Lezen 3.3.

Moet het bevrijdingsfestival gratis blijven?

Starten met een nieuw hoofdstuk: lezen 3.3 
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Moet het bevrijdingsfestival gratis blijven?

Starten met een nieuw hoofdstuk: lezen 3.3 

Slide 1 - Slide

Planning periode 3
  • Kijk- en luistertoets (via woots)
  • Lezen h3, h4 en h5
  • Opdracht bij een film/serie 

Slide 2 - Slide

Komende weken 
We gaan de komende weken werken aan lezen h3, h4 en h5 en oefenen voor de kijk- en luistertoets. Dit wisselen we per les een beetje af. Vandaag beginnen we met lezen h3

Slide 3 - Slide

Lesdoel van vandaag
  • Je weet wat een betoog is
  • Je weet wat objectieve en subjectieve informatie is 
  • Je kan objectieve en subjectieve informatie uit een tekst halen  

Slide 4 - Slide

Wat weet je over het Bevrijdingsfestival? Waarom wordt het gehouden?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Link

Waarom het Bevrijdingsfestival belangrijk blijft voor jongeren
We lezen het betoog over ''Waarom het Bevrijdingsfestival belangrijk blijft voor jongeren''. 
Opdracht tijdens het lezen:
  • Onderstreep meningen en feiten
  • Omcirkel de inleiding en het slot.
  • Noteer of je de informatie bruikbaar vindt voor een spreekbeurt over vrijheid.

Slide 7 - Slide

Welke mening heb jij gevonden?

Slide 8 - Open question

Welke feiten heb je gevonden?

Slide 9 - Open question

Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
A
Jongeren komen alleen voor de muziek naar het festival.
B
Het Bevrijdingsfestival moet alleen voor volwassenen zijn.
C
Het Bevrijdingsfestival is belangrijk om jongeren bewust te maken van vrijheid.
D
Het Bevrijdingsfestival is overbodig geworden.

Slide 10 - Quiz

Welke zin is een mening van de schrijver?
A
Het festival is gratis.
B
Vrijheid is niet vanzelfsprekend.
C
Het Bevrijdingsfestival vindt plaats op 5 mei.
D
In 1945 werd Nederland bevrijd.

Slide 11 - Quiz

Wat is de functie van de inleiding van de tekst?
A
Een conclusie trekken.
B
De lezer overtuigen van een mening.
C
Het onderwerp introduceren en interesse opwekken.
D
Informatie geven over de artiesten op het festival.

Slide 12 - Quiz

Wat is een betoog?
In een betoog geeft de schrijver zijn mening en licht hij die toe met argumenten.

Doel van een betoog: De schrijver wil de lezer ervan overtuigen dat zijn mening juist is
Voorbeelden van een betoog: boekbespreking, filmrecensie, ingezonden brief naar een krant.

Slide 13 - Slide

De vorm van een betoog:
  • Inleiding: de schrijver formuleert zijn mening
  • kern: hij geeft argumenten voor zijn mening
  • slot: hij trekt een conclusie of vat het belangrijkste samen

Slide 14 - Slide

objectief of subjectief?

objectief = zonder mening of (voor)oordeel


subjectief = de schrijver geeft zijn mening over iets.

Komt het meest voor in een BETOOG.


Slide 15 - Slide

1. Wat is een argument?
A
een bezwaar tegen iets
B
je mening een discussie
C
een uitleg van je mening

Slide 16 - Quiz

2. Wat is een voorbeeld van een betogende tekst?
A
een nieuwsbericht
B
een ingezonden brief
C
een reclamefolder
D
een recept

Slide 17 - Quiz

3. Een betoog bestaat alleen uit subjectieve informatie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

4. In een betoog staat vooral
A
subjectieve informatie
B
objectieve informatie

Slide 19 - Quiz

5. Argumenten kunnen zowel objectief als subjectief zijn.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quiz

T3a - 8 mei 
Deze les:
  • 1e uur: - vragen maken bij een betoog over het bevrijdingsfestival 
    - opdracht 1,2,3,4 en 5 in Talent online maken
  • 2e uur: kijk- en luistertoets tekstbegrip oefenen 

Slide 21 - Slide

Betogende tekst: Moet het Bevrijdingsfestival gratis blijven? 
Zelfstandig werken:
  • Lees de tekst door
  • Maak het werkblad dat bij de tekst hoort. 
  • Ben je klaar? Maak dan de volgende opdrachten van 3.3 in Talent online opdracht 1, 2 3abcde, 4 en 5

Slide 22 - Slide

Nakijken meerkeuze

Slide 23 - Slide

Nakijken open vragen

Slide 24 - Slide