This lesson contains 70 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
H7 wiskunde 1BK
Slide 1 - Slide
7.1 Grootheden en eenheden
Je leert wat een grootheid is en wat een eenheid is
Je weet hoeveel is
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Mind map
Slide 4 - Mind map
Slide 5 - Mind map
Slide 6 - Mind map
Slide 7 - Slide
Hoe kan je al die woordjes onthouden?
Slide 8 - Open question
Voorvoegsel
betekenis
kilo...
100
deca...
....
1
1/10
centi...
1/1000
1000
hecto
10
deci
1/100
milli
Slide 9 - Drag question
Hehe, je mag eindelijk aan de slag!
Begin met de voorkennis en start daarna met 7.1
Slide 10 - Slide
eenheid van inhoud
eenheid van snelheid
eenheid van tijd
eenheid van temperatuur
liter
km/u
uur
graden
Slide 11 - Drag question
0,001
0,01
0,1
1
10
100
1000
Sleep het voorvoegsel bij het getal
kilo-
deca-
deci-
hecto-
milli-
centi-
Slide 12 - Drag question
Zet de voorvoegsels in goede volgorde
van klein naar groot!
deci
centi
kilo
mili
mega
hecto
Slide 13 - Drag question
Centimeter
Hectometer
Millimeter
Decimeter
Slide 14 - Drag question
Afstand
Tijd
Snelheid
Eenheid:
Symbool grootheid:
Symbool eenheid:
Symbool grootheid:
Eenheid:
Symbool eenheid:
Symbool grootheid:
Eenheid:
Symbool eenheid:
s
meter
m/s
meter per seconde
v
m
seconde
t
Slide 15 - Drag question
km - hm - dam - m - dm - cm - mm
Slide 16 - Slide
Nu doen
7.2 maken
Eenheden van lengte
Slide 17 - Slide
Goedemorgen!
Vandaag rekenen we met oppervlakten!
Pak je boek en chromebook, laat alles nog even dicht
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Rekenen met oppervlakten
Nullen tellen
Berekenen
Slide 20 - Slide
Goedemorgen
Pak je boek en maak eerst 7.3 af?
Klaar, neem een momentje om 7.1-7.3 na te kijken
Uitleg van 7.4 doen we als 7.3 klaar is
Slide 21 - Slide
Rekenen met tijd
Slide 22 - Slide
Tijd
Slide 23 - Slide
Tijden
Slide 24 - Slide
Hoe laat is het op deze klok?
Slide 25 - Open question
Hoe laat is het op klok 1?
Slide 26 - Open question
Hoe laat is het op klok 1?
Geef het aan als 4:33 uur
Slide 27 - Open question
Hoe laat is het op klok 2?
Geef het aan als 1:12 uur of 1 uur en 12 minuten
Slide 28 - Open question
Hoeveel weken is 154 dagen? Geef je berekening, het antwoord hoef je niet te geven. En hoeveel kwartalen?
Slide 29 - Open question
65 uur is hoeveel dagen? Rond af op 2 decimalen. Geef ook je berekening
Slide 30 - Open question
Hoeveel uur is 6900 seconden? Rond af op 2 decimalen en geef je berekening.
Slide 31 - Open question
220 seconden = ...minuten en ...seconden
A
2 minuten en 20 seconden
B
3 minuten en 40 seconden
C
4 minuten en 20 seconden
Slide 32 - Quiz
Tijd is een
A
Grootheid
B
eenheid
Slide 33 - Quiz
In een week zitten...
A
8 dagen
B
168 uren
C
10 000 minuten
D
605 000 seconden
Slide 34 - Quiz
1 jaar = ...... weken
A
365
B
12
C
52
D
366
Slide 35 - Quiz
12 weken en 4 dagen is.... weken Rond af op twee decimalen.
A
12,40 weken
B
12,57 weken
C
12,60 weken
D
12,67 weken
Slide 36 - Quiz
Slide 37 - Slide
Hoeveel seconden is
1 uur, 12 minuten, 21 seconden
A
1101 seconden
B
3693 seconden
C
1341 seconden
D
4341 seconden
Slide 38 - Quiz
Welke digitale klok hoort bij deze klok?
A
15:30
B
12:35
C
3:30
D
0:35
Slide 39 - Quiz
Welke digitale klok hoort bij deze klok?
A
10:50
B
11:50
C
22:50
D
21:50
Slide 40 - Quiz
Hoeveel weken zijn 5 jaar en 7 weken?
A
59
B
163
C
156
D
10
Slide 41 - Quiz
3. Hoe laat is het op de klok? Hint: Kijk goed naar de cijfers op de klok.
A
2:55 uur
B
7:20 uur
C
3:35 uur
D
11:10 uur
Slide 42 - Quiz
192 seconden = ....... minuten .....seconden
A
17 minuten en 6 seconden
B
1 minuut en 106 seconden
C
1 minuut en 76 seconden
D
2 minuten en 56 seconden
Slide 43 - Quiz
WELKOM TERUG!
Wat zijn we ook alweer aan het doen?
Slide 44 - Slide
Dit gaan we doen:
6 weken school
1 week toetsweek
2 weken afronden, herkansen, inhalen, afsluiten
Dus nog 9 weken en dan zit je in klas 2!
Slide 45 - Slide
Wat zijn we met wiskunde aan het doen?
Slide 46 - Open question
Even opfrissen! snelheid, afstand, lengte, temperatuur, gewicht en tijd zijn allemaal meetbaar, we noemen ze ook wel:
Slide 47 - Open question
Iets wat je kan meten is een grootheid, bij lengte horen mm, cm, dm, m, etc. dit zijn allemaal voorbeelden van:
Slide 48 - Open question
cm
mm
dm
m
x 10
: 10
Slide 49 - Drag question
cm
mm
dm
km
m
Slide 50 - Drag question
Km
Dam
Hm
M
Dm
Cm
Mm
Slide 51 - Drag question
m²
cm²
dam²
dm²
mm²
km²
hm²
Slide 52 - Drag question
Sleep de eenheden naar de juiste plek.
Lengte
Oppervlakte
Inhoud
5 dm²
3,5 m³
9 dm³
12 cm
1,8 km
0,1 cm²
Slide 53 - Drag question
We gaan beginnen! Pak je boek, zoek even op waar je bent en vul het in!
Slide 54 - Open question
1. En hoe ver ben je nu? 2. Bij welke som ben je, geef een cijfer voor hoe makkelijk het je af ging(1 is heel moeilijk en 10 is eitje) 3. hoeveel sommen heb je gemaakt?
Slide 55 - Open question
Welkom! Let's go! 1 uur is .... seconden Schrijf de som of de som en het antwoord op
Slide 56 - Open question
Hoeveel minuten en seconden zitten er in 150 seconden?