Week 5: Criterium 7

POK B
  • Quiz spelen!
  • Criterium 7: Onderbouwt hoe zij doelgericht de eigen deskundigheid heeft ingezet om de werkzaamheden en de zorg te verbeteren.
1 / 23
next
Slide 1: Slide
POK BMBOStudiejaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

POK B
  • Quiz spelen!
  • Criterium 7: Onderbouwt hoe zij doelgericht de eigen deskundigheid heeft ingezet om de werkzaamheden en de zorg te verbeteren.

Slide 1 - Slide

Quiz time!
  • Criteria 1 t/m 5
  • Jullie eigen vragen

Slide 2 - Slide

Hoe kan je het beste iemand begeleiden in stage?
A
Iedereen dezelfde uitleg geven.
B
Uitleg aanpassen aan wat iemand al weet en hoe iemand leert.
C
Alleen uitleg geven door te vertellen.
D
Alleen helpen als iemand zelf om hulp vraagt.

Slide 3 - Quiz

Wat is een goed voorbeeld van het doelbewust gebruiken van feedback op Meso niveau?
A
Je past je werk aan op basis van tips van je begeleiders.
B
Je neemt teamfeedback mee om je communicatie tijdens het overleg te verbeteren.
C
Je past je werkwijze aan op basis van nieuwe richtlijnen van de organisatie.

Slide 4 - Quiz

Hoe blijf jij op de hoogte van veranderingen in wet- en regelgeving binnen jouw vakgebied?
A
Ik vraag een collega om op de hoogte te blijven en mij te informeren.
B
Ik negeer het, want het is niet belangrijk.
C
Door regelmatig vakbladen te lezen en trainingen te volgen.

Slide 5 - Quiz

Wat doe je als je een nieuwe ontwikkeling in jouw vakgebied ontdekt die relevant is voor jouw werk?
A
Ik bespreek het met collega's en onderzoek de relevantie.
B
Ik negeer het, want ik heb het al druk genoeg.
C
Ik wacht tot mijn baas me vertelt wat ik moet doen.

Slide 6 - Quiz

Hoe kun je feedback goed gebruiken om jezelf te ontwikkelen?
A
Feedback alleen aanhoren maar er niets mee doen.
B
Alleen positieve feedback aannemen.
C
Feedback gebruiken om te leren en daarna vragen om nieuwe feedback.

Slide 7 - Quiz

Wat is meso niveau? (binnen de zorg)
A
Alles wat binnen de samenleving gebeurt.
B
Alles wat jij zelf doet als zorgverlener.
C
Alles wat binnen een afdeling of organisatie gebeurt.
D
Alles wat bij de client thuis gebeurt.

Slide 8 - Quiz

Welke combinatie van handelingen laat het beste zien dat een zorgprofessional zich bewust ontwikkelt binnen haar vakgebied?
A
Alleen deelnemen aan verplichte scholingen.
B
Regelmatig vakliteratuur lezen, feedback verwerken, verbeterdoelen stellen en kennis delen met collega’s.
C
Af en toe vragen stellen aan collega’s zonder verdere actie.
D
Alleen reflecteren wanneer er iets misgaat in de praktijk.

Slide 9 - Quiz

Welke van de onderstaande acties hoort niet bij professioneel handelen zoals beschreven in de vijf criteria?
A
Feedback naast zich neerleggen, omdat men al voldoende ervaring heeft.
B
Het geven van uitleg aan een nieuwe collega op een manier die aansluit bij zijn leerstijl.
C
Werken met persoonlijke leerdoelen en regelmatig evalueren van de voortgang.
D
Nieuwe wet- en regelgeving actief volgen en toepassen in de praktijk.

Slide 10 - Quiz

Kun je een situatie beschrijven waarin je jouw kennis of expertise hebt gedeeld met een collega of leerling? Hoe heb je ervoor gezorgd dat jouw uitleg goed werd begrepen?
A
Ik gaf mijn collega een uitgebreide uitleg met veel medische termen, zodat ze wist dat ik deskundig ben.
B
Ik paste mijn uitleg aan het niveau van mijn collega aan, gebruikte voorbeelden uit de praktijk en vroeg of alles duidelijk was.
C
Ik liet mijn collega zelf uitzoeken hoe het moest, zodat ze het op haar eigen manier kon leren.

Slide 11 - Quiz

Welke methoden of hulpmiddelen gebruik je om instructies duidelijk over te brengen aan anderen, bijvoorbeeld bij het uitleggen van een wondbehandeling of het gebruik van een hulpmiddel?
A
Ik geef alleen mondelinge uitleg, want dat is sneller dan iets opschrijven of laten zien.
B
Ik geef de instructie één keer en verwacht dat de ander het daarna zelfstandig uitvoert zonder vragen.
C
Ik gebruik visuele hulpmiddelen zoals schema’s of instructiekaarten en controleer of de ander het begrepen heeft.

Slide 12 - Quiz

Wat is Macro niveau?
A
dat je kijkt naar de samenleving als geheel
B
dat je kijkt naar groepen mensen
C
dat je kijkt naar individuele mensen

Slide 13 - Quiz

Wat is belangrijk als je iets moet onderbouwen?
A
Je schrijft zoveel mogelijk tekst, ook als het niet relevant is.
B
Je vermijdt het geven van tegenargumenten, want die maken je verhaal zwakker.
C
Je gebruikt duidelijke argumenten die passen bij je standpunt

Slide 14 - Quiz

Wat is belangrijk als je je kennis of uitleg aan anderen geeft?
A
Dat je moeilijke woorden gebruikt om slim over te komen.
B
Dat je alles snel uitlegt zodat je klaar bent.
C
Dat je duidelijk uitlegt zodat de ander het goed begrijpt.
D
Dat je alleen uitleg geeft als iemand erom vraagt.

Slide 15 - Quiz

Hoe draagt de zorgtechnologie bij aan de kwaliteit van leven van de cliënt, en op welke manier wordt dit gemeten of geëvalueerd?
A
Door alleen te kijken of de technologie de zorgkosten verlaagt.
B
Door de tevredenheid, zelfstandigheid en veiligheid van de cliënt in kaart te brengen.
C
Door de technologie zo veel mogelijk automatisch taken te laten overnemen van zorgverleners, zonder de cliënt erbij te betrekken.

Slide 16 - Quiz

Aan welke technische, ethische en organisatorische criteria moet een zorgtechnologie voldoen om succesvol te worden geïmplementeerd in de dagelijkse zorgpraktijk?
A
De technologie moet alleen innovatief zijn, ongeacht of zorgverleners ermee kunnen werken.
B
De technologie moet vooral goedkoop zijn, ook als dit ten koste gaat van privacy of kwaliteit.
C
De technologie moet gebruiksvriendelijk, veilig en ethisch verantwoord zijn voor zowel cliënt als zorgverlener.

Slide 17 - Quiz

Wat is het belangrijkste voordeel van het stellen van SMART-doelen in de zorg?
A
Het zorgt voor duidelijke en haalbare doelen.
B
Het maakt doelen vaag en flexibel.
C
Het vermindert de motivatie van zorgverleners.

Slide 18 - Quiz

Waarom is het belangrijk om kennis en expertise te delen met collega's?
A
Om je eigen kennis te vergroten.
B
Om collega's te controleren.
C
Om de kwaliteit van zorg te verbeteren.

Slide 19 - Quiz

Wat laat zien dat een verpleegkundige actief bezig is met professionele groei?
A
Door na te denken over wat goed ging en wat beter kan in de zorg die ze geeft.
B
Door alleen naar feedback van anderen te luisteren zonder er iets mee te doen.
C
Door fouten te vermijden en geen vragen te stellen.

Slide 20 - Quiz

Wat houd criterium 2 in?
A
Kennis, expertise en instructies aan anderen overdragen.
B
Feedback doelbewust gebruiken om je verder te ontwikkelen.
C
Verbeterdoelen formuleren en verantwoordelijkheid tonen.

Slide 21 - Quiz

Criterium 7
Onderbouwt hoe zij doelgericht de eigen deskundigheid heeft ingezet om de werkzaamheden en de zorg te verbeteren.

Slide 22 - Slide

Aan de slag
Onderbouwt hoe zij doelgericht de eigen deskundigheid heeft ingezet om de werkzaamheden en de zorg te verbeteren.

Werk uit:
  • Beschrijf wat je hier moet laten zien in je eigen woorden
  • Noem een voorbeeldje op micro, meso en macro niveau kan dat?
  • Wat heb je nu al in je stages laten zien? Kan je dat gebruiken?

Slide 23 - Slide