This lesson contains 21 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Wat gaan we doen?
1. Inleveren PO anticonceptie
2. Mededelingen: (toets en oefentoets)
3. Herhaling 11.4
4. Uitleg 11.5
5. Leren voor de toets
Uitprinten
Belangrijkste punten doornemen H11
Slide 1 - Slide
Leerdoelen:
1. Je kent het verschil tussen diploïde en haploïde cellen
2. Je kunt uit een voorbeeld of plaatje van een celdeling afleiden of er een mitose of meiose wordt beschreven. !! gebruik de afbeeldingen uit deze Lesson up, meiose is foutief in boek !!
Slide 2 - Slide
Herhaling vorige les
Ieder menselijke cel heeft 46 chromosomen - 23 paren, 1 van je moeder en 1 van je vader
Geslachtscellen/voortplantingscellen (eicel en zaadcel) hebben 23 chromosomen in de kern.
Bij bevruchting smelten de kernen samen:
bevruchte eicel = 46 chromosomen.
Slide 3 - Slide
<-- Genoom vd mens
Slide 4 - Slide
Eerst dit. Begrippen
- Chromosoom
- Chromosomenpaar
- Chromatide
- Haploid
- Diploid
Slide 5 - Slide
Eerst dit. Begrippen
4 chromosomen (A)
6 chromatiden (C)
2 chromosomenparen (B)
Slide 6 - Slide
Diploïde en haploïde cellen
Bij gewone cellen: chromosomenpaar = diploïd (2n), oftewel: elk soort chromosoom is in tweevoud aanwezig (2chromatides)
Bij geslachtscellen: één set van een chromosomenpaar = haploïd (n), oftewel: de cel bevat van elk chromosomenpaar slechts één exemplaar (1 chromatide)
Slide 7 - Slide
In geslachtsorganen vindt Meiose (reductiedeling) plaats, waarbij zaadcellen en eicellen ontstaan
Slide 8 - Slide
Voordat een cel deelt, verdubbelen (repliceren) de chromatiden (die in het midden vast zitten)
Slide 9 - Slide
Door meiose ontstaan geslachtscellen
Meiose 1: chromatiden verdubbelen, chromosomenparen uit elkaar (met dubbele streng).
Meiose 2: 2 cellen met half chromosomenpaar, chromatiden gaan uit elkaar en je krijgt 4 cellen met 1 streng.
Slide 10 - Slide
Celdelingen
Meiose (reductiedeling): Hierdoor ontstaan geslachtscellen met 23 chromatiden
Bij meiose vindt er eerst een replicatie plaats (verdubbeling van DNA).
Daarna vindt er twee keer een splitsing plaats waardoor er uit 1 cel met 23 chromosoomparen, uiteindelijk 4 geslachtscellen met 23 chromosomen (chromatiden) ontstaan.
Slide 13 - Slide
Mitose
Slide 14 - Slide
Mitose
Bij mitose vindt er ook eerst een replicatie plaats (verdubbeling van DNA).
Daarna vindt er 1 keer een splitsing plaats waardoor er uit 1 cel met 23 chromosoomparen, uiteindelijk 2 identieke cellen met ook 23 chromosoomparen ontstaan.
Slide 15 - Slide
Door mitose ontstaat uit een bevruchte eicel een heel mens