What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Passé composé
Bonjour 3tvm
Ga rustig zitten
Leg je spullen op tafel.
Laat je boek dicht
We gaan zo beginnen met 5 minuten stil werken.
1 / 51
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
51 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Bonjour 3tvm
Ga rustig zitten
Leg je spullen op tafel.
Laat je boek dicht
We gaan zo beginnen met 5 minuten stil werken.
Slide 1 - Slide
Prenez:
- votre livre (page 16)
- le cahier de grammaire
- un stylo
Slide 2 - Slide
le programme de mercredi
les devoirs
grammaire > passé composé
vraagwoorden
bezittelijke voornaamwoorden
faire des exercices
les devoirs
lesdoel
Ik ken alle 15 vormen van het bezittelijk voornaamwoord.
Slide 3 - Slide
Leerdoelen
(1) "Ik kan de passé composé van werkwoorden op -er goed vervoegen"
(2) "Ik kan de passé composé van de werkwoorden
avoir
,
être
en
faire
goed vervoegen"
Slide 4 - Slide
Welke zin staat in de passé composé?
A
Je vais écouter de la musique.
B
J'ai regardé la télé.
C
J'adore les frites.
D
Je veux manger une glace.
Slide 5 - Quiz
Wat betekent de zin "J'ai regardé la télé"?
Slide 6 - Open question
Wat is de passé composé-vorm van het werkwoord "changer"?
A
change
B
changes
C
changez
D
changé
Slide 7 - Quiz
Welk werkwoord heb je ALTIJD nodig bij het maken van een passé composé?
A
être
B
faire
C
avoir
D
aller
Slide 8 - Quiz
Il
a
trouvé un livre.
Nous
avons
écouté une chanson.
J'
ai
oublié mon livre.
Tu
as
fermé la porte?
Slide 9 - Slide
Noteer een zin in de passé composé
Slide 10 - Mind map
"Ik kan werkwoorden op (-ER) juist vervoegen in de passé composé"
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quiz
2 routes
A. "Ik kan werkwoorden op -er in de passé composé vervoegen" > groene route
B. "Ik kan werkwoorden op -er
nog niet goed
in de passé composé vervoegen > witte route
Slide 12 - Slide
Groene route
1. Schrijf en vertaal in je grammaticaschrift (cahier de grammaire) de werkwoorden avoir en être naar het Nederlands.
2. Noteer in je schrift van twee verschillende werkwoorden op -er de passé composé. Vergeet het hulpwerkwoord niet!
Slide 13 - Slide
Maak opdracht texto 6 (p. 15)
Slide 14 - Slide
Avoir - Être - Faire
AVOIR
ÊTRE
FAIRE
J'ai
eu
J'ai
été
J'ai
fait
Tu as
eu
Tu as
été
Tu as
fait
Il/Elle/On a
eu
Il/Elle/On a
été
Il/Elle/On a
fait
Nous avons
eu
Nous avons
été
Nous avons
fait
Vous avez
eu
Vous avez
été
Vous avez
fait
Ils/Elles ont
eu
Ils/Elles ont
été
Ils/Elles ont
fait
Slide 15 - Slide
Avoir
avoir = hebben eu = gehad
(
eu
is namelijk de passé composé-vorm van avoir)
Tu as eu = Jij hebt gehad
Vous avez eu = Jullie hebben gehad / U heeft gehad
Etc.
Slide 16 - Slide
Être
être = zijn été = geweest
(
été
is namelijk de passé composé-vorm van être)
J'ai été = Ik ben geweest
Nous avons été = Wij zijn geweest
Etc.
Slide 17 - Slide
Faire
faire = doen/maken fait = gemaakt/gedaan
(fait is namelijk de passé composé-vorm van faire)
Il a fait = Hij heeft gemaakt/gedaan
Elles ont
fait du foot
= Zij hebben gevoetbald (want: het hele werkwoord is
faire
du foot
)
Etc.
Slide 18 - Slide
Cahier de grammaire
Vul nu het rijtje van de passé composé in van de werkwoorden avoir, être en faire.
Slide 19 - Slide
Livre
1. maak opdracht Roman Photo 15a en 15b
2. ga verder met de opdrachtenRoman Photo t/m 16.
Slide 20 - Slide
Witte route (klassikaal)
Slide 21 - Slide
Wat zijn werkwoorden op -er?
Slide 22 - Slide
Wat zijn werkwoorden op -er?
parl
er
, trouv
er
, chang
er
, écout
er
, travaill
er
, pens
er
, aim
er
, ador
er
, détest
er
, etc.
Slide 23 - Slide
Hoe maak je een passé composé?
Parler > Parlé ( = gepraat)
Trouver > Trouvé (= gevonden)
Écouter > Écouté (= geluisterd)
Penser > Pensé (= gedacht)
MAAR... "Ik
heb
gepraat" en "Wij
hebben
geluisterd"
DUS: We hebben het werkwoord
hebben
(=
avoir
) nodig!
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Exemple
Ik heb gekeken = ?
Gekeken komt van kijken.
Kijken = regarder > regardé (= gekeken)
Ik heb = J'ai
J'ai regardé
Slide 26 - Slide
Wat is de passé composé-vorm van "chercher"?
Slide 27 - Open question
Jij hebt gezongen = ?
(Zingen = chanter)
Slide 28 - Open question
Cahier de grammaire
Vul nu het rijtje van de passé composé in van de werkwoorden avoir, être en faire.
Slide 29 - Slide
Au travail!
Maak Texto opdracht 6.
timer
2:00
Slide 30 - Slide
Avoir
avoir = hebben > eu = gehad
Tu as eu = Jij hebt gehad
Vous avez eu = Jullie hebben gehad / U heeft gehad
Etc.
Slide 31 - Slide
Wij hebben gehad =
A
Nous avons avoiré
B
Nous avons eu
Slide 32 - Quiz
Ik heb gehad = ?
Slide 33 - Open question
Cahier de grammaire
Noteer de passé composé van het werkwoord
avoir
.
timer
1:00
Slide 34 - Slide
Être
être = zijn été = geweest
J'ai été = Ik ben geweest
Nous avons été = Wij zijn geweest
Etc.
Slide 35 - Slide
Jij bent geweest = ?
A
Tu as été
B
Tu es été
C
Tu as êtré
D
Tu es êtré
Slide 36 - Quiz
Isabelle is leraar geweest = ?
Slide 37 - Open question
Cahier de grammaire
Noteer de passé composé van het werkwoord
être
.
timer
1:00
Slide 38 - Slide
Faire
faire = doen/maken fait = gemaakt/gedaan
Il a fait = Hij heeft gemaakt/gedaan
Elles ont
fait du foot
= Zij hebben gevoetbald (want: het hele werkwoord is
faire
du foot
)
Etc.
Slide 39 - Slide
U heeft getennist = ?
A
Vous avez fairé du tennis.
B
Vous avez tennissé.
C
Vous avez fait du tennis.
D
Vous êtes fait du tennis.
Slide 40 - Quiz
Zij heeft een tafel (une table) gemaakt = ?
Slide 41 - Open question
Cahier de grammaire
Noteer de passé composé van het werkwoord
faire
.
timer
1:00
Slide 42 - Slide
Au travail!
1. Maak nu de Roman Photo opdrachten 14
2. Huiswerk is Texto en Roman Photo t/m 24 af.
Slide 43 - Slide
Ik kan de passé composé van werkwoorden op -er toepassen.
A
Ja
B
Nee
Slide 44 - Quiz
Ik kan de passé composé van avoir, être en faire toepassen.
A
Ja
B
Nee
Slide 45 - Quiz
bezittelijk voornaamwoord
mon ma mes
ton ta tes
son sa ses
notre nos
votre vos
leur leurs
Slide 46 - Slide
C'est le livre de Sara.
C'est ____ livre
A
son
B
sa
C
ses
Slide 47 - Quiz
le garçon a mis le stylo sur ____ table(v). (zijn)
Slide 48 - Open question
Nous avons fait _____ devoirs. (ons)
Slide 49 - Open question
J'attends _____ réponse! (jullie)
Slide 50 - Open question
au travail/les devoirs
faites ex. 15 t/m 18
Slide 51 - Slide
More lessons like this
Passé composé
September 2020
- Lesson with
46 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
3H un1 A1 t/m A3 met PC
September 2020
- Lesson with
47 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Passé composé
October 2020
- Lesson with
43 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Passé composé
March 2021
- Lesson with
36 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Passé composé
28 days ago
- Lesson with
29 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Passé composé
November 2020
- Lesson with
26 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Passé composé
September 2020
- Lesson with
31 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Passé composé 3H
September 2023
- Lesson with
21 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3