4H thema 5 B2 hormonen

FIJN DAT JE ER WEER BENT!!


1 / 45
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

FIJN DAT JE ER WEER BENT!!


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Het plan van vandaag:
- Herhalen B1
- Bespreken B2
- Maken vragen B2

Doel: zorgen dat je B2 helemaal snapt!

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Even herhalen B1

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

B1 Homeostase en regelkringen
Homeostase

Negatieve en positieve terugkoppeling

In- en uitwendig milieu

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Basisstof 2 Het hormoonstelsel

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

HORMONEN
Verspreiden van hormonen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Hormonen komen via het bloed overal in je lichaam.
Toch reageren alleen bepaalde cellen op specifieke hormonen. Waar is dit van afhankelijk?
A
Daar zijn de juiste receptoren aanwezig
B
Hormonen werken alleen waar het bloed stroomt
C
Dat wordt geregeld door een ander regelsysteem: het zenuwstelsel
D
Dat ligt er aan of de hormonen aan of uit staan

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Zet de hormoonklieren op de juiste plek
Eierstokken
Bijnieren
Eilandjes van Langerhans
Teelballen
Hypofyse
Schildklier

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

de hypofyse

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Hypofyse uitvergroot
Ligging hypofyse

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Teveel en te weinig groeihormoon

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

hoe werkt ADH?

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Welk effect zal alcohol op de ADH productie hebben?
A
De ADH productie neemt toe, waardoor je minder plast
B
De ADH productie neemt af, waardoor je minder plast
C
De ADH productie neemt af, waardoor je meer plast
D
De ADH productie neemt toe, waardoor je meer plast

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

de schildklier

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Schildklier
  • De schildklier maakt thyroxine (schildklierhormoon)
  • Schildklierhormoon stimuleert stofwisseling, groei en ontwikkeling
  • Verbranding in de cellen.
  • Te weinig schildklierhormoon: Je bent koud en moe en wordt dikker.
  • Te veel schildklierhormoon: Je hebt het warm, bent bewegelijk, valt af.
  • Negatieve feedback naar hypothalamus

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

Referentie:
Struma: http://lex.staticserver2.com/static/de/450/struma.jpg
JoZo: https://www.dfcgrootverbruik.nl/media/com_hikashop/upload/3573_jozo-zout.jpg
Jodiumtabletten
Bij een kernongeval kunnen radioactieve stoffen vrijkomen die zich verspreiden via de lucht. Een van die stoffen is radioactief jodium. Radioactief jodium kan door inademing in het lichaam terechtkomen en door de schildklier worden opgenomen. Dit kan op de langere termijn schildklierkanker veroorzaken bij jonge mensen.


Door op het juiste tijdstip jodiumtabletten in te nemen, raakt de schildklier verzadigd met jodium. De schildklier neemt dan minder radioactief jodium op, waardoor de kans afneemt om schildklierkanker te ontwikkelen.


Verspreiding jodiumtabletten
In het najaar van 2017 heeft de overheid uit voorzorg jodiumpillen verspreid. Ongeveer 1,2 miljoen huishoudens in de omgeving van een kernreactor of kerncentrale hebben zo de tabletten in huis. De kans dat er een kernongeval gebeurt, is heel klein. Maar als het gebeurt, scheelt het kostbare tijd als omwonenden dan al de pillen in huis hebben. Jodiumtabletten zijn bovendien zonder recept verkrijgbaar bij drogist en apotheek. De adviesprijs is € 2,95

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

De Schildklier
  • Een tekort tijdens de ontwikkeling kan
    leiden tot geestelijke en lichamelijke achterstand

  • Bij een tekort probeert het lichaam de productie van thyroxine te verhogen door de schildklier te vergroten (struma/krop). Dit kan ook ontstaan door een tekort aan jodium in de voeding

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Video

This item has no instructions

Maak nu t/m vraag 14
timer
7:00

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

De eilandjes van Langerhans

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Welke ziekte heeft
te maken met insuline?

Slide 28 - Mind map

This item has no instructions

Slide 29 - Video

This item has no instructions

Glucose






Glycogeen
Glucose






Glycogeen
Insuline
glucagon

Slide 30 - Drag question

This item has no instructions

De nieren

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Waar bevinden zich cellen met receptoren voor EPO?
A
Beenmerg
B
bijnieren
C
Lever
D
nieren

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Waar denk je nog meer aan bij EPO?

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Door bloeddoping neemt een bepaald bloedbestanddeel toe. Zevenvoudig Tour de France winnaar Lance Armstrong (zie de foto) gebruikte bloeddoping waardoor
zijn prestaties enorm toenamen.
Welk van de bestanddelen P, Q, R of S waren vooral in zijn bloed toegenomen? En waarom?
Meer rode bloedcellen vervoeren meer zuurstof dat nodig is voor meer  verbranding, waardoor meer energie ontstaat. 
A
Deel P
B
Deel Q
C
Deel R
D
Deel S

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Slide 37 - Video

This item has no instructions

Adrenaline

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Bijnieren
Adrenaline

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Glucose
Glycogeen
Adrenaline
Insuline
Glucagon

Slide 41 - Drag question

This item has no instructions

Slide 42 - Video

This item has no instructions

Doelen:
* je kent de hormoonklieren en hun hormonen
* je kunt beschrijven wat de hormonen doen

Huiswerk:
Maken B2 vraag 10 t/m 16

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Soort van de dag

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Tot volgende les!

Slide 45 - Slide

This item has no instructions