Bervaa P4 L2

Beroepsvaardigheden
P4 L2

1 / 49
next
Slide 1: Slide
BervaaMBOStudiejaar 1

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Beroepsvaardigheden
P4 L2

Slide 1 - Slide

Programma
Planning
Taakmodule afronden
Start beroepsmodule

Slide 2 - Slide

Planning

Slide 3 - Slide

Opdracht 5

Slide 4 - Slide

Slottest

Slide 5 - Slide

Vraag 1: vul de puntjes in...

Slide 6 - Slide

Projectmatig werken is een manier van werken om klussen activiteiten en opdrachten doelgericht ..... en efficiënt uit te voeren
A
opdrachtgever
B
eenmalig
C
resultaatgericht
D
duidelijk begin en eind

Slide 7 - Quiz

Een project is meestal ....
A
opdrachtgever
B
eenmalig
C
resultaatgericht
D
duidelijk begin en eind

Slide 8 - Quiz

Een project heeft een ....
A
opdrachtgever
B
eenmalig
C
resultaatgericht
D
duidelijk begin en eind

Slide 9 - Quiz

Een project heeft een .... die een specifiek doel heeft
A
opdrachtgever
B
tijdelijke samenwerking
C
resultaatgericht
D
resultaat

Slide 10 - Quiz

Het gaat om een ..... van verschillende mensen
A
opdrachtgever
B
tijdelijke samenwerking
C
resultaatgericht
D
resultaat

Slide 11 - Quiz

Het heeft een .... dat dat doel gaat bereiken
A
opdrachtgever
B
tijdelijke samenwerking
C
resultaatgericht
D
resultaat

Slide 12 - Quiz

Projectmatig werken is....

Slide 13 - Mind map

Vraag 2 & 3

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Wat hoort bij welke fase?
vraag 4

Slide 16 - Slide

Projectplan maken
A
Initiatiefase
B
Definitiefase
C
Ontwerpfase
D
Voorbereidingsfase

Slide 17 - Quiz

Locatie zoeken
A
Initiatiefase
B
Definitiefase
C
Ontwerpfase
D
Voorbereidingsfase

Slide 18 - Quiz

Eerste ontwerp
A
Initiatiefase
B
Definitiefase
C
Ontwerpfase
D
Voorbereidingsfase

Slide 19 - Quiz

Programma van eisen
A
Initiatiefase
B
Definitiefase
C
Ontwerpfase
D
Voorbereidingsfase

Slide 20 - Quiz

Samenwerken
A
Realisatiefase
B
Definitiefase
C
Ontwerpfase
D
Voorbereidingsfase

Slide 21 - Quiz

Werken aan het resultaat
A
Realisatiefase
B
Definitiefase
C
Ontwerpfase
D
Nazorgfase

Slide 22 - Quiz

Enquete aan deelnemers versturen
A
Realisatiefase
B
Definitiefase
C
Ontwerpfase
D
Nazorgfase

Slide 23 - Quiz

Vraag 5: Vul de puntjes in...

Slide 24 - Slide

Projectmatig werken begint altijd met de
A
Nazorgfase
B
Initiatiefase
C
Definitiefase
D
Voorbereidingsfase

Slide 25 - Quiz

Het uitwerken van wensen van gebruikers gebeurt in een
A
Nazorgfase
B
Programma van eisen
C
Definitiefase
D
Voorbereidingsfase

Slide 26 - Quiz

De fase waarin dit gebeurt wordt de .... genoemd.
A
Nazorgfase
B
Programma van eisen
C
Definitiefase
D
Voorbereidingsfase

Slide 27 - Quiz

De fase waarin je de voorbereidingen van het project regelt heet de ......
A
Nazorgfase
B
Programma van eisen
C
Definitiefase
D
Voorbereidingsfase

Slide 28 - Quiz

Om van het project te leren voor een volgende keer kun je een enquête gebruiken in de .....
A
Nazorgfase
B
Programma van eisen
C
Definitiefase
D
Voorbereidingsfase

Slide 29 - Quiz

Zet de volgende onderdelen in de juiste volgorde

1. Programma van eisen
2. Aanleiding
3. Evenement
4. Bezoekers nabellen
5. Taakverdeling
6. Begroting

Slide 30 - Slide

1 t/m 6 in de juiste volgorde..
1. Programma van eisen
2. Aanleiding
3. Evenement
4. Bezoekers nabellen
5. Taakverdeling
6. Begroting

Slide 31 - Open question

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Waar staat SMART voor?
A
Specifiek, makkelijk, acceptabel, realistisch en tijdgebonden
B
Simpel, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden
C
Specifiek, meetbaar, actueel, realistisch en tijdgebonden
D
Specifiek, meetbaar acceptabel, realistisch en tijdgebonden

Slide 34 - Quiz

Wat doe je in een begroting?
A
Je maakt inzichtelijk of een budget toereikend is
B
Je vult de gewerkte uren van ieder teamlid in

Slide 35 - Quiz

Morgen is er een personeelsdag, vandaag worden de laatste aanpassingen in het draaiboek verwerkt en de goodybags klaar gelegd.. welke fase?
A
Definitiefase
B
Ontwerpfase
C
Realisatiefase
D
Voorbereidingsfase

Slide 36 - Quiz

Waar of niet waar
Vraag 11

Slide 37 - Slide

Een projectplan maak je in de initiatiefase
A
Waar
B
Niet waar

Slide 38 - Quiz

Aan een project werk je hoofdzakelijk alleen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 39 - Quiz

Een project is een steeds weer terugkerende activiteit
A
Waar
B
Niet waar

Slide 40 - Quiz

Goed samenwerken kan door regelmatig kort te overleggen en af te stemmen, afspraken te maken en deze vast te leggen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 41 - Quiz

In trello kun je een projectplanning maken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 42 - Quiz

De klant wil .....
tot welke categorie hoort dit?
A
Functionele wens
B
Gebruikerswens
C
Randvoorwaarde

Slide 43 - Quiz

Welk doel is SMART?
A
Ik wil dat met het project meer geldt wordt bespaard dan bij andere bedrijven in de regio
B
Ik wil dat het project in 1 jaar tijd meer geld bespaard wordt dan het afgelopen jaar
C
Ik wil dat het project voor 1 januari 2025 75.000,- bespaard wordt
D
Ik wil dat het project volgend jaar beter presteert dan dit jaar

Slide 44 - Quiz

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Je werkt in een groepje aan de kostuums in de Efteling.. hoe ziet jouw projectontwerp eruit?
A
Tekening
B
Maquette
C
Programma van eisen
D
Plattegrond

Slide 47 - Quiz

Planning

Slide 48 - Slide

Maak een start met de beroepsmodule fris fruit

Hoe kom je bij de beroepsmodule?

Opdrachten;
2 = e-mail inleveren. Kies je eigen project!
4.2 = format inleveren
4.3 = begroting inleveren 

Slide 49 - Slide