extra oefenen haben en sein

• Duits
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

even herhalen 

ich

du

sie

er

es

wir

ihr

sie

Sie

IK

U

ZIJ MV.

JULLIE

WIJ

HET

ZIJ EV.

HIJ

JIJ

'haben' en 'sein'

Dat zijn de werkwoorden hebben en zijn. Deze heb je in bijna iedere zin nodig. Pak je overzicht in je schrift erbij en leer de rijtjes. 

Het werkwoord haben

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

habe

hast

hat

haben

habt

haben

Het werkwoord sein

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

bin

bist

ist

sind

seid

sind

Wie alt (bent u)?

(Hij is) 13 Jahre alt.

Wo (ben jij) geboren?

(Ik ben) in Berlin geboren.

(Het is) eine schöne Stadt.

sind Sie

er ist

bist du

ich bin

es ist

jij bent

jullie zijn

U bent

hij heeft