Het Duitse volk is tijdens de jaren '20 en '30 erg ontevreden over hun huidige leiders.
Hoe komt dat?
1 / 33
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2
This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
De Jaren 30 in Duitsland
Het Duitse volk is tijdens de jaren '20 en '30 erg ontevreden over hun huidige leiders.
Hoe komt dat?
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
De economische crisis
In 1929 stort de beurs in de VS in.
Ook voor Europa is dit het begin van een zware economische crisis. De mensen hebben geen werk, geen uitkering, geen eten.
De crisis en de herstelbetalingen treffen Duitsland dubbel hard en de Duitse regeringsleiders krijgen het probleem niet opgelost.
Slide 3 - Slide
Is Hitler de redding?
Hitler is de leider van de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP)
Als de NSDAP mee doet aan de verkiezingen belooft Hitler:
Duitsland wordt weer groot en machtig
werk voor alle Duitsers
zich niet meer te houden aan het Verdrag van Versailles
Voor veel Duitsers is hij de laatste hoop!
Slide 4 - Slide
1933: Verkiezingen
De NSDAP heeft de verkiezingen gewonnen en Hitler wordt gevraagd als (minister-president).
Hij moet nog wel met andere politieke partijen samenwerken.
Slide 5 - Slide
Om welke reden stemde veel Duitsers tijdens de verkiezingen op Hitlers partij?
Slide 6 - Open question
Hoe heet de politieke partij van Hitler?
Slide 7 - Open question
Wat is een economische crisis?
A
Als het heel goed gaat met de economie en iedereen werk heeft.
B
Als het heel goed gaat met de economie, maar niet iedereen werk heeft.
C
Als het heel slecht gaat met de economie en iedereen werk heeft.
D
Als het heel slecht gaat met de economie en veel mensen werkloos zijn.
Slide 8 - Quiz
Wanneer brak de economische crisis uit?
A
1919
B
1929
C
1939
D
1940
Slide 9 - Quiz
In welk jaar werd Hitler rijkskanselier van Duitsland?
Slide 10 - Open question
Op welke manier is Hitler rijkskanselier (regeringsleider) van Duitsland geworden?
A
Hij heeft met geweld de macht overgenomen (staatsgreep)
B
Hij was familie van de vorige rijkskanselier en volgde hem daarom op.
C
Zijn politieke partij werd de grootste in de verkiezingen.
Slide 11 - Quiz
Duitsland wordt Nazi-Duitsland
Hitler wil helemaal niet samenwerken met andere politieke partijen. Hij besluit:
Alle politieke partijen worden verboden.
Alleen zijn eigen politieke partij de NSDAP mag blijven bestaan.
Iedereen in Duitsland moet vanaf nu de regels van het nationaalsocialisme (de ideologie van Hitler) volgen.
We noemen de aanhangers van Hitler Nazi's.
We noemen Duitsland in de jaren '30 en '40 Nazi-Duitsland.
Slide 12 - Slide
Wat zijn kenmerken van het nationaalsocialisme?
Antidemocratisch: Dus tegen democratie en voor dictatuur.
Geweld gebruiken is normaal
Mensen zijn ongelijk. Ariërs zijn het hoogst. Joden zijn minderwaardig.
Het is belangrijk dat het ras zuiver blijft.
Militaristisch
Nationalistisch.
Nazi’s vinden de vrouw minder belangrijk dan de man, zij is er voor het gezin en het krijgen van kinderen.
Slide 13 - Slide
Wat wordt er bedoeld met: nationaalsocialisme?
A
De leer van de nazi's (nsdap en Hitler)
B
Dat je neutraal bent
C
Dat je heel erg van je land houdt
D
Dat je van gelijkheid houdt.
Slide 14 - Quiz
wat is geen kenmerk van het nationaalsocialisme
A
Geweld gebruiken is goed om je doel te bereiken.
B
Duitsland is een geweldig land het Duitse volk is het beste.
C
Het inkomen moet gelijk verdeeld worden.
D
De joden zijn slecht en moet je haten.
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Video
Duitsland wordt een totalitaire Dictatuur.
Een totalitaire dictatuur is een land waar:
1 leider of partij alle macht heeft
de overheid ieder onderdeel van jouw leven bepaald. Ook je privéleven. (welke muziek je mag luisteren, hoe je jouw kinderen opvoed, welk geloof je mag hebben etc.)
Iedereen precies moet denken zoals de leiders. Andere meningen zijn verboden.
Slide 17 - Slide
Voorbeelden van leven in een totalitaire dictatuur
Er waren geen verkiezingen meer en andere politieke partijen waren verboden. (antidemocratisch)
Kranten en radio mogen alleen nog maar informatie geven die goedgekeurd is door de Nazi's (censuur)
Tegenstanders van Hitler werden opgepakt, mishandeld of opgesloten in concentratiekampen (intimidatie en terreur).
Deze soldaten van de SA (Sturmabteilung)hebben als taak tegenstanders van Hitler hardhandig aan te pakken.
Slide 18 - Slide
Indoctrinatie
Om er voor te zorgen dat hele volk precies zo dacht als zij gebruikte de Nazi's indoctrinatie:
Volgens een planmatige manier mensen overtuigen van jouw ideeën.
Met een makkelijk woord: Hersenspoelen.
Slide 19 - Slide
Voorbeeld van indoctrinatie: De Hitler Jugend
Kinderen van 10 jaar moesten verplicht lid worden van een jeugdbeweging van de Nazi's.
Jongens gingen naar de Hitler Jugend. Ze werden daar voorbereid om soldaat te worden.
Meisjes gingen naar de Bund der Deutsche Maidel. Ze leerden daar hoe je een goede moeder en huisvrouw werd.
Slide 20 - Slide
Voorbeeld van indoctrinatie: aangepaste schoolboeken
Ook op school leerde de kinderen alle ideeën van het Nationaalsocialisme.
Bij Biologie werd geleerd dat Joden een minderwaardig ras waren
Bij wiskunde moesten leerlingen uitrekenen hoeveel bommen een bommenwerpen kon gooien.
Leerlingen leerden dat Hitler de grote redder van Duitsland was en dat ze hem heel dankbaar moesten zijn.
Een poster met de verschillende mensenrassen volgens de Nazi's
Slide 21 - Slide
Propaganda
Om hun politieke ideeën onder het hele volk te verspreiden maakte de Nazi's propaganda via posters, films en radio berichten.
Propaganda = Reclame maken om andere te overtuigen van jouw politieke mening.
Slide 22 - Slide
Propaganda
Slide 23 - Slide
Propaganda
Slide 24 - Slide
Wat betekent 'propaganda'
A
Bang maken met dreigementen
B
Eenzijdige informatie verspreiden om aanhangers te krijgen.
C
Bang maken met geweld
D
Andere meningen verbieden
Slide 25 - Quiz
Indoctrinatie betekent
A
Naar de dokter gaan
B
Hersenspoelen
C
In werkkampen gevangen zitten
D
De leider gehoorzamen
Slide 26 - Quiz
waar is de afbeelding een voorbeeld van?
A
censuur
B
indoctrinatie
C
propaganda
D
herbewapening
Slide 27 - Quiz
Op school leren kinderen dat Joden een slecht en zwak ras zijn. Dit is een voorbeeld van:
A
propaganda
B
censuur
C
indoctrinatie
D
Intimidatie
Slide 28 - Quiz
De SA soldaten pakten tegenstanders van Hitler met veel geweld aan. Dit is een voorbeeld van...
A
Propaganda
B
Censuur
C
Intimidatie en Terreur
D
Indoctrinatie
Slide 29 - Quiz
Alle kranten worden streng gecontroleerd. Ze mogen niets verkeerds schrijven over Hitler.
A
Propaganda
B
Censuur
C
Intimidatie en Terreur
D
Indoctrinatie
Slide 30 - Quiz
Wat was de Hitlerjugend?
Slide 31 - Open question
Leg in je eigen woorden uit wat een totalitaire dictatuur is. Begin je antwoord met: 'Een land waar....'
Slide 32 - Open question
Niet alle Duitsers waren het eens met de ideeën van de Nazi's. Toch waren ze blij met Hitler als leider. Waarom?