Door de IR veranderde Engeland van een landbouw-stedelijke samenleving naar een industriële samenleving.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Bevolkingsgroei
Groeiende vraag naar textiel ,
dus een grotere afzetmarkt voor fabriekseigenaren
Bevolkingsoverschot op platteland (door machines minder werk beschikbaar); goedkope arbeidskrachten trekken massaal naar de stad (werk in de fabriek),
dus armoede en slechte werkomstandigheden voor arbeiders.
In 1801 : 11 miljoen inwoners en in 1901 : 37 miljoen inwoners
Slide 14 - Slide
Handelskapitalisme
17e en 18e eeuw
Industrieel kapitalisme
19e eeuw
Economisch systeem waarbij handel (en bijbehorende bedrijfstakken als de scheepvaart) centraal staat.
Economisch systeem waarbij de industrie centraal staat. Vrijhandel is van groot belang, de fabrikanten willen een liberale markteconomie (nauwelijks overheidsbemoeienis).
Slide 15 - Slide
handelskapitalisme
Industrieel kapitalisme
handelsbarrières
investeren in scheepsbouw
liberalisme
industriëlen
vrijhandel
kooplieden
Slide 16 - Drag question
Slide 17 - Video
De ondernemers
Fabrieksdirecteuren (de nieuwe rijken)
Streven naar een liberale markteconomie met vrijhandel
Streven naar een kleine rol van de overheid (ook binnen het Britse Rijk)
Streven naar meer politieke invloed
Slide 18 - Slide
Reform Bill
(1832)
Hervorming van het Engelse kiesstelsel
Nieuwe indeling van de kiesdistricten
Uitbreiding van het kiesrecht (ongeveer 1/5 deel van de mannelijke bevolking mocht nu stemmen)
De rijke ondernemers en fabrikanten kregen nu meer politieke invloed
Slide 19 - Slide
Ondernemers investeerden in winstgevende projecten in de koloniën en in Groot-Brittannië
Londen werd het financiële hart van de wereld
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Video
Verwerking theorie
Hoe? In tweetallen of alleen
Wat? Het belang van de Wereldtentoonstelling aangeven
Uitkomsten: Bespreken klassikaal
timer
1:00
Slide 26 - Slide
Niet alleen in Groot-Brittannië, maar ook in Azië en Afrika legden de Britten spoorwegen aan. Het kostte Groot-Brittannië veel geld om deze spoorwegen aan te leggen. Leg uit waarom ze dit toch deden.
Slide 27 - Open question
De Sociale Kwestie:
de discussie over de leef- en werkomstandigheden van de arbeiders
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Video
Robert Owen
1771-1858
Robert Owen kocht een textielfabriek, waar hij goed voor zijn arbeiders zorgde.
Hij bouwde een eigen arbeiderswijk met goede huizen en onderwijs voor de arbeiderskinderen! New Lanark
Socialist die pleit voor invoering 8-urige werkdag
Hij steunde de vorming van vakbonden
Slide 30 - Slide
Verbeteringen
Vakbonden, socialisten en ondernemers als Robert Owen pleitten voor betere omstandigheden
Dit leidde in 1833 tot de Factory Acts
Factory Acts:
Fabriekseigenaren moesten voor alle kinderen in hun fabriek een leeftijdscertificaat hebben.
Kinderen van 13 -18 jaar mochten voortaan niet meer dan twaalf uur per dag werken.
Kinderen van 9-13 jaar mochten niet meer dan acht uur per dag werken, met een maximum van 48 uur per week.
Er kwam een verbod op nachtelijke werktijden voor kinderen.
Ieder kind diende minimaal twee uur per dag onderwijs te krijgen.
Kinderen die werkten hadden recht op minimaal anderhalf uur eettijd per werkdag
Slide 31 - Slide
Beantwoord de onderstaande vragen:
Wie gaf het bewijs aan de fabrieksinspecteur?
Bereken hoeveel uur (zonder pauzes) de jongens zouden hebben gewerkt zonder te stoppen
Welke onderdelen van de nieuwe Fabriekswet zijn overtreden?
Wat zegt de toon van de brief over wat de fabrieksinspecteurs van de firma Taylor, Ibbotson & Co vonden?
Zou je, na bestudering van deze bron, terecht kunnen concluderen dat de Fabriekswet van 1833 niets deed om de problemen van kinderarbeiders op te lossen? Leg je antwoord uit
Uittreksel uit een rapport van de fabrieksinspecteurs - British Parliamentary Papers (1836) No 353
Edelachtbare, in het geval van Taylor, Ibbotson & Co. heb ik het bewijs uit de mond van de jongens zelf gehaald. Ze vertelden me dat ze vrijdagochtend 27 mei jl. om zes uur 's ochtends begonnen te werken en dat ze, met uitzondering van de maaltijduren en een uur om middernacht extra, niet stopten met werken tot vier uur op zaterdag avond, twee dagen en een nacht aldus bezig geweest. Ik geloofde dat het nauwelijks mogelijk was, stelde ik elke jongen dezelfde vragen en kreeg van elk dezelfde antwoorden. Ik ging toen het huis binnen om in het tijdboek te kijken, en in aanwezigheid van een van de meesters, verwees ik naar de wreedheid van de zaak en zei dat ik het zeker moest straffen met alle strengheid die in mijn macht lag. De heer Rayner, de certificerende chirurg van Bastile, was op dat moment bij mij.
Slide 32 - Slide
Beantwoord de onderstaande vragen:
Wat is de meest voorkomende overtreding?
Bereken hoeveel er wordt beboet voor de verschillende overtredingen
Welke overtreding wordt, als we kijken naar de boetes, als het zwaarst beschouwd?
Hoe effectief was de Fabriekswet van 1833? Leg je antwoord uit. (Hint: is het aantal veroordelingen een goed of slecht teken?)
Slide 33 - Slide
Vanaf 1860/1870 steeds meer concurentie van andere landen.
De VS bijvoorbeeld werd na de burgeroorlog een sterke economische concurrent.
Ook het Duitse Keizerrijk begon sterk te groeien op industrieel gebied.
Tussen Europese landen ontstond een race om de koloniën (modern imperialisme).
Maar Groot-Brittannië wilde de machtigste blijven en vergrootte haar rijk door meer gebied toe te voegen in Afrika, Azië en het Midden-Oosten.