NaSk1 H8 leerlingversie

NaSk1 H8
Straling
1 / 42
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 42 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

NaSk1 H8
Straling

Slide 1 - Slide

Toetsing:
PTA toets van hoofdstuk 6 en 8 in de proefwerkweek.
Voor dit hoofdstuk krijg je een huiswerk cijfer.
Ik ga elke week bijhouden wie het huiswerk serieus heeft gemaakt. Het optijd en serieus maken telt dus mee voor je huiswerk cijfer.
Hieruit volgt een cijfer voor deze periode.

Slide 2 - Slide

Paragraaf 8.1
Atomen als stralingsbron

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met natuurlijk radioactief en kunstmatig radioactief.
Je kunt het verschil toelichten tussen de moleculen van een verbinding en van een element.
Je kunt beschrijven hoe atomen zijn opgebouwd uit drie verschillende kleinere deeltjes.
Je kunt de overeenkomsten en de verschillen tussen de isotopen van één element noemen.
Je kunt aangeven dat één element zowel gewone als radioactieve isotopen kan hebben.
Je kunt de bron noemen van de ioniserende straling die radioactieve isotopen uitzenden.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Radioactief
  • Stoffen die straling uitzenden noemen we radioactief.

  • Je hebt natuurlijke en kunstmatige radioactieve stoffen.

 Natuurlijk: Komt uit de natuur.
Kunstmatig: Gemaakt door de mens.

Slide 6 - Slide

Atomen
Atomen kunnen een met elkaar verbinding met elkaar aangaan en vormen dan een Molecuul.

Een stof die alleen maar uit dezelfde soort atomen bestaat noemen we een Element.

Slide 7 - Slide

Het atoom
Het atoom heeft een kern met protonen en neutronen.

Om die kern zweven elektronen.

Protonen: positief geladen deeltjes
Neutronen: geen lading
Elektronen: negatief geladen deeltjes

Slide 8 - Slide

De kernreactor
Uranium


Werd gesplitst


Warmte en straling komt vrij


Slide 9 - Slide

De kernreactor
Ze gebruiken een soort uranium dat U-235 heet.

U-235 is een radioactieve isotoop van uranium.

Isotoop: Atomen van hetzelfde element met een ander massagetal

Slide 10 - Slide

Isotoop
Massagetal = aantal protonen + aantal neutronen

Isotopen hebben altijd dezelfde hoeveelheid protonen maar een verschillend aantal neutronen!

Slide 11 - Slide

Huiswerk
Lees en maak:
Paragraaf 8.1 opdracht 1 t/m 7 en 11

Let op dat je je huiswerk deze week maakt voor extra punten voor je huiswerkcijfer!

Slide 12 - Slide

Paragraaf 8.2
Radioactief verval

Slide 13 - Slide

Leerdoelen
Je kunt toelichten wat er met de atoomkern gebeurt als een atoom radioactief vervalt.
Je kunt het verschil uitleggen tussen ioniserende straling en straling die niet ioniserend is.
Je kunt een meetinstrument beschrijven waarmee ioniserende straling wordt gemeten.
Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met de activiteit van een radioactief voorwerp.
Je kunt beschrijven hoe de activiteit van een radioactief voorwerp geleidelijk afneemt.
Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met de halfwaardetijd van een radioactieve isotoop.

Slide 14 - Slide

Verval
Tijdens een kernreactie wordt er gebruik gemaakt van atomen met een instabiele kern.

Instabiele kernen vervallen (breken op) en vormen andere atomen.

Het vervallen van een instabiele kern noemen we een kern reactie!

Slide 15 - Slide

Uranium-235
U-235 werd door losvliegende neutronen omgezet in U-236.

Vervolgens verviel
U-236 in twee andere
atomen.

Bij deze splitsing komt
heel erg veel energie
en straling vrij.

Slide 16 - Slide

Straling
Straling heeft zo veel energie dat het verbindingen tussen atomen kapot kan maken.

Dit noemen we Ioniseren.

Denk hierbij aan UV straling die de cellen van je huid kapot kan maken.

Slide 17 - Slide

Radioactiviteit meten
We meten de activiteit van een radioactieve stof in de hoeveelheid kernen die per seconde vervallen. 

De eenheid van activiteit is becquerel (Bq).

Dit kunnen we meten met een Geigerteller.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Halveringstijd
De activiteit van een bepaalde hoeveelheid radioactief materiaal neemt altijd af!
Dat komt doordat er steeds minder instabiele kernen overblijven.

De tijd die er nodig is om de helft van deze kernen te laten vervallen heet de halverings- of halfwaardetijd.

U-235 heeft een halfwaarde tijd van 700 miljoen jaar.

Slide 20 - Slide

Huiswerk
Lees en maak:
Paragraaf 8.2 opdracht 1 t/m 3, 5 en 7

Let op dat je je huiswerk deze week maakt voor extra punten voor je huiswerkcijfer!

Slide 21 - Slide

Paragraaf 8.3
Straling gebruiken

Slide 22 - Slide

Leerdoelen:
1. Je kunt de drie soorten radioactieve straling benoemen.
2. Je kan beschrijven wat doordringend vermogen is.
3. Je kunt beschrijven op welke manier gammastraling bij medisch onderzoek wordt toegepast.
4. Je kunt beschrijven hoe kankergezwellen worden bestraald.
5. Je kunt uitleggen waarom gammastraling de beste keuze is voor bestraling van buitenaf.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

2010
2025

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Ioniserende straling
Er zijn 3 soorten ioniserende straling:
  • Alfastraling: doordringt slecht
  • Bètastraling: doordringt goed 
  • Gammastraling: doordringt het beste

Het doordringend vermogen is de eigenschap die aangeeft hoe goed straling een stof kan doordringen.

Slide 27 - Slide

Ioniserende straling
Hoe ver een bepaalde soort straling een stof kan doordringen noemen wij de dracht.

Slide 28 - Slide

Medische toepassing straling
Een tracer is een radioactieve stof  gebruikt voor (medisch) onderzoek.

Deze tracer wordt eerst klaargemaakt, vervolgens ingespoten in de patiënt en hiermee kan men met een gamma camera medisch onderzoek doen.

Slide 29 - Slide

Bestraling van buitenaf
Ioniserende straling wordt gebruikt om kankercellen te beschadigen zodat ze dood gaan.

Straling beweegt dan door het lichaam.

Hiervoor wordt gamma straling gebruikt.

Slide 30 - Slide

Bestraling van binnenuit
Door middel van een pil of plaatsen van kleine radioactieve korrels.

De patiënt wordt dan zelf voor een bepaalde tijd radioactief.

Een stof met een korte halveringstijd wordt hiervoor gebruikt.

Slide 31 - Slide

Huiswerk:
Lees en maak:

Paragraaf 8.3 opdracht 1 t/m 6, 8, 9 en 11

Let op dat je je huiswerk deze week maakt voor extra punten voor je huiswerkcijfer!

Slide 32 - Slide

Paragraaf 8.4
Gevaren van straling

Slide 33 - Slide

Leerdoelen
1. Je kunt de gevaren beschrijven van ioniserende straling.
2. Je kunt uitleggen waarom gammastraling het gevaarlijkst is.
3. Je kunt drie voorzorgsmaatregelen noemen voor het werken met radioactieve stoffen.
4. Je kunt uitleggen wat radioactieve besmetting is en hoe je besmetting kunt voorkomen.
5. Je kunt beschrijven welke maatregelen worden genomen als mensen radioactief besmet raken.

Slide 34 - Slide

Directe gevaren van buitenaf
Straling maakt de structuur van je cellen en DNA kapot.

Hoe verder de straling je kan doordringen hoe meer schade het kan aandoen.

Slide 35 - Slide

Voorzorgsmaatregelen
  • Werk zo kort als mogelijk met radioactieve stoffen.

  • Houd zo veel mogelijk afstand van de radioactieve stof.

  • Maak gebruik van afschermingsmateriaal die de straling opneemt en tegenhoudt.

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Gevaren van binnenuit
Straling kan je lichaam binnenkomen doordat je:
  • Het inademt
  • Besmet water drinkt
  • Besmet voedsel eet

Je wordt dan van binnenuit bestraald

Slide 38 - Slide

Voorzorgsmaatregenen
  • Werk alleen met straling op aangewezen plekken
  • Trek beschermende kleding aan
  • Mors de radioactieve stof niet
  • Was je handen achteraf goed
  • Controleer of de ruimte niet besmet is


Slide 39 - Slide

Maatregelen bij besmetting
• Mensen moeten besmette kleding uittrekken en meteen gaan douchen.

• De besmette kleding moet zorgvuldig worden opgeborgen.

• Besmette ruimtes moeten worden schoongemaakt (ontsmet).

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Huiswerk:
Lees en maak:

Paragraaf 8.4 opdracht 1 t/m 7 en 9.

Let op dat je je huiswerk deze week maakt voor extra punten voor je huiswerkcijfer!



Slide 42 - Slide