H9.6 en 9.7 Snelheid van een ster en Het leven van een ster

Hoofdstuk 9 paragraaf 6
Snelheid van een ster

Hoofdstuk 9 paragraaf 7
Het leven van een ster

1 / 33
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 9 paragraaf 6
Snelheid van een ster

Hoofdstuk 9 paragraaf 7
Het leven van een ster

Slide 1 - Slide

Na deze les kan ik ...
... het verschil aangeven tussen rood- en blauwverschuiving. 

... de aanwezigheid van massa's en het uitdijende heelal koppelen aan het begrip roodverschuiving. 

... uitleggen wat het dopplereffect is. 

Slide 2 - Slide

Paragraaf 6 
Snelheid van een ster

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Rood- en blauwverschuiving
In veel spectra van sterren zijn de fraunhoferlijnen verschoven. 

Dit kan richting het rood         Roodverschuiving.

Of richting het blauw         Blauwverschuiving.

Slide 5 - Slide

Blauw licht heeft een grotere golflengte dan rood licht.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Roodverschuiving
Roodverschuiving kan 3 oorzaken hebben. 

  1. Fotonen worden aangetrokken door een ster.
  2. Het heelal dijt uit. 
  3. De lichtbron beweegt van ons af (dopplereffect). 

Slide 7 - Slide

Bij roodverschuiving wordt de golflengte van het licht ....
A
langer
B
korter
C
geen van beide

Slide 8 - Quiz

1. Fotonen worden aangetrokken door een ster. 
  • Fotonen worden aangetrokken door massa's. 
  • Uitgezonden fotonen moeten de aantrekkingskracht overwinnen. 
  • De fotonen verliezen energie.
  • Hierdoor is er roodverschuiving. 
  • Meer massa         Meer roodverschuiving 

Slide 9 - Slide

2. Het heelal dijt uit. 
  • Het heelal wordt groter. 
  • De ruimte tussen sterren wordt groter.
  • De golflengte van licht wordt langer. 
  • Er is roodverschuiving. 
  • Meer afstand tot de ster        meer roodverschuiving

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

3. Dopplereffect
  • De lichtbron beweegt van ons af. 
  • Hierdoor worden de (licht)golven 'uit elkaar getrokken'. 
  • De golflengte wordt groter. 
  • Er treed (doppler)roodverschuiving op. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

3. Dopplereffect
Als de massa van de bron niet te groot is en de bron niet te ver weg staat kan je de eerste twee effecten verwaarlozen. 

Slide 15 - Slide

De snelheid van een ster
v is de snelheid parallel aan de afstand naar de waarnemer.  
v=λΔλc
v: De snelheid waarmee de bron weg beweegt (m/s)
Δλ: Verandering van golflengte (m), gezien door waarnemer
λ: Uitgezonde golflengte (m)
c: Lichtsnelheid 

Slide 16 - Slide

De snelheid van een ster
v is de snelheid parallel aan de afstand naar de waarnemer.  

Dit is de radiale snelheid

Slide 17 - Slide

Als een ster naar ons toe beweegt wordt er blauwverschuiving waargenomen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Na deze les kan ik ...
... het verschil aangeven tussen rood- en blauwverschuiving. 

... de aanwezigheid van massa's en het uitdijende heelal koppelen aan het begrip roodverschuiving. 

... uitleggen wat het dopplereffect is. 

Slide 19 - Slide

Heb jij de doelen behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Paragraaf 7
Het leven van een ster

Slide 21 - Slide

Na deze les kan ik ...
... een Hertzsprung-Russeldiagram aflezen. 

... kenmerken van verschillende soorten sterren noemen a.d.h.v. een Hertzsprung-Russelldiagram. 

... de lichtkracht van een ster berekenen. 

Slide 22 - Slide

Hertzsprung-Russelldiagram

Slide 23 - Slide

Hertzsprung-Russelldiagram
  • y-as: Stralingsvermogen uitgedrukt in het stralingsvermogen van de zon. 
  • x-as: Temperatuur. 
  • De schaal is logaritmisch.  

Slide 24 - Slide

Een hogere temperatuur geeft een .....
A
grotere lichtkracht.
B
kleinere lichtkracht.
C
even grote lichtkracht.
D
Lichtkracht en temperatuur hebben geen verband.

Slide 25 - Quiz

Hoofdreeks
  • Dit zijn de meeste sterren. 
  • In de kern vindt kernfusie plaats. 
  • Redelijk stabiel. 

  • Bijvoorbeeld onze zon. 

Slide 26 - Slide

Reuzen en superreuzen
  • Zware kernen fuseren.
  • Veel energie.
  • Ster zet uit en koelt af. 

  • Schuift naar rechts in het H-R-diagram. 

  • Wordt uiteindelijk een zwart gat, neutronenster of witte dwerg. 

Slide 27 - Slide

Witte dwergen
  • Hoge temperatuur.
  • Heel klein.
  • In hun eindstadium. 
  • Koelt langzaam af.  

Slide 28 - Slide

Omvang van een ster
L=σAT4
A=4πR2
L=σ4πR2T4
L: Lichtkracht of Pbron (W)
σ: Constanten van Stefan-Boltzmann
(Wm-2K-4)
A: Oppervlak (m2)
R: Straal (m)
T: Temperatuur (K)

Slide 29 - Slide

Laat met een berekening en BiNaS tabel 32D zien wat de temperatuur van de zon is.

Slide 30 - Open question

Na deze les kan ik ...
... een Hertzsprung-Russeldiagram aflezen. 

... kenmerken van verschillende soorten sterren noemen a.d.h.v. een Hertzsprung-Russelldiagram. 

... de lichtkracht van een ster berekenen. 

Slide 31 - Slide

Ik heb de doelen behaald.
010

Slide 32 - Poll

Maak opgave 52, 54, 61, 62
Later nog: (56, 66)

Slide 33 - Slide