workshop Boekenbas

1 / 43
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 6

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Waarom is een goede taalontwikkeling zo belangrijk?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

De positie in de kinderrij is van invloed op de taalontwikkeling
4100

Slide 4 - Poll

Een goede taalontwikkeling wordt vooral bepaald door erfelijke aanleg
3100

Slide 5 - Poll

De leeftijd van de vader is van invloed op de taalontwikkeling bij het kind
2100

Slide 6 - Poll

De thuistaal (dialect of standaardtaal) is van invloed op de taalontwikkeling
1100

Slide 7 - Poll

Het opleidingsniveau van de moeder is van invloed op de taalontwikkeling van het kind
0100

Slide 8 - Poll

Om taalontwikkeling te stimuleren is het belangrijk dat je veel voorleest
-1100

Slide 9 - Poll

Er is een verband tussen het aantal prentenboeken dat een huishouden bevat en de taalontwikkeling van de kinderen
-2100

Slide 10 - Poll

Kinderen met een goede taalontwikkeling zijn later rijker en gelukkiger dan kinderen met een taalachterstand
-3100

Slide 11 - Poll

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Wat kunnen we hiermee
in het Boekenbasproject?

Slide 42 - Mind map

Conclusie 
  • Kies een bewust voor een thuistaal. 
  • Bied deze taal in rijke mate aan: spreek veel betekenisvol met elkaar, lees boekjes, leg dingen uit, benoem veel van wat je ziet, doet ervaart, doe spelletjes, kijk filmpjes, zing liedjes, maak rijmpjes, speel een rollenspel.
  • Vertel wat je aan het doen bent, maar ook wat je gaat doen en kijk terug op wat jullie gedaan hebben.  
  • Spreek duidelijk en articuleer. Leg de nadruk op klanken en uitspraak.  Corrigeer in het spreken door te herhalen. Maak ook eens langere, samengestelde zinnen.
  • Wees je ervan bewust dat de thuistaal zijn specifieke beperkingen heeft en een uiting is van een specifieke cultuur.  Oefen daarom ook met het kind de omgevingstaal. Laat het zich daarin ook comfortabel en goed kunnen uitdrukken. 

Slide 43 - Slide