Trede 07 - Het uitscheidingsstelsel

Sector 01 - Het uitscheidingsstelsel
1 / 73
next
Slide 1: Slide
WetenschappenSecundair onderwijs

This lesson contains 73 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Sector 01 - Het uitscheidingsstelsel

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
  • Belangrijkste organen van het uitscheidingsstelsel benoemen 
  • Verband tussen stofomzettingen in de cel en uitscheiding uitleggen 
  • De leerlingen kunnen de functies van water in het menselijk lichaam toelichten.
  • Je kunt uitleggen om welke twee redenen zweten nuttig is.
  • Je kunt de onderdelen van een zweetklier aanduiden en benoemen.
  • De volgende delen van de huid kunnen aanduiden op een figuur: haarzakje, talgklier, haarspiertje, haar.
  • De verschillende huidlagen kunnen benoemen en aanduiden op een figuur.
  • Je kunt aantonen dat verdamping warmte onttrekt aan het lichaam.
  • de nieren en de urinewegen aanduiden en benoemen op een figuur.
  • de delen van de nier aanduiden en benoemen op een figuur.
  • uitleggen hoe bloed in de nieren gefilterd wordt.
  • uitleggen hoe urine gevormd en afgevoerd wordt.

Slide 2 - Slide

Wat weet je al over het uitscheidingsstelsel?

Slide 3 - Mind map

Wat is het uitscheidingsstelsel?
Het uitscheidingsstelsel verwijdert afvalstoffen uit het lichaam.

Slide 4 - Slide

Wat is het uitscheidingsstelsel?

Slide 5 - Slide

Belangrijkste organen
De belangrijkste organen van het uitscheidingsstelsel zijn de nieren, de longen, de lever en de huid.

Slide 6 - Slide

De nieren
De nieren filteren afvalstoffen uit het bloed en produceren urine.

Slide 7 - Slide

De lever
De lever verwijdert giftige stoffen uit het bloed en produceert gal.

Slide 8 - Slide

De huid
De huid zweet en verwijdert zo afvalstoffen uit het lichaam.

Slide 9 - Slide

De longen
De longen verwijderen koolstofdioxide uit het lichaam tijdens de ademhaling.

Slide 10 - Slide

Samenvatting:
Uitscheidingsorganen:

-longen
- huid
- lever
- nieren

Slide 11 - Slide

Waarom is het belangrijk?

Slide 12 - Slide

Verband met stofomzettingen
Stofomzettingen in de cel produceren afvalstoffen die uitgescheiden moeten worden.

Slide 13 - Slide

Nut van uitscheiding
Uitscheiding is essentieel om het lichaam gezond en in balans te houden.

Slide 14 - Slide

Samenvatting
Het uitscheidingsstelsel verwijdert afvalstoffen uit het lichaam en de belangrijkste organen hiervoor zijn de nieren, longen, lever en huid.

Slide 15 - Slide

Zweten doe je langs de huid

Slide 16 - Slide

  • De huid heeft een oppervlakte van gemiddeld anderhalf tot twee vierkante meter 
  • weegt ongeveer vier kilo. 
  • de dikte van de huid varieert van 0,1 mm tot meer dan vier mm

  • Wat zit er allemaal in de huid?

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

De opperhuid

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Opperhuid ( bovenste 2 lagen)

Slide 21 - Slide

Eelt= verdikking van de hoornlaag

Slide 22 - Slide

In welke laag worden de nieuwe cellen gemaakt?
A
opperhuid
B
hoornlaag
C
kiemlaag

Slide 23 - Quiz

De lederhuid

Slide 24 - Slide

Lederhuid (6)
  • Bestaat uit bindweefsel met:
  1. talgklieren
  2. haren
  3. haarspiertjes
  4. zweetkliertjes 

Slide 25 - Slide

Talg is een vette stof, zorgt ervoor dat haren en hoornlaag soepel blijven

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Haren groeien:
Na de kapper en na 5 weken

Slide 28 - Slide

Waar groeit haar?

A
vanuit het haarzakje
B
vanaf de buitenkant

Slide 29 - Quiz

Zweten

Slide 30 - Slide

Bouw zweetklieren

Slide 31 - Slide

Zweetkliertjes maken zweet, koelt het lichaam af

Slide 32 - Slide

Zweten

Slide 33 - Slide

Regeling van de lichaamstemperatuur
Regelen van de lichaamstemperatuur

Beschermen tegen stijging lichaamstemperatuur door warmteafgifte:
  • door verwijden van de bloedvaten
  • meer zweten
Beschermen tegen daling van de lichaamstemperatuur door warmteproductie:
  • Bloedvaten worden nauwer
  • minder zweten
  • warmte door meer verbranding (rillen en klappertanden)

Slide 34 - Slide

Regeling van de lichaamstemperatuur
Lichaamstemperatuur laag: minder doorbloeding van de huid -> minder warmteverlies
Rillen = opwekken van warmte in je spieren
Lichaamstemperatuur hoog  : meer doorbloeding van de huid -> meer warmteverlies + verdamping van zweet.

Slide 35 - Slide

Regeling van de lichaamstemperatuur
Wanneer je temperatuur boven de 37 °C stijgt, door inspanning, koorts of hoge omgevingstemperatuur, moet je lichaam afgekoeld worden.

Slide 36 - Slide

Zweten om afvalstoffen te verwijderen

Zweet bestaat voor 99% uit water en voor 1% uit afvalstoffen.

Zweet= Zout en andere mineralen

Slide 37 - Slide

Zweten om afvalstoffen te verwijderen
Zweet zelf is reukloos.

 
Bacteriën zetten de afvalstoffen om in stoffen die een onaangename geur hebben.


Slide 38 - Slide

In de puberteit zweet je meer dus.........wat vaker onder de douche!

Slide 39 - Slide

Leuke weetjes over de huid

Slide 40 - Slide

Hennatatoeage
Een tatoeage op je hoornlaag

Slide 41 - Slide

Tatoeage
Een tatoeage in je lederhuid

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Tasten
Tastzintuig

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Video

Brandwonden
  • 1e graads: huid is rood
  • 2e graads: opperhuid en deel van lederhuid is aangetast
  • 3e graads: opperhuid en lederhuid compleet aangetast

1
1
2
3

Slide 46 - Slide

De nieren: filters van het lichaam

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Video

Welke organen vinden we terug?

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Slide

Bouw van de nier
Delen van de nier

Slide 51 - Slide

Werking nieren

De nieren zuiveren het bloed en halen de afvalstoffen eruit. 

De afvalstoffen samen met water vormen urine.

Slide 52 - Slide

De onderdelen + functie
Nierschors + niermerg: uitscheiding van te veel water + afvalstoffen
Nierbekken: verzamelen van urine
Urineleider: afvoeren van urine van de nieren naar de blaas
Urineblaas: tijdelijke opslag van urine
Urinebuis: urine vanuit de blaas uit het lichaam vervoeren 

Slide 53 - Slide

Bloed stroomt tussen het niermerg door naar de nierschors: 

filteren bloed (per dag 180 liter voorurine)


Slide 54 - Slide

De weg van urine
De organen:
Nieren => urineleiders => Urineblaas => urinebuis => buiten

In de nier:
Nierslagader => Niermerg => Nierschors => Nierbekken => Urineleider

Slide 55 - Slide

Weetjes

Slide 56 - Slide

Kleur

  • Licht geel: veel water in de urine.
  • Donker geel: weinig water in de urine.
  • Donkergeel tot donkerbruin: kan duiden op leveraandoening.
  • Roze, roodbruin of vleeskleurig: bloed bij de urine. Dit noem je?

Slide 57 - Slide

Wat is de primaire functie van het uitscheidingsstelsel?
A
Het verwijderen van afvalstoffen uit het lichaam.
B
Het reguleren van de lichaamstemperatuur.
C
Het opnemen van voedingsstoffen.
D
Het transporteren van zuurstof.

Slide 58 - Quiz

Blaas
Urineleider
Nier
Nierslagader
Nierader

Slide 59 - Drag question

Nierschors
Niermerg
Nierbekken
Nierader
Nierslagader

Slide 60 - Drag question

Wat is de eerste laag die je tegen komt in je huid?
A
Lederhuid
B
Vetweefsel
C
Opperhuid
D
Onderhuids bindweefsel

Slide 61 - Quiz

Hoeveel verschillende zintuigen liggen er in je huid?
A
2
B
3
C
6
D
4

Slide 62 - Quiz

De opperhuid bestaat uit de hoornlaag en de kiemlaag
A
juist
B
onjuist

Slide 63 - Quiz

In de hoornlaag worden nieuwe cellen gemaakt
A
juist
B
niet juist

Slide 64 - Quiz

Eelt is een verdikking van de .........
A
kiemlaag
B
lederhuid
C
hoornlaag

Slide 65 - Quiz

Wat is de functie van zweet?
A
het lichaam opwarmen
B
het lichaam afkoelen
C
het lichaam nat houden

Slide 66 - Quiz

Waar zitten de dode huidcellen?
A
hoornlaag
B
kiemlaag
C
lederhuid

Slide 67 - Quiz

Welke stof houdt de haren en de hoornlaag soepel
A
zweet
B
eelt
C
talg

Slide 68 - Quiz

Welke stof(fen) worden meer aangemaakt in de puberteit?
A
alleen zweet
B
alleen talg
C
beiden

Slide 69 - Quiz

Welk orgaan is verantwoordelijk voor de filtratie van bloed en de vorming van urine?
A
De longen.
B
De maag.
C
De nieren.
D
De lever.

Slide 70 - Quiz

Wat is de belangrijkste functie van het uitscheidingsstelsel?
A
Het produceren van hormonen
B
Het verwijderen van afvalstoffen uit het lichaam
C
Het reguleren van de lichaamstemperatuur
D
Het transporteren van zuurstof naar de cellen

Slide 71 - Quiz

Welke organen maken deel uit van het uitscheidingsstelsel?
A
Lever
B
Blaas
C
Milt
D
Nieren

Slide 72 - Quiz

Wat gebeurt er met urine nadat het is geproduceerd?
A
Het wordt opgeslagen in de blaas
B
Het wordt direct uitgescheiden via de huid
C
Het wordt omgezet in ontlasting
D
Het wordt naar de longen getransporteerd

Slide 73 - Quiz