Oefentoets: Organismen leven samen 3 mavo

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Oefentoets mavo 3 organismen leven samen

45 min.

Controleer je antwoorden goed als je klaar bent. 

Maak de oefentoets als een echte toets (zonder hulpmiddelen)

De docent kan daarna de toetsinzage openen. Je kunt dan je eigen antwoorden controleren. 

Waarvan maken planten in de bladgroenkorrels glucose?

1. Koolstofdioxide, mineralen en water
2. Mineralen, water en zuurstof
3. Water, zuurstof en koolstofdioxide
4. Zuurstof, koolstofdioxide en mineralen.

Een plant kan stoffen uit zijn omgeving opnemen.
Op welke twee manieren doet een plant dit?

Door het afbreken van takken en bladeren van een boom is er minder transport van water en mineralen door de stam. Hierdoor kan zo’n boom niet goed meer groeien.
Geef de naam van de vaten waardoor water en mineralen worden getransporteerd.

Door het afbreken van takken en bladeren van een boom is er minder transport van water en mineralen door de stam. Hierdoor kan zo’n boom niet goed meer groeien.
Leg uit welke rol bladeren hebben bij het transport van water en mineralen.

Zie de afbeelding. Welke letter in de afbeelding van informatie 2 geeft een deel van het blad aan met een
vaatbundel?

1. Letter P
2. Letter Q
3. Letter R

Schrijf de nummers 1 t/m 10 onder elkaar en schrijf het juiste woord achter elk nummer.

Mart zegt dat aardappels eigenlijk verdikte stengels zijn.
Wina zegt dat aardappels knollen zijn.
Rudolf zegt dat zetmeel en vetten voorbeelden zijn van reservevoedsel.
Wie heeft of hebben er gelijk?

1. Mart
2. Wina
3. Wina en Rudolf
4. Mart, Wina en Rudolf

Welk onderdeel eet je van een rode kool?

1. Bladeren
2. Stengels
3. Wortels

Liset heeft een goudvis gekocht. Voor de goudvis koopt ze een aquarium. De man van de dierenwinkel adviseert Liset om waterplanten te kopen voor het aquarium.
Om welke reden krijgt Liset het advies om waterplanten in haar aquarium te plaatsen?

Jaimy is een tomatenteler. Op het moment dat hij zijn tomaten plukt zijn ze nog een beetje groen. Op het moment dat zijn tomaten in de supermarkt liggen zijn ze rijp en rood.
Leg uit wat er in de cellen van de tomaten gebeurt, waardoor de kleur verandert.

Jaimy is een tomatenteler. Op het moment dat hij zijn tomaten plukt zijn ze nog een beetje groen. Op het moment dat zijn tomaten in de supermarkt liggen zijn ze rijp en rood.
Welk proces vindt er na de rijping van tomaten niet meer in de cellen plaats?

Leerlingen kijken wat er allemaal leeft in een zoetwaterplas en wie van wie leeft. In de afbeelding zijn enkele voedselrelaties schematisch weergegeven. Drie schakels zijn in de afbeelding niet ingevuld, deze zijn aangeduid met 1,2 en 3.
Welk van de volgende dieren kan in schakel 3 thuishoren?

1. Een garnaal
2. Een kaaimankrokodil
3. Een waterkever

In de afbeelding zijn enkele voedselrelaties schematisch weergegeven. Volgens Edsilia zijn de organismen in schakel 1 planten. Volgens Ronny kunnen de pakro’s vleeseters zijn. Wie heeft, of wie hebben gelijk?

1. Zowel Edsilia als Ronny
2. Alleen Edsilia
3. Alleen Ronny
4. Geen van beide heeft gelijk

Leerlingen kijken wat er allemaal leeft in een zoetwaterplas en wie van wie leeft. In de afbeelding zijn enkele voedselrelaties schematisch weergegeven. Kikkervisjes eten alleen de organismen die in schakel 1 thuishoren.
Tot welke groep horen kikkervisjes?

1. Alleseters
2. Planteneters
3. Vleeseters

Bekijk de afbeelding hiernaast.
Hoe noem je de piramide die je hier ziet?

1. Piramide van aantallen
2. Piramide van biomassa

Bekijk de afbeelding. Noem een abiotische factor uit de afbeelding

Wat zie je in de afbeelding hiernaast?

1. Zuurstof molecuul
2. Zuurstof atoom
3. Koolstofdioxide molecuul
4. Koolstofdioxide atoom

Beschrijf in twee stappen hoe de kringloop van fotosynthese en verbranding gaat.

Hiernaast zijn een aantal processen van de koolstofkringloop schematisch weergegeven.
Eén van de pijlen in het schema stelt de fotosynthese voor.
Met welke letter is die pijl aangegeven?

1. Met de letter P
2. Met de letter Q
3. Met de letter R
4. Met de letter S

Voedingsstoffen in dode resten worden afgebroken door reducenten. Noem twee groepen reducenten.

In welke vorm nemen planten stikstof op uit de bodem?