Frans les voor papsaaaaaaaaaaaaaaaaa

Frans 
zorg voor pen en papier
1 / 24
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Frans 
zorg voor pen en papier

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • welke woordjes/zinnen weten we?
  • kleine woordjes die je moet weten
  • basiszinnen
  • oefenen
  • gesprekje 

Slide 2 - Slide

Welke woordjes/zinnen weten we?

Slide 3 - Open question

woordjes
  • tellen tot 20
  • eten
  • dagen 

Slide 4 - Slide

tellen tot 20

Slide 5 - Slide

eten
beantwoord de volgende vragen

Slide 6 - Slide

wat is 'kaas' in het frans?

Slide 7 - Open question

wat is 'pannenkoek' in het Frans?

Slide 8 - Open question

wat is 'stokbrood' in het Frans?

Slide 9 - Open question

wat is 'croissant' in het frans?

Slide 10 - Open question

wat is het 'ontbijt' in het frans?

Slide 11 - Open question

dagen
maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag, zaterdag
en zondag

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

wat voor zinnen zijn nodig
voor in Parijs?

Slide 14 - Mind map

basiszinnen
  • goedemorgen = bonjour
  • goedenavond = bonsoir
  • tot ziens = au revoir
  • ik wil graag 'een croissant' = je voudrais une 'croissant'
  • hoe gaat het? = Comment ça va?

Slide 15 - Slide

  • het gaat goed = ça va bien
  • hoeveel kost het? = ça coute combien?
  • het kost 30 euro = ça coute trente euros
  • waar is het toilet? = où sont toilettes?
  • het is daar = c'est là
  • mag ik de rekening? = la facture, s'il vous plait

Slide 16 - Slide

hoe goed was dit te doen?
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10

Slide 17 - Poll

schrijf de juiste antwoorden op

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link

Slide 20 - Link

Gesprekjes
p1 = persoon 1
p2 = persoon 2

Slide 21 - Slide

vertaal de zinnen in het gesprek
p1: Hallo hoe gaat het?
p2: Goedenavond, het gaat goed.
p2: ik wil graag 1 croissant en 2 stokbroden
p1: is goed!
p2: mag ik de rekening, alsjeblieft
p1: ja, alsjeblieft. tot ziens
p2: tot ziens

Slide 22 - Slide

vertaal de zinnen in het gesprek
p1: Hallo
p2: hoi! hoeveel kost het?
p1: het kost 19 euro
p2: dankjewel
p1: graag gedaan.


Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide