This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Acute kindergeneeskunde
Mounia en Irma
Slide 1 - Slide
Casus
Moeder komt met haar zoontje Bram van 6 maanden op het spreekuur in verband met braken en diarree.
Bram heeft regelmatig dagen dat hij 's ochtends braakt, en later op de dag diarree krijgt. Daarna kan het weer een paar dagen goed gaan.
Moeder komt nu omdat de episoden steeds ernstiger lijken te worden.
Slide 2 - Slide
Casus (vervolg)
Tijdens de laatste episode (gisteren) bleef Bram maar braken, werd hij bleek en erg slaperig. Moeder stond op het punt om 112 te bellen, maar heeft Bram uiteindelijk toch in bed gelegd.
Na een paar uur werd hij wakker, en 's middags kreeg hij diarree. Deze keer zag moeder hier ook wat bloed bij.
Slide 3 - Slide
Wat is een alarmsignaal in het verhaal?
A
Aanhoudend braken
B
Diarree met bloedbijmenging
C
Slaperigheid
D
Allemaal
Slide 4 - Quiz
Casus
Op dit moment zie je een levendig, niet ziek jongetje op je spreekuur. Moeder maakt zich zorgen.
Slide 5 - Slide
Zijn de zorgen van moeder terecht?
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quiz
Welke gegeven geeft je richting voor de diagnose?
A
Geen andere zieken
B
Geen koorts
C
Gestart met bijvoeding
D
Negatieve familie anamnese
Slide 7 - Quiz
Casus ~ aanvullende anamnese
Moeder vertelt dat er geen andere zieken in huis zijn geweest
In de familie komen geen bijzonderheden voor
Bram had geen koorts
Ze zijn sinds kort gestart met bijvoeding
Slide 8 - Slide
Casus
Na verder doorvragen lijken de klachten altijd 's ochtends op te treden, een paar uur na het ontbijt.
Moeder realiseert zich nu dat het alleen gebeurt wanneer ze Bram havermout heeft gegeven.
Slide 9 - Slide
Aan wat voor voedselreactie denk je nu?
A
Anafylactische reactie
B
Coeliakie
C
Lactose intolerantie
D
Food Protein Induced Enterocolitis Syndrome
Slide 10 - Quiz
Food Protein Induced Enterocolitis Syndrome (FPIES) is een IgE-gemedieerde voedselallergie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quiz
FPIES kan er ernstig uit zien, maar is uiteindelijk onschuldig
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quiz
FPIES
Niet-IgE-gemedieerde voedselallergie
Acute en chronische variant
Zuigelingenleeftijd
Koemelk en soja: 3-5 maanden
Vaste voeding: 5-7 maanden
Pathofysiologie onbekend
Klinische diagnose
Slide 13 - Slide
Wat zijn de meest voorkomende allergenen bij FPIES?
A
Kippenei, peulvruchten, schaal- en schelpdieren
B
Koemelk, soja, haver en rijst
C
Moedermelk, peulvruchten en haver
D
Koemelk, soja, peulvruchten en rijst
Slide 14 - Quiz
Uitlokkende factoren
Meest voorkomend: koemelk, soja, haver, rijst
Kippenei
Fruit
Vlees
Peulvruchten
Schaal- en schelpdieren
60-70% 1 allergeen
20-30% 2-3 allergenen
Verschillen tussen continenten
Slide 15 - Slide
Na hoeveel tijd verdwijnen de klachten bij acute FPIES?
A
8 uur
B
12 uur
C
24 uur
D
48 uur
Slide 16 - Quiz
FPIES gaat nooit gepaard met huidafwijkingen of respiratoire symptomen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
Acute FPIES
1-4 uur na inname:
Braken
Lethargie
Bleekheid
Hemodynamische instabiliteit
5-10 uur na inname:
Waterige/bloederige diarree
Sepsis beeld
Huidafwijkingen of respiratoire symptomen sluiten een acute FPIES per definitie uit -> denk aan een IgE-gemedieerde anafylaxie
Slide 18 - Slide
Ter ondersteuning van de diagnose kan je een verdacht voedselallergeen in het bloed laten bepalen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quiz
Een voedselprovocatietest bevestigt de diagnose
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
Diagnostiek
Diagnose bij het major criterium en ten
minste 3 minor criteria
In het lab bepaal je IgE
Voedselprovocatietest is niet nodig
Slide 21 - Slide
Differentiaal diagnose
Sepsis
Gastro-enteritis
Volvulus
Malrotatie
Pylorushypertrofie
Verhoogde intracraniële druk
Slide 22 - Slide
FPIES kan leiden tot hypotensie en hemodynamische instabiliteit. Hoe vaak komt dit voor?
A
5%
B
15%
C
25%
D
35%
Slide 23 - Quiz
Bij een acute FPIES reactie dien je adrenaline toe te dienen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 24 - Quiz
Een kind met een verdenking op acute FPIES stuur ik in naar de kinderarts