ALA5b lymfestelsel,afweer

Het lymfestelsel en afweer
1 / 33
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1-4

This lesson contains 33 slides, with text slides.

Items in this lesson

Het lymfestelsel en afweer

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Deze les
10.30 uur; maken opdracht vragen
10.50 uur; nabespreken antwoorden vragen
11.00  uur; theorie lymfestelsel en afweer, en aandoeningen
11.25 uur;  afsluiting en volgende week

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
Maak de vragen, zoek niks op ! 


Overleggen met elkaar mag,
wat weten jullie nog/al ?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Het lymfestelsel bestaat uit:
1.  Lymfevaten
2. Lymfeknopen / klieren
3. Lymfoïde organen
 
TAAK 1  LYMFESTELSEL =
  • gefilterd vocht terugbrengen naar bloed
  • onderdeel van het circulatiestelsel


Slide 4 - Slide

dat vocht, wat niet allemaal mee gaat de aderen in, moet ergens blijven --> juist, in de lymfevaten. Die komen samen in grotere buizen en stromen door lymfeknopen heen.
Lymfoide organen 
  • Lymfeknopen
  • Waldeyerring
  • Peyerplaques
  • Zwezerik
  • Milt

Slide 5 - Slide

Lymfeknopen (lymfeklieren): tussenstations in de lymfevaten.
Aantal lymfeknopen dichtbij elkaar->regionale lymfeknopen

-Lymfeknopen werken als filter, lichaamsvreemde stoffen blijven hangen -> afweersysteem gaat in werking
-antistoffen worden gemaakt of bijgemaakt bv

Waldeyerring: verzamelnaam lymfatisch weefsel mondholte, neusholte naar de keelholte (keelamandelen, tongamandel, neusamandel, rond buis van Eustachius)
Vangt deeltjes op vanuit de buitenlucht

Peyerplaques: dunne darm

Zwezerik: 1e levensfasen tot ongeveer begin puberteit (belangrijk bij aanmaak lymfocyten)

Milt: tussenstation voor lymfevatenstelsel als bloedvatenstelsel
- filteren bloed, opvangen ziekteverwekkers & activeren van lymfocyten
-vervangen van verouderde en dode rode bloedcellen
-bloedreservoir
lymfoide organen - taak 2 - afweer
knopen: bewaren afweercellen

amandelen: bevatten afweercellen

milt en zwezerik: maken afweercellen ( T en B -cellen)

Slide 6 - Slide

de tweede taak van het lymfestelsel zit in afweer tegen ziekteverwekkers. Door het maken en bewaren van afweercellen - lymfocyten - gaat het lymfesysteem virussen en bacteriën te lijf, die je ziek kunnen maken. Ze herkent ze, ruimt ze op. 
Als lymfestelsel niet goed werkt

Slide 7 - Slide

wel eens gezien? hoe heet dit? Lymfoedeem. Komt bijvoorbeeld voor bij mensen waarvan okselklieren zijn verwijderd bij borstamputatie - borstkanker. Kan ook aangeboren aandoening zijn. Het heeft dus iets met vocht te maken
Afweer

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Afweer: soorten en functie
Alles wat een onbekend signaaleiwit heeft, is lichaamsvreemd: antigenen

Witte bloedcellen herkennen antigenen en maken antistoffen (ook eiwitten) om het vreemde onschadelijk te maken.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Afweer: soorten en functie
Er zijn twee soorten afweer...

1 Algemene afweer (Aspecifiek)
  • Eerste afweerlinie (bacterieflora)
  • aangeboren
  • niet-specifiek (dus op elke vreemde cel van toepassing)
  • komt snel op gang
  • Ontsteking
  • Tweede afweerlinie door inzet van de hulptroepen
  1. granulocyten (fagocyterende werking)
  2. macrofagen (grote eters)
  3. killercellen (vorming zwezerik, doden aangetaste cellen en abnormale lichaamscellen)
  4. interferonen (geven alarmstoffen af voor fagocyterende witte bloedcellen)

Slide 10 - Slide

1. dode, verhoornde cellen op opperhuid
2. zweet en talgklieren- zure stof uitscheiden
3. speeksel, traanvocht en slijm bevatten antibacterieel enzym
4.kleverige slijm van trilhaarslijmvlies
5.maagslijmvlies- zoutzuuroplossing
6.door urine wegspoelen
7.slijm vagina is zuur
Afweer: soorten en functie
2 specifieke afweer
  • verworven (later gekregen)
  • specifiek (dus op één vreemde cel van toepassing)
  • komt traag op gang
  • Lymfocyten spelen een rol
  • B-lymfo (antistoffen aanmaak)en T lymfo (opruiming, lymfe)
  • Immunisatie

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

zelf antistoffen maken (actief)
antistoffen krijgen (passief)
op een natuurlijke manier
op een kunstmatige manier
de ontsteking doormaken en genezen
de moeder geeft (haar) antistoffen door via de moedermelk
(stukjes) antigenen via een vaccin krijgen en daarop antistoffen maken
antistoffen via gedoneerd plasma krijgen

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Problemen lymfestelsel
Ontsteking
Na infectie door virus/  bacterie volgt reactie->opgezette, pijnlijke lymfeklieren-> malaisegevoel. 
Kanker
* Metastasen: lymfeklieren zijn vaak de eerste plekken waar kanker van andere organen naar uitzaait
* Lymfoom: gezwellen van lymfestelsel door ongecontroleerde celdeling van voornamelijk B lymfocyten

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Zorgvragers met Hodgkin- en non-Hodgkin-lymfoom
* Hodgkin-lymfoom: abnormale celgroei van lymfocyten-> niet optimaal->afweer vermindering
- lymfeklieren grote meerkernige cellen (Sternberg-Reed-cellen)> Trekken allerlei normale ontstekingscellen aan > vormen bij elkaar een gezwel

Verschijnselen:
- vermagering
- koorts
- nachtzweten


Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Verschil Hodgkin en NHL
Het type cel waar het uit ontstaat maakt het verschil

Bij Hodgkin gaat het om een specifiek type cel,
bij non-Hodgkin uit verschillende type cellen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Lymfeklierstations
- ontstaat in 1 lymfeklier (meestal in bovenste helft van lichaam)-> breidt uit van lymfeklierstation naar lymfeklierstation (maanden-jaren)

-Lymfocyten verspreiden normaal over hele lichaam-> hodgkin-cellen nestelen in milt, lever, beenmerg en andere organen

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Stadium
Afhankelijk van de aan-of afwezigheid van algemene symptomen zoals koorts, nachtzweten, gewichtsverlies (A geen symptomen)
(B wel symptomen)

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Risicofactoren
Voor de behandeling en vooruitzichten, stadia moet er rekening gehouden worden met de risicofactoren;

* aantal aangetaste lymfeklieren
* grootte van de aangetaste lymfeklieren tussen de longen (mediastinum)
* afwijkende bloeduitslagen, bijv. anemie, verhoogde bezinking en een verhoogd aantal witte bloedcellen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Onderzoek en behandeling
* stadiëringsonderzoek
- vragen stellen
- lichamelijk onderzoek
-bloedonderzoek
-thoraxfoto
- CT-scan van hals, borst en buik
- beenmergonderzoek

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Behandeling
* chemotherapie
* aanvullende bestraling
*evt. aanvulling met dieet
* roken uit den boze

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Genezing

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Non-hodgkin-lymfoom
-30-40 verschillende soorten (verschillende qua gedrag, presentatie in lichaam, gevoeligheid voor therapie)
- NHL-cellen verspreiding in lymfeklieren, nestelen in milt, lever, beenmerg en opvallend vaak in vele andere organen
* huid
* maag
* darm
* botten
*hersenen etc.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Verschijnselen
* perioden met koorts
* gewichtsverlies
* gebrek aan eetlust
* hevige vermoeidheid zonder duidelijke oorzaak
* Profuus nachtzweten-> verschoning nodig
* zwelling lymfeklieren
klachten maag-buikpijn->lokalisatie maag, milt, buik
Huidklachten: lokalisatie huid
klachten keel/neus: lokalisatie keelamandelen, mondholte of neus/bijholten
Benauwdheid: lokalisatie mediastinum
Verwardheid: lokalisatie hersenen

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Behandeling
* radiotherapie
* chemotherapie
Hangt o.a. af van groeisnelheid van lymfoom, stadium NHL, leeftijd, conditie

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Onderzoek 
* stadiëringsonderzoek
- vragen stellen
- lichamelijk onderzoek
-bloedonderzoek
-thoraxfoto
- CT-scan van hals, borst en buik
- beenmergonderzoek
- Echografie
- MRI-scan
- PET-scan

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Multipel myeloom/ Kahler
Een vorm van (bloed) kanker die ontstaat in plasmacellen, een soort witte bloedcellen die verantwoordelijk zijn voor het produceren van antilichamen.

Het kenmerkt zich door de abnormale groei van plasmacellen in het beenmerg, wat kan leiden tot botpijn, botbreuken, bloedarmoede, nierproblemen en verzwakking van het immuunsysteem. 
De behandeling omvat doorgaans chemotherapie, stamceltransplantatie en gerichte therapieën.







Slide 30 - Slide

This item has no instructions

(chronische) leukemie
Leukemie is een vorm van kanker die begint in de bloedvormende cellen van het beenmerg en zich vervolgens verspreidt naar het bloed en andere delen van het lichaam. 
Er zijn verschillende soorten leukemie, waaronder acute en chronische vormen, afhankelijk van hoe snel de ziekte zich ontwikkelt en vordert.

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

vormen leukemie
Acute leukemie:  een snel progressieve vorm van leukemie waarbij de abnormale cellen, meestal onrijpe witte bloedcellen, snel vermenigvuldigen en de normale bloedcellen verdringen. Acute leukemie vereist vaak onmiddellijke behandeling.
Chronische leukemie: ontwikkelt zich langzamer dan acute leukemie en wordt gekenmerkt door de overproductie van volwassen maar abnormale bloedcellen. Deze abnormale cellen kunnen zich ophopen in het bloed en het beenmerg, waardoor de normale bloedvorming wordt verstoord.
Chronische lymfatische leukemie (CLL): begint in de lymfocyten, een type witte bloedcellen. Deze abnormale lymfocyten kunnen zich ophopen in het bloed, het beenmerg en de lymfeklieren, wat leidt tot verzwakking van het immuunsysteem en symptomen zoals vermoeidheid, zwakte en vergrote lymfeklieren.

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

vragen ?
Volgende week  cardiologie


Slide 33 - Slide

This item has no instructions