Week 3 Periode 4


Week 
Periode 
1 / 27
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 150 min

Items in this lesson


Week 
Periode 

Slide 1 - Slide

Planning les 1
Werken aan cultuurfolder

Slide 2 - Slide

De opdracht
  • 'Tijdschrift' maken over een van de staten van de VS 
  • Groepjes van 2 of 3 personen
  • Iedere staat mag maximaal één keer gekozen zijn
  • Aan het einde van iedere les levert één groepslid het tijdschrift in

Slide 3 - Slide

Eisen opdracht
  1. Voorblad en achterblad
  2. Inhoudsopgave
  3. Titel
  4. Minimaal 2 pagina's per persoon gevuld met text
  5. Lettertype ARIAL 11
  6. Alles moet in het Engels en in eigen woorden geschreven zijn
  7. De artikelen/nieuwsberichten/roddels/etc. moeten betrekking hebben tot de staat
  8. Voeg plaatjes, stripverhalen, etc. toe om het mooi te maken
  9. Aan het einde van iedere les levert één van de groepsleden het tijdschrift in

Slide 4 - Slide

Beoordeling
  1. voldaan aan opdacht: voorblad, achterblad, inhoudsopgave, titel, 2 pagina's per persoon, arial 11
  2. taalgebruik: woordkeuze, grammatica, woordvolgorde, spelling
  3. verzorging: plaatjes, kleuren, creativiteit, realisme
  4. extra plus/min: plagiaat, einde iedere les inleveren

Slide 5 - Slide

Homework

Slide 6 - Slide

Planning les 2
Lesdoel: imperative begrijpen

1) opdr 2, 3, 4 (p.91-92) klassikaal
2) uitleg + oefenen imperative
3) opdr 5, 6, 8-10 (p.93-97 / 5.4) maken

Slide 7 - Slide

Klassikaal / Zelfstandig
1) opdr 2, 3, 4 (p.91-92) klassikaal

Slide 8 - Slide

Imperative (gebiedende wijs)
  1. Positief: Begin met het werkwoord
    Be
     careful with that!
    Listen to what I'm telling you.
    Go away! I'm busy.
  2. Negatief: Begin met don't
    Don't listen to that terrible music.
    Don't bother me when I'm doing my homework.
  3. Vriendelijker maken: zet please vooraan of achteraan
    Please listen to what I'm telling you.
    Don't climb that statue please

Slide 9 - Slide

Exercise imperative
How do you say the following in English? 
Use the imperative for each sentence.

6 sentences

Slide 10 - Slide

1. Zeg dat de ander stil moet zijn

Slide 11 - Open question

2. Zeg dat de ander nu weg moet uit jouw kantoor

Slide 12 - Open question

3. Zeg dat de ander de ramen open moet doen

Slide 13 - Open question

4. Vraag de ander om jouw alsjeblieft te vertellen waar de bank is.

Slide 14 - Open question

5. Zeg dat je 2x per dag je tanden moet poetsen

Slide 15 - Open question

6. Maak je kamer schoon

Slide 16 - Open question

Klassikaal / Zelfstandig
1) opdr 5, 6, 8-10 (p.93-97 / 5.4) maken

Slide 17 - Slide

Homework
Huiswerk volgende les:
1) maken 
2) leren 

Slide 18 - Slide

Planning les 3
1) boek lezen / woorden leren
2) KB 2021 I - tekst 4
3) afmaken 5, 6, 8-10
4) overhoren imperative

Slide 19 - Slide

Read your book or write your words

In silence!
timer
10:00

Slide 20 - Slide

Klassikaal / Zelfstandig
1) KB 2021 I - tekst 4 (5-10 minuten)

2) afmaken 5, 6, 8-10

3) overhoren imperative

Slide 21 - Slide

Which of the following is not an example of an imperative sentence?
A
Stop talking
B
Please be quiet
C
Let's go for a walk
D
She wondered what time it was

Slide 22 - Quiz

Which of the following is an example of an imperative sentence?
A
The cat is sleeping
B
I am going to the store
C
Clean your room
D
What time is it?

Slide 23 - Quiz

Change the sentence 'Please pass the salt.' to an imperative.
A
You should pass the salt.
B
Can you give me the salt?
C
I need the salt.
D
Pass the salt.

Slide 24 - Quiz

Which sentence is written in the imperative mood?
A
Stop talking and listen to me!
B
I stopped talking and listened to you.
C
Maybe you should stop talking and listen to me.
D
Did you stop talking and listen to me?

Slide 25 - Quiz

Change the sentence 'Please bring me a glass of water.' to an imperative.
A
I want a glass of water.
B
Bring me a glass of water.
C
You should bring me a glass of water.
D
Can you bring me a glass of water?

Slide 26 - Quiz

Homework
Huiswerk volgende les:
1) maken 
2) leren 

Slide 27 - Slide