herhaling 4.1 en 4.2 en uitleg 4.3

• biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

planten 4.3

Bladeren met bladgroenkorrels

huidmondjes voor fotosynthese

Welke stof ontstaat of welke stoffen ontstaan bij de fotosynthese?

1. Bij de fotosynthese ontstaat alleen glucose.
2. Bij de fotosynthese ontstaan glucose en koolstofdioxide.
3. Bij de fotosynthese ontstaan glucose en zuurstof.
4. Bij de fotosynthese ontstaan water, koolstofdioxide en glucose.

Vaatbundels

In een stengel zitten lange dunne buisjes, vaten. Groepjes vaten bij elkaar noem je een: vaatbundel .

Vaatbundels beginnen in wortels -> dan naar de stengels -> dan door de bladeren

Vaatbundels zorgen voor: vervoer van voedingsstoffen en water

Stevigheid door turgor

Vervoer van stoffen via de Vaatbundels.

Vaatbundels bestaan uit:

-Houtvaten: binnenkant, omhoog, water en mineralen

-Bastvaten: buitenkant, blad naar alle andere delen, water en glucose

Ontstaan van houtvaten en bastvaten 

Houtvaten:

- Ligging in de bladeren aan de bovenzijde

- Ligging in wortel en stengel aan de binnenkant

- Transport van water en mineralen

- Transport van wortel naar blad

Bastvaten:

- Ligging in de bladeren aan de onderzijde

- Ligging in wortel en stengel aan de buitenkant

- Transport van water en assimilatieproducten

- Transport van blad naar alle delen

stevigheid door water ( vacuole)

stevigheid door houtvaten (dikke celwanden en cellulose)

stevigheid door vezels ( rondom vaatbundels)

Hoe krijgt een plant stevigheid? 

Vindt verbranding overdag plaats? Vindt fotosynthese overdag plaats?

1. Verbranding niet, fotosynthese wel.
2. Verbranding wel, fotosynthese niet.
3. Verbranding wel, fotosynthese wel.
4. Verbranding niet, fotosynthese niet.