Introductieles geld en werk DISK

• Nederlands
• Middelbare school
• Basisschool
• vmbo lwoo, b, k
• Groep 7,8
• Leerjaar 1

Introductie 

Geld en werk 

Dit hoofdstuk gaat over geld verdienen en geld uitgeven.

Aan het eind van de les kun je 6 dingen noemen die horen bij geld en werk.   

Waar geef jij je geld aan uit?

Geld en werk

Wat wil jij later worden?

Uitleg van nieuwe woorden 

Het bedrag 

Hoeveel het kost. 

Het was een bedrag van duizend euro. 

Het bedrijf 

Een groep mensen die goederen produceren of diensten verlenen om geld te verdienen.   

Het bedrijf      

De baan  

Werk, job, arbeid.

  

Hij heeft een baan als vakkenvuller. 

Bewaren 

Ik bewaar 

Jij bewaart

Hij bewaart

Wij bewaren 

Berekenen 

De baas 

Iemand die de leiding heeft 

Betalen 

Geld geven.

Ik betaal met mijn pasje (de pinpas)

Mijn pincode heb ik nodig om mijn boodschappen te betalen. 

Een ander woord voor baan is ...

1. Werk
2. Job
3. Arbeid
4. Geld

Je doet boodschappen. Bij de kassa moet je .....

1. Bepalen
2. Betalen
3. Berekenen
4. Bewaren

Iemand die de leiding geeft op het werk is...

1. De leider
2. De bas
3. Het bedrijf
4. De baas

Betalen doe je met...

1. Het pasje , het muntgeld
2. De pinautomaat
3. Het pasje
4. Het muntgeld

Maken: 

Online hoofdstuk 17

Start + bronnen 

Hoe is het gegaan?

Zijn er nog vragen?  

Noem 6 dingen die horen bij geld en werk. 

Huiswerk: 

Pak je agenda. 

Online: bronnen afmaken. 

Af: dinsdag 2 feb.