2025-06-19 B1J Latijn

Weektaak

  • Leren: Griekse alfabet compleet: hoofd- en kleine letters schrijven, herkennen en uitspreken + alfabet opzeggen
  • Leren: tellen in het Grieks (van 1-10) (blz. 20)
  • Maken: werkboekje blz. 15 + 17











    Leerdoelen

    • Ik kan de Griekse hoofdletters schrijven en herkennen.
    • Ik kan van 1-10 tellen in het Grieks.




    1 / 17
    next
    Slide 1: Slide
    LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

    This lesson contains 17 slides, with text slides.

    time-iconLesson duration is: 45 min

    Items in this lesson

    Weektaak

    • Leren: Griekse alfabet compleet: hoofd- en kleine letters schrijven, herkennen en uitspreken + alfabet opzeggen
    • Leren: tellen in het Grieks (van 1-10) (blz. 20)
    • Maken: werkboekje blz. 15 + 17











      Leerdoelen

      • Ik kan de Griekse hoofdletters schrijven en herkennen.
      • Ik kan van 1-10 tellen in het Grieks.




      Slide 1 - Slide

      Begintaak: 

      Welke letters?    Γ   Ψ   Σ   Δ   Π   Υ   Λ   Η   Ρ   Θ   Ζ  

      Wat is het Grieks voor:  7 -  5 -  9 -  3 -  8 -  4





      Slide 2 - Slide

      Pak je schrift. Je krijgt een oefening met hoofdletters.







      Slide 3 - Slide

      Noteer de hoofdletter sigma.

      Slide 4 - Slide

      Noteer de hoofdletter delta.

      Slide 5 - Slide

      Noteer de hoofdletter ksi.

      Slide 6 - Slide

      Noteer de naam: Ψ

      Slide 7 - Slide

      Noteer de naam: Γ

      Slide 8 - Slide

      Noteer de naam: Λ

      Slide 9 - Slide

      Noteer de hoofdletter: ζ

      Slide 10 - Slide

      Noteer de hoofdletter: φ

      Slide 11 - Slide

      Noteer de hoofdletter: η

      Slide 12 - Slide

      Noteer de uitspraak: ΘΕΑΤΡΟΝ

      Slide 13 - Slide

      Noteer de uitspraak: ΧΑΡΑΚΤΗΡ

      Slide 14 - Slide

      Noteer de uitspraak: ΛΑΒΥΡΙΝΘΟΣ

      Slide 15 - Slide

      Even oefenen:

      • Alfabet opzeggen.

      • Tot 10 tellen in het Grieks.





      Slide 16 - Slide

      Pak je werkboekje op blz. 17.

      • Maak blz. 17 uit je werkboekje.

      Klaar?
      • Maak de woordzoeker van blz. 15.
      • Zorg dat je de woorden onder de woordzoeker kunt spellen.
      • Oefen met het omzetten van de woorden onder de woordzoeker in kleine letters.

      Slide 17 - Slide