Herhaling hoofdstuk 6, plus opgaven

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Set hoofdstuk 6 en 10

12 januari 2021       13.45 uur

Onderwerp: statistiek

Leerdoeloverzichten, zie Som

Leerdoel 1, theorie 6.1A

1. Ik kan de verschillende verdelingen uit elkaar houden en kan bij deze verdelingen iets zeggen over het gemiddelde, de modus en de mediaan.

Leerdoel 1, theorie 6.1A

Symmetrische verdelingen

Op welke centrummaat heeft de rechter uitschiet veel invloed?

Wat weet je van de centrummaten van de linker verdeling?

Tweetoppige verdeling

Rechts-scheve verdeling

Links-scheve verdeling

uniforme verdeling

Soorten verdelingen

Van de net besproken verdelingen moet je kunnen bedenken wat je kan zeggen van de centrummaten: gemiddelde, modus en mediaan.

Wat weten we van de mediaan, modus en gemiddelde?

Leerdoel 2, theorie 6.1B

2. Ik kan een verdelingskromme aflezen en daarbij de centrummaten aflezen en een boxplot tekenen.

Histogram                                  Verdelingskromme

Leerdoel 2-1

Samen een opgave maken

Leerdoel 3, theorie 6.2A

3. Ik ken de vuistregels van de normaalverdeling uit mijn hoofd en kan deze toepassen.

Dit is het belangrijkste leerdoel van hoofdstuk 6. Deze heb je dit hoofdstuk continu nodig. 

Dit leerdoel is verspreid over 2 lessen.

Normaalverdeling

De onderstaande verdeling zijn symmetrisch en als de klassenbreedte steeds kleiner wordt  lijkt de verdeling steeds meer op een ouderwetse klok. Dit is de normaalverdeling.

Normaalverdeling

De klokvormige kromme is dus de normaal verdeling.

Hier gaat paragraaf 2 en 3 over.

Symmetrisch: modus, mediaan en gemiddelde is

hetzelfde.

Normaalverdeling

H6 Leerdoel 3-1

Normaalverdeling

De normaal verdeling ziet er altijd hetzelfde uit en heeft daarom ook een aantal vuistregels. Deze moet je uit je hoofd leren.

H6 leerdoel 3-2

Normaalverdeling

Voorbeeld: gewicht pak koffie: gemiddeld 500 gram, standaardafwijk 8 gram

H6 leerdoel 3-3

Leerdoel 4 theorie 6.2B

4. Ik kan normaalwaarschijnlijkheidspapier aflezen.

Hiervoor moet je de vuistregels van leerdoel 3 kennen. 

Verder moet je nog weten wat een cumulatieve frequentiepolygoon is.

Cumulatieve frequentiepolygoon bij de normaalverdeling.

Normaalwaarschijnlijkheidspapier

Schaalverdeling aangepast zodat de cumulatieve frequentiepolygoon een rechte lijn is bij een normaalverdeling.

Leerdoel 5 theorie 6.3A

5. Ik kan de standaardafwijking uitrekenen bij een normaal verdeling.

Vuistregels weer belangrijk!

Leerdoel 5 theorie 6.3A

5. Ik kan de standaardafwijking uitrekenen bij een normaal verdeling.

Hiervoor gebruik je de volgende formule. Leer deze uit je hoofd?

Leerdoel 5 theorie 6.3A

De steekproefproportie is het deel van de steekproef dat voldoet aan de gevraagde voorwaarde.

Hoeveel leerlingen van de klas hadden hun huiswerk niet af. Dit waren er 6 van de 28. De proportie is dan 6/28 = 0,33333...

Leerdoel 6 theorie 6.3B

6. Ik kan een betrouwbaarheidsinterval uitrekenen bij een normaalverdeling.

Leerdoel 7 theorie 6.3c

7. Ik kan de steekproefomvang uitrekenen bij een normaalverdeling  en een betrouwbaarheidsinterval.

Vuistregels weer belangrijk!

Leerdoel 7 theorie 6.3C

Leerdoel 5 hierbij nodig.

5. Ik kan de standaardafwijking uitrekenen bij een normaal verdeling.

Hiervoor gebruik je de volgende formule. Leer deze uit je hoofd?

Opgave 37 samen

Bij een gegeven betrouwbaarheidsinterval kan je ook de steekproefomvang berekenen. Je moet dan wel eerst weer de populatieproportie en de standaardafwijking berekenen. Hoe doe je dit?

Leerdoel 8 theorie 6.4A

8. Ik kan verdelingen met elkaar vergelijken.

Je moet verschillende verdelingen met elkaar vergelijken. Je let dan vooral op gemiddelde en de standaardafwijking.

Spreiding breder, standaardafwijking groter.

Leerdoel 9 theorie 6.4B

9. Ik kan bepalen of er tussen variabele een causaal verband bestaand.

Leerdoel 10 theorie 6.4C

10. Ik kan conclusies trekken uit statistische gegevens.