van groot belang om altijd te stellen bij DM? 

Slide 19 - Slide

Waarde!!! METEN IS WETEN!! (vraag ook door, wanneer is dit gemeten? nog niet gemeten? waarom niet? kan dat nu alsnog?)

Tabletten of insuline?? Vraag DOOR:
Is dit al ingenomen, wanneer? hoeveel? dit is voor de arts/POH erg belangrijke informatie 
Hulpvraag
Wat is de hulpvraag?
Hoe kom je hier achter? 
Waar/wanneer in je gesprek doe je dit?
Herhaal je de hulpvraag? Wanneer?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
We gaan oefenen met casussen.
Eerst klassikaal
Wie is DA? 

Slide 21 - Slide

Casus uitspelen en uitgebreid evalueren 
Aan de slag
Ga in tweetallen casussen oefenen over dit onderwerp 
Denk aan je SOEP formulier 
Denk aan je leerdoel
Geef duidelijke feedback aan elkaar 
Oefen met een emotie (paniek...?) 
timer
30:00

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Benoem kort wat je van deze les vond. Wat heb je geleerd?

Slide 23 - Mind map

This item has no instructions