4.11 woordenschat

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 4.11  
1.
Lesopening
2.
Lesdoel 
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 4.11  
1.
Lesopening
2.
Lesdoel 
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Pak je boek en schrift van Nederlands op tafel. Open je boek op blz 184.

Slide 2 - Slide

2. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- kun je de betekenis van elf schooltaalwoorden geven 
- kun je de betekenis van tien moeilijke woorden uit teksten geven


Slide 3 - Slide

3. Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie.
Je maakt zelfstandig opdracht 27 en 28 op blz 184 t/m 187
Lars & Daan

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Angelo, Jules, Philip

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
-

Slide 4 - Slide

Mini-check
Leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Slide 5 - Slide

Ik heb een goed ARGUMENT om te laat te komen
A
goed plan
B
goed idee
C
goede reden
D
goede manier

Slide 6 - Quiz

Mijn zus en haar vriendinnen fietsen AFZONDERLIJK naar school, ik ga gelukkig samen met mijn vrienden.
A
op een andere tijd
B
elk apart
C
alleen
D
gezamenlijk

Slide 7 - Quiz

Jos moet tegen de pijn de volgende DOSIS paracetamol innemen: 1000 milligram per keer.
A
hoeveelheid
B
tabletje
C
doosje
D
aantal

Slide 8 - Quiz

Ik eet geregeld vis in plaats van vlees.
A
vaak
B
meestal
C
bijna nooit
D
regelmatig

Slide 9 - Quiz

Wie maakt wat?
Had je alle vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan de slag: opdracht 27 en 28 op blz 184 t/m 187

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 10 - Slide

11 schooltaalwoorden
Je krijgt straks 11 schooltaalwoorden te zien.
Lees de woorden goed.
Onthoud 1 woord wat je niet kent
en 
onthoud 1 woord wat je wel kent.

Slide 11 - Slide

11 schooltaalwoorden
afzonderlijk
garantie
reeds
argument
geregeld
relatie
betreft
praktisch
stelling
dosis
theoretisch

Slide 12 - Slide

Welk schooltaalwoord ken je niet?

Slide 13 - Mind map

Welk schooltaalwoord ken je wel?

Slide 14 - Mind map

5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Angelo, Jules & Philip jullie gaan zelfstandig opdracht 27 en 28 op blz. 184 t/m 187 maken. 

Wie heeft nog extra instructie nodig (intensief)? - of had je alle vragen van de mini-check fout?  Wij maken samen opdracht 27.

Slide 15 - Slide

6. Zelfstandig werken
Je maakt nu zelfstandig opdracht 27 en 28 op blz 184 t/m 187



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdracht na.
Daarna ga je in stilte lezen.
timer
1:00

Slide 16 - Slide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen die je lastig vindt?

- kun je de betekenis van elf schooltaalwoorden geven? 
- kun je de betekenis van tien moeilijke woorden uit teksten geven?

Slide 17 - Slide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk LJ1: 
Maandag 18 maart
4.11 opdracht 27 en 28

Toetsen LJ1: 
Geen


Slide 18 - Slide