Clase 18_P2 3HV Cap 6 Preposiciones, intro escribir frases

¡Bienvenidos a tu clase de español!
18
Hoy es lunes,
14 de noviembre de 2022
1 / 20
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

¡Bienvenidos a tu clase de español!
18
Hoy es lunes,
14 de noviembre de 2022

Slide 1 - Slide

Prepárate para esta clase
Maak je klaar voor de les
timer
1:00
¡Importante!
  • Tu portátil aún está cerrado; 
    Je laptop is nog dicht.
  • Tu móvil está apagado, puesto en tu bolsa/mochila*, la cual está al suelo; Je mobiel is uitgeschakeld én zit in je tas/rugzak*, op de grond.
  • Siempre tienes tu cuaderno, tu portátil y un bolígrafo;
   Schrift, laptop + pen heb je altijd bij je.
  • ¡Haz caso y guarda el silencio!;
    Let op! Oren open en wees stil!...
  • ¡Enfócate! Focus jezelf!


Slide 2 - Slide

El programa de hoy
1)Periode 2 planner (5m)

2)Nabespreking toetsweek (10m)

3) Uitleg voorzetsels + zelfstandig werken (35m)





Hoy es lunes, 
el 14 de noviembre de 2022

Slide 3 - Slide

El programa de hoy
1)Vamos a leer "primer beso"  (15m)

2)Vocabulario overhoren +(10-15m)

3) Opdrachten voorzetsels afmaken (p 82-83), zelfstandig werken + nakijken (25m)*

4) Quizlet voca 6.1 (5-10m)




* gelegenheid om toets in te zien voor enkele lln.
Hoy es martes, 
el 15 de noviembre de 2022

Slide 4 - Slide

Los objetivos de esta clase

1. Jullie leren een aantal belangrijke voorzetsels en je leert ze te gebruiken



De doelen voor deze les

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

Nabespreken PW - toetsweek
  • Gustar (gustáis?, gustamos?)
  • Hay, Estar, Ser
  • Onregelmatige werkwoorden met klankverandering (Niet bij nosotros,vosotros!) 
  • Grote getallen 
  • Vocabulario


Slide 7 - Slide

Wat versta jij onder 'voorzetsels'?

Slide 8 - Mind map

Voorzetsels in het Spaans

Slide 9 - Slide

Voorzetsels in het Spaans

Slide 10 - Slide

¿Qué vas a hacer?: Vas a hacer las tareas de pág 82-83 (Preposiciones)
¿Qué necesitas?:  solo necesitas tu libro verde; alleen je groene boek nodig!
¿Cómo?: Tú trabajas solo/sola; Alleen, zelfstandig werken 

¿Cuánto tiempo?: 30 min. Repasamos las tareas después (Daarna nakijken)
Objetivo (doel): Je oefent met de voorzetsels.

He terminado la tarea ¿y ahora?/ Klaar, en nu?
begin met leren voca 6.1  en ww roze blad 25-50.
Trabajo autónomo
-
Zelfstandig werk
Paso a paso: Stappenplan 

Slide 11 - Slide

DE
EN
A
CON
POR
PARA
MET
IN / MET DE
UIT/ VAN / MET
VOOR IETS OF IEMAND
NAAR
DOOR, PER, OVER; BIJ DAGDELEN/ OORZAKEN/ VERVANGING

Slide 12 - Drag question

Welk voorzetsels? A , DE, CON , EN , POR of PARA ?
1. ESTE VERANO VAMOS ____ ESPAÑA.
2. LOS FINES DE SEMANA ESTUDIAMOS ____ LA BIBLIOTECA.
3. VOY____LA PISCINA ____MI HERMANO.
4. ESE COCHE ROJO QUE ESTÁ AHÍ, ES____ SU MADRE.

Slide 13 - Open question

¿Cómo escribir frases en español?
Om Spaanse zinnen op de goede manier te schrijven, hou je rekening met de onderstaande vragen 

  1. Staan alle werkwoorden bij elkaar?
  2. Is per zin 1 werkwoord vervoegd?
  3. Staat de ontkenning vóór het vervoegde werkwoord?
  4. Staat het belangrijkste werkwoord in de juiste tijd? (dus tegenwoordige tijd, toekomende tijd, etc.)
  5. Staat dat werkwoord goed vervoegd bij de juiste persoonsvorm? ; yo soy, ellos hablan etc
  6. Staat de tijdsaanduiding* vóór of achteraan de zin?  (gisteren, vanochtend, in 1898, om half drie)
  7. Staat de plaatsbepaling** vóór of achteraan de zin? (hier/daar, in Madrid, bij de Kwakel, boven, achter)
  8. Zijn de bijvoeglijk-,bezittelijk voornaamwoord en lidwoord aan het zelfstandig naamwoord aangepast? vb. : Un libro rojo; Nuestra casa roja.
  9. Hebben de vraagwoorden accenten?  é , í, á ó, ú ?;  Denk ook aan de ¿? en de ¡!
  10. Heb je voor de bijzin de bovenstaande regels opnieuw toegepast?

Stappen om Spaanse zinnen te schrijven

Slide 14 - Slide


1. De jurk en de tas zijn mooi.
2. Ik ga winkelen in de hoofdstad van Nederland.
3. Wij maken vandaag een wandeling naar de ontmoetingsplek.
4. Ik hou niet van dure dingen. 
5. Hoe laat is het? Het is vijf voor negen 's morgens.
6. Het is een reclame voor de modeshow
Zinnen schrijven
Schrijf je zinnen zelf!
Alle woordjes komen uit de stof van Cap 5
en het groene boekje.
Docenten herkennen Translate gebruik!

Slide 15 - Slide

1. De jurk en de tas zijn mooi.     El vestido y el bolso son bonitos.
2. Ik ga winkelen in de hoofdstad van Nederland. 
Voy a ir de compras en la capital de Holanda.
3. Wij maken vandaag een wandeling naar de ontmoetingsplek.
(Hoy) Damos un paseo al punto de encuentro hoy.
4. Ik hou niet van dure dingen.     No me gustan las cosas caras.
5. Hoe laat is het? Het is vijf voor negen 's morgens.    
¿Qué hora es? Son las nueve menos cinco de la mañana.
6.Het is een reclame voor de modeshow.   Es un anuncio para la pasarela.
Zinnen schrijven, antwoorden

Slide 16 - Slide

¿Hemos conseguido los objetivos de esta clase?

1. Jullie leren een aantal belangrijke voorzetsels en je leert ze te gebruiken

2. Jullie leren een eerste aanzet hoe je in het Spaans zinnen leert schrijven


Hebben we de doelen voor deze les gehaald?

Slide 17 - Slide

'tu billete de salida'
beantwoord deze exit-ticket voor je de klas verlaat

Slide 18 - Slide

APRENDE (LEER):  
VOCA 6.1 ( NL> ESP)
+ roze werkwoordenblad 25 t/m 50

HAZ (MAAK):
ejercicios over de voorzetsels af
pág 82-83
Los deberes para la próxima clase
(het huiswerk voor de volgende les...)
¡Mucha suerte!; veel succes!

Slide 19 - Slide

y... ¿Qué has aprendido hoy?
¿Hay preguntas? (Zijn er vragen?)

Slide 20 - Slide