Bewegingsstelsel en Lymfestelsel

Bewegingsstelsel en Lymfestelsel
AFP P1.1
1 / 30
next
Slide 1: Slide
ZorgkundeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Bewegingsstelsel en Lymfestelsel
AFP P1.1

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Inhoud
Botten
Spieren
Gewrichten
Lymfen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Het bewegingsstelsel bestaat uit:
Botten      Spieren        Gewrichten

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Functies van het skelet
  • Houding  Het skelet geeft het lichaam zijn vorm.
  • Aangrijpingspunt voor beweging  Spieren zitten vast aan botten, door samentrekking van spieren kunnen botten ten opzichte van elkaar bewegen.
  • Bescherming van belangrijke organen. 
  • Opslag van mineralen, botten bevatten flinke hoeveelheid calcium en fosfaat. 
  • Ruimte voor beenmerg, dit produceert bloedcellen(platte botten en uiteinden)

Slide 4 - Slide

schedel beschermt de hersenen de borstkas beschermt hart en longen 

Botten kunnen dit ook weer afgeven aan bloed. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Botten
Lange botten (pijpbeenderen)
Platte botten (borstbeen, schedelbotten)
Bot met andere vorm (wervels, hand- en voetwortels)
Belangrijk voor Botaanmaak
Calcium en Fosfaat: Belangrijke mineralen die zorgen voor de stevigheid en hardheid van het bot.

Hormonen: uit de (bij)schildklier: zorgen ervoor dat de calciumspiegel in het bloed stabiel blijft. 

Vitamine D: Zorgt voor de opname van Calcium

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

De schedel
De schedel bestaat uit een aantal botten. Sommige botten liggen rondom de hersenen, andere botten geven vorm aan het aangezicht.​

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Ligging-> schedel tot aan het staartbeen en bestaat uit botten, spieren en veel banden.​

Bouw:​
- zeven nekwervels-> bovenste draagt de schedel-> atlas ​
- de twaalf borstwervels-> vast aan 12 ribben​
- de vijf lendewervels​
- vijf wervels vergroeid tot het heiligbeen. Het heiligbeen vormt een onderdeel van het bekken.​
- de staartbeenwervels, die vergroeid zijn tot het staartbeentje (het stuitje).​

De wervels zijn met elkaar verbonden door tussenwervelschijven.







De Rug

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Functie van de wervelkolom

De wervelkolom draagt het hoofd en vormt een verbinding zowel met de borstkas en schoudergordel als met het bekken en de bekkengordel. De wervelkolom zorgt daarnaast voor bescherming van het ruggenmerg. De tussenwervelschijven zorgen voor schokdemping.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Botverbindingen
Naadverbinding -> onbeweeglijk

Botverbinding met kraakbeenschijf ertussen -> wervels

Gewricht -> Meest beweeglijk

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Gewricht bestaat uit
  1. Kop en kom bedekt met een laagje kraakbeen
  2. Een gewrichtsspleet die gevuld is met gewrichtssmeer (synovia); dit heeft een voedende en smerende functie
  3. Een gewrichtskapsel dat beide botten met elkaar verbindt. 
  4. gewrichtsbanden (Ligamenten) 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Soorten gewrichten
1, Scharniergewrichten, zoals knie en vingerkootjes

2, Bolvormige gewrichten, heup en schoudergewricht

3, Cilindergewrichten, tussen spaakbeen en ellepijp

4, Zadelgewricht het gewricht tussen duim en hand

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Functie van gewrichten
  1. Gewrichten maken het mogelijk om de botstukken van het skelet ten opzichte van elkaar te bewegen.
  2. De verschillende vormen van de gewrichten bepalen welke beweging het gewricht kan maken.
  3. De banden in het gewrichtskapsel zorgen ervoor dat het gewricht niet te ver door kan bewegen. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Spieren; Spieren zijn de uitvoerders van bewegingen en van de houding van het lichaam. Een spier (musculus) zit via pezen vast aan twee botten.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

SPIER en SPIERWEEFSEL
Eigenschappen van spiercellen
  • Ze kunnen reageren op elektrische prikkels
  • Ze kunnen verkorten door samen te trekken (contractie)
  • Ze kunnen uitgerekt worden
  • Na samentrekken of rekken kunnen ze weer hun rustlengte aannemen. 
De bouwsteen van een spier is een spiercel of spiervezel

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Spiervezel = spiercellen                   Spierbundel= veel spiervezels bij elkaar = weefsel
Bundelvlies= vlies om spierbundel heen 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Aansturing van de spieren:
  • Middels de motorische zenuwen. Bewust of willekeurige zenuwen
  • Komen uit ruggenmerg= verbonden met de hersenen 
Bij beschadiging zenuw:
Paralyse: verlamming 
Parese: gedeeltelijke onvolledige verlamming, spierzwakte

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Spieren zorgen voor een beweging in een of meerdere richtingen.


In het lichaam zijn en spieren met een tegengestelde werking, dit noemen we antagonistische spieren. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Hoe zit het met jouw rug?

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Wat weet jij over het lymfestelsel?

Slide 20 - Mind map

This item has no instructions

Het lymfevatstelsel bestaat uit:
1.  Lymfevaten
2. Lymfeknopen / klieren
3. Milt , amandelen in de keel en de thymus
 
TAAK LYMFESTELSEL

  • vocht terugbrengen naar bloed. Is een onderdeel van het circulatiestelsel


Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Het lymfestelsel
Lymfeknopen

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Lymfevat in detail: 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

  • Lymfestelsel vervoert de lymfe
  • Lymfeknopen zuiveren lymfe
  • Borstbuis/lymfestam brengen lymfe terug naar holle ader
Lymfestelsel
Als het lymfestelsel niet goed werkt

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Lymfeknoop
  • Zuiveren de lymfe van ziekteverwekkers
  • Witte bloedcellen worden geboren in het rode beenmerg, maar krijgen hun 'opleiding' in o.a de lymfeknoop.

Bij een infectie worden er meer witte bloedcellen (Leucocyten) aangemaakt.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Lymfe in het kort
  • Weefselvloeistof dat niet teruggaat in de haarvaten wordt afgevoerd door het lymfestelsel ->lymfe.
  • In de lymfeknopen wordt de lymfe gezuiverd van ziektekiemen.( stofzuigers)
  • daarnaast maken de lymfeknopen witte bloedcellen.
  • De lymfevaten komen samen in enkele grote aders, vlakbij het hart. ( boveste holle ader )

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Weefselvloeistof
bloedplasma
Lymfe

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Video

This item has no instructions

Afsluiting

Slide 30 - Slide

This item has no instructions