1,2 en 3

Criminaliteit?
1 / 23
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Criminaliteit?

Slide 1 - Slide

Criminaliteit

Wanneer wordt asociaal gedrag strafbaar?

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat mag de politie?
  • Arresteren: meenemen naar het bureau
  • Fouilleren: Je kleding en lichaam wordt doorzocht
  • Huis doorzoeken: met toestemming mag de politie op zoek naar bewijsmateriaal.

Slide 4 - Slide

Proces-verbaal
Een politieverslag met alle informatie over het misdrijf en de verdachte.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide


1. 
De opening


Naam & woonplaats

Slide 8 - Slide


2. 
De aanklacht


De officier van justitie leest de aanklacht (=tenlastelegging) voor

Slide 9 - Slide


3.
Het verhoor van de verdachte


Eerst zelf vertellen wat er is gebeurd. Dan ondervragen de rechters, de officier van justitie en je eigen advocaat jou.

Slide 10 - Slide


4.

Het getuigenverhoor



Mensen die iets gehoord of gezien hebben dat met de zaak te 

maken kan hebben. Getuigen mogen niet liegen.

Slide 11 - Slide

5.


De officier van justitie zet na de ondervragingen alles nog even op een rijtje en komt met de strafeis

Slide 12 - Slide


6. 
Het pleidooi



Jouw advocaat gaat jou verdedigen en vraagt om vrijspraak of een lichte straf. Soms doet de verdachte zelf zijn verdediging

Slide 13 - Slide


7. 
Het laatste woord



Als verdachte heb je altijd het laatste woord. Je kunt ook nog iets zeggen over de strafeis van de officier

Slide 14 - Slide


8. 

De uitspraak



De rechter vertelt of je schuldig of onschuldig bent en welke straf hij wil geven. Meestal is de uitspraak of het vonnis pas later

Slide 15 - Slide

Rechter geeft straf
  1. geldboete
  2. (voorwaardelijke) gevangenisstraf
  3. taakstraf

Slide 16 - Slide


A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 17 - Quiz


A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 18 - Quiz


A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 19 - Quiz

Wie klaagt de verdachte aan?
A
de rechter
B
de verdachte
C
de advocaat
D
de officier van justitie

Slide 20 - Quiz

Hoe noemen we de uitspraak van de rechter?
A
de uitslag
B
de taakstraf
C
de regeling
D
het vonnis

Slide 21 - Quiz

Wie heeft het laatste woord voordat de rechter een uitspraak doet?
A
het publiek
B
de verdachte
C
de rechter
D
de officier van justitie

Slide 22 - Quiz

Hoe vond je de les?
A
gaat wel , ik vond het onderwerp niet intressant
B
goed, ik heb wat geleerd.
C
leuk onderwerp , wel een beetje saai gebracht
D
super, de les was zo voorbij en ik heb wat geleerd.

Slide 23 - Quiz