Module 4B, les 6 (week 24)- Neurologische uitval

Triage Module 4B - Week 24
Neurologische uitval 

2024-2025
 R. Koops
1 / 19
next
Slide 1: Slide
TriageMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Triage Module 4B - Week 24
Neurologische uitval 

2024-2025
 R. Koops

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hoe ziet de les er uit? 
  • Vragen uit de vorige les?
  • Vragen uit de voorbereiding neurologische 
        uitval?
  • Doornemen neurologische uitval 
  • Oefenvragen met urgenties
  • Casus oefenen
  • Huiswerk 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Voorbereiding
  • Nog vragen vanuit de vorige les wegraking en insult?
  • Heb je medilect gemaakt van wegraking, insult, neurologische uitval en hoofdpijn? Zo niet, mag je uit de les en deze gaan maken. 
      Je bent weer welkom als je het af hebt.
  • Zijn er vragen vanuit de voorbereiding? 

Slide 3 - Slide

Vragen inventariseren - na afloop evalueren of dit voldoende aan bod is gekomen
Wat komt er in jou op bij
het begrip
neurologische uitval?

Slide 4 - Mind map

Bij neurologische uitval kan er sprake zijn van uitval van:
Motoriek - verlamming
Gevoel - verdoofd/tintelingen
Gehoor
Gezichtsvermogen
Spraak

Neurologische uitval kennen we vooral van een CVA (ook wel beroerte genoemd) 

In digitale versie triagewijzer: Motorische uitval, parese (spierzwakte/verlamming) of afasie (moeite met spreken en woorden vinden) , maar ook coördinatiestoornissen (=ataxie - denk aan 'dronkemansloop' ) 

Waarvoor staat de afkorting CVA?
Ken je ook een ander woord hiervoor?

Slide 5 - Open question

Bij neurologische uitval denken we vaak aan en CVA (dit hoeft niet altijd de oorzaak te zijn) 
Er is maar één soort CVA/beroerte
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Herseninfarct - arteriële afsluiting
Hersenbloeding (bloedig CVA) 
Bloeding of afsluiting (infarct)

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Weet je ook waar de afkorting TIA voor staat?
Wat is het verschil met een CVA?

Slide 8 - Open question

LET OP! iedere TIA is een CVA tot het tegendeel bewezen is - je gaat dus niet eerst 24 uur afwachten!!
Kun jij de FAST-test uitleggen?
- Waarvoor staat de afkorting?
- Hoe kun je dit uitvragen?
- Moeten alle onderdelen afwijkend zijn om van neurologische uitval te spreken?

Slide 9 - Slide

Face - gezicht - hangt er een mondhoek af? Je kunt patiënt vragen om met de tanden bloot te lachen 

Arms - is er uitval van kracht in de armen? - laat patiënt beide armen voor zich uitsteken

Speech - hoe is de spraak van patiënt? Dubbele tong? Onsamenhangend? brabbelend? 

Time - Hoe lang zijn de klachten al aanwezig? 

Wanneer 1 onderdeel afwijkend is en dit is recent ontstaan gaan we uit van een CVA
In het Nederlands: "mond - spraak - arm - beroertealarm"

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Waarom is het van belang om te weten hoe lang de klachten al aanwezig zijn?
Bij U1 zie ik <12 uur en bij U2 zie ik >12 uur...?

Slide 11 - Open question

Dit heeft te maken met de behandeling van een herseninfarct. 
Trombolyse: medicijnen die het stolsel op kan lossen kan tot 12 uur worden toegepast.
(in de boeken staat nog korter of langer dan 6 uur - de digitale versie houdt 12 uur aan als verschil tussen U1 en U2) 

Tot 24 uur nieuwe behandeling --> intra arteriële trombolyse

Tot 24 uur evt. ook trombectomie (via katheter het stolsel verwijderen) 
Je ziet in je boek dat je ook neurologische uitval kunt krijgen door een hernia. Wat weet jij van een hernia?

Slide 12 - Mind map

HNP hernia nuclei pulposi - tussenwervelschijf puilt uit - oefent daardoor druk uit op een zenuwwortel - dit geeft uitstralende pijn.

Ezelsbruggetje - pijn van een hernia neemt toe bij Hoesten, Niezen, Persen (HNP...)

Wanneer de druk op de zenuwwortel groter wordt kan dit leiden tot zenuwbeschadiging en neurologische uitval --> gevoelsstoornis of krachtsverlies

Bij nekhernia - neurologische uitval in de armen
Bij rughernia - neurologische uitval in de benen
Neurologische uitval door hernia: U3 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Andere oorzaken van neurologische uitval
Neurologische uitval kan ook worden veroorzaakt door andere ziektebeelden. Soms is het moeilijk om dit te onderscheiden van een CVA:

- Hersentumor (of metastasen) 
- Parese van Bell 

Slide 14 - Slide

Voornaamste verschillen met CVA:

Hersentumor/metastase --> klachten ontstaan geleidelijk, waar ze bij een CVA veel sneller ontstaan

Parese van Bell: 
-Onschuldige aangezichtsverlamming, herstelt vaak spontaan

-Oorzaken o.a. oorontsteking, herpes zoster/simplex-virus, ziekte van Lyme, complicatie operatie, schedelletsel

-Verschil met CVA: bij CVA alleen spieren rondom mond verlamd, bij perifere facialisparese de hele gezichtshelft – wenkbrauwen niet meer fronsen, oog niet meer sluiten, mond niet bewegen

Peter belt over zijn vrouw: Haar mond hangt helemaal scheef aan de rechterkant en ze praat raar...een uur geleden was dit nog niet zo. Jij:
A
Geeft advies om dit nog even aan te zien, mogelijk een TIA, dit gaat binnen 24 uur over
B
Maakt een afspraak over enkele uren
C
Stuurt de huisarts op spoedvisite
D
Stuurt gelijk een ambulance

Slide 15 - Quiz

U1 urgentie, neurologische uitval (niet door een hernia) < 12 uur - mvr. kan een CVA hebben. 
Marije is bekend met een hernia in haar nek. Nu heeft ze het gevoel dat ze in haar linkerarm minder kracht heeft. Jij:
A
Maakt een afspraak binnen een uur voor Marije
B
Stuurt een ambulance naar Marije toe, ze heeft immers neurologische uitval
C
Maakt met Marije een afspraak binnen enkele uren
D
Stelt Marije gerust, deze klachten horen bij een hernia en gaan vanzelf over

Slide 16 - Quiz

U3 urgentie - neurologische uitval door hernia
Welke van de volgende antwoorden hoort bij urgentie U2?
A
Coördinatiestoornis langer dan 12 uur, korter dan 24 uur
B
Coördinatiestoornis korter dan 12 uur
C
Coördinatiestoornis langer dan 24uur
D
Neurologische uitval door hernia

Slide 17 - Quiz

Antwoord B en C zijn U1 urgenties
Antwoord D is U3 
Aan de slag!

Speel de door jou geschreven casussen uit met een klasgenoot. 

Slide 18 - Slide

Denk aan je leerdoel (n.a.v. feedback midiproeve) 
Geef elkaar gericht feedback
Maak het elkaar niet te makkelijk
Vul ook een SOEP formulier in
Denk aan een emotie

Huiswerk
Volgende les en laatste les:
Oorklachten en duizelig

  • Maak Medilect: oorklachten en duizelig
  • Voorbereiden + casus schrijven (2x): 
1 van oorklachten en 1 van duizelig

Let op! TOETS KT1 is in week 26:
Zorg dat je alle MEDILECT heb ingeleverd in het inleverbakje in Cum Laude,
Uiterlijk vrijdag 13 juni 23:59uur!

Slide 19 - Slide

This item has no instructions