What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
spelling week 2 les 1
Spelling
blok 5, week , les 4 blz 11
's meervoud
1 / 27
next
Slide 1:
Slide
Spelling
Basisschool
Groep 5
This lesson contains
27 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Spelling
blok 5, week , les 4 blz 11
's meervoud
Slide 1 - Slide
Welke categorieën horen er bij het woord: Engeland
A
Zingwoord en eer-oor-eur woord
B
Zingwoord en langermaakwoord
C
Langermaakwoord en verkleinwoord
D
Kilowoord en zingwoord
Slide 2 - Quiz
Welke categorie hoort er bij het woord;
slanker
A
zingwoord
B
langermaakwoord
C
plankwoord
D
hakwoord
Slide 3 - Quiz
Welke categorie hoort er bij het woord:
de boeien
A
aai-ooi-oei-woord
B
langermaakwoord
C
eeuw-ieuw-woord
Slide 4 - Quiz
kilowoord
's woord
cent woord
citroen
politie
's ochtends
cement
juli
's nachts
cello
Slide 5 - Drag question
Typ het woord. Denk goed aan de klankgroepen
Slide 6 - Open question
In welke tijd staat de zin:
Rein slaapt als een os
A
verleden tijd
B
tegenwoordige tijd
Slide 7 - Quiz
In welke tijd staat de zin:
Hij viel met de deur in huis.
A
verleden tijd
B
tegenwoordige tijd
Slide 8 - Quiz
In welke tijd staat de zin:
Zij werkte zich een ongeluk.
A
verleden tijd
B
tegenwoordige tijd
Slide 9 - Quiz
In welke tijd staat de zin:
Is Mirjam een nieuwsgierig aagje?
A
verleden tijd
B
tegenwoordige tijd
Slide 10 - Quiz
We gaan vandaag een nieuwe categorie leren:
komma s meervoud
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
De regel:
Komma-s-meervoud. Meervoud en lange klank aan het eind: komma-s, behalve bij
ee
Slide 13 - Slide
de opa's
oo = lange klank dus ik haal er eentje weg
paa = lange klank dus ik haal er eentje weg
opa's = meervoud en lange klank aan het eind: komma-s, behalve bij ee
Slide 14 - Slide
Schrijf het woord goed op
Slide 15 - Open question
en we gaan door met het dictee!
Slide 16 - Slide
Typ het woord
Slide 17 - Open question
Typ het woord
Slide 18 - Open question
Typ het woord
Slide 19 - Open question
Typ het woord
Slide 20 - Open question
Typ het woord
Slide 21 - Open question
Typ het woord
Slide 22 - Open question
Typ de zin
Slide 23 - Open question
Wat is de persoonsvorm in de zin?
Het openbaar vervoer ligt plat in het vernieuwde centrum.
Slide 24 - Open question
Wat is het onderwerp in de zin?
Het openbaar vervoer ligt plat in het vernieuwde centrum.
Slide 25 - Open question
Welke woorden zijn goed geschreven?
A
kassa's
B
paraplu's
C
baby's
D
auto's
Slide 26 - Quiz
Slide 27 - Slide
More lessons like this
spelling week 2 les 1
January 2021
- Lesson with
26 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5
STAAL blok 5 week 2 les 1 komma 's meervoud
January 2023
- Lesson with
19 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5
STAAL blok 5 week 2 les 1 komma 's meervoud
October 2023
- Lesson with
29 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5
Komma-s-meervoud blok 5 wk 2 les 1
January 2022
- Lesson with
22 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5
Blok 6 | week 2 | les 1
March 2021
- Lesson with
13 slides
Staal Spelling
Basisschool
Groep 5
Spelling meervoud op -en en -ën
June 2019
- Lesson with
26 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
Julie 06-04-2020
April 2020
- Lesson with
25 slides
Basisschool
Groep 7
65 S. Meervouden op 's
September 2023
- Lesson with
13 slides
Spelling
Basisschool
Groep 8